bestuurlijke vernieuwing aan sociale vernieuwing worden
gekoppeld. Op het niveau van buurten en wijken praat de raad
nu met de Samenwerkende Bewonersorganisatie (SBO), teneinde
een oplossing te vinden voor de ontstane impasse inzake de
subsidiëring van buurt-en wijkactiviteiten.
Mijnheer de voorzitter, in de afgelopen jaren is hard gewerkt
aan de economische ontwikkeling van Leeuwarden. In een aantal
gevallen leverde dat successen op. Zo vestigde Aegon hier
haar noordelijke hoofdkantoor. Leeuwarden werd een regionaal
stedelijk knooppunt, een predikaat dat in 1992 een forse
subsidie uit de aardgasbaten opleverde ten behoeve van de
ontwikkeling van de Frieslandhal. Bovendien zal de noordelij
ke vestiging van Rijkswaterstaat in Leeuwarden komen.
Tegelijkertijd zijn er ontwikkelingen, die de effecten van de
hier eerder gememoreerde successen weer teniet doen. De
Nederlandse economie maakt moeilijke tijden door en dus ook
de Friese. Een aantal grote, en voor Leeuwarden belangrijke
bedrijven werkt aan saneringsoperaties. Grote aantallen ar
beidsplaatsen staan op de tocht.
Nu de Friese economie in zwaar weer zit, is het zaak om samen
te werken. Samen te werken, bijvoorbeeld met onder-nemersor-
ganisaties om te kijken hoe Leeuwarden nog aantrekkelijker
gemaakt kan worden als vestigingsplaats voor ondernemingen.
Samen te werken ook met omliggende gemeenten teneinde te
voorkomen dat we elkaar kapot concurreren.
Voor de ontwikkeling van de economie in de regio maakt het
niet zoveel uit aan welke kant van een gemeentegrens een
bedrijf zich vestigt, als het zich maar in de regio vestigt.
Om de onderlinge concurrentie tussen de gemeenten in de regio
te verminderen, stelt de D66-fractie voor om de grondbedrij
ven van de gemeenten in het stadsgewest Leeuwarden te laten
fuseren. Alle bedrijventerreinen in het stadsgewest komen op
deze wijze in één pot, baten en lasten worden eerlijk ver
deeld.
Voorzitter, ik wil daar een motie over indienen.
"De Raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering
bijeen op 25 en 26 januari 1993 ter behandeling van
het Beleidsplan 1993-1996,
overwegende
- dat samenwerking met omliggende gemeenten gewenst
is met het oog op economische ontwikkelingen;
dat bedrijfsvestigingen in het stadsgewest Leeu
warden een uitstraling hebben voor het gehele
stadsgewest
dat de arbeidsmarkt zich niets aantrekt van ge
meentegrenzen;
- dat een fusie van de grondbedrijven van de ge
36
meenten in het stadsgewest een bijdrage kan leve
ren aan het verminderen van concurrentie tussen
de gemeenten;
draagt het college van burgemeester en wethouders op:
in stadsgewestelijk verband de mogelijkheid van een
fusie van de gemeentelijke grondbedrijven te onder
zoeken en hiervan verslag uit te brengen aan de raad
in 1993
en gaat over tot de orde van de dag."
De motie is ondertekend door mijn fractiegenoot Hoogeveen en
mij zelf
(De voorzitter: Dit is motie nummer 6.)
De aantrekkelijkheid van Leeuwarden als vestigingsplaats voor
ondernemers is vooral een kwestie van wat een stad op diverse
terreinen te bieden heeft. De D66-fractie ziet dit niet
alleen als een zaak van aantrekkelijke lokaties en bouwka-
vels, maar ook als een zaak van infrastructuur en cultuur.
Daarom ook steunen we uiteindelijk De Harmonie. En daarom
moet het ons van het hart dat wij uitermate ontevreden zijn
over aangekondigde bezuinigingen op de Westerkerk en de
Openbare Bibliotheek. Met name in dat laatste voorbeeld is
het college op de stoel van het bestuur van de Openbare
Bibliotheek gaan zitten. Wij keuren dat af.
Op het terrein van het werkgelegenheidsbeleid wordt het ambi
tieuze 1000-banenplan uitgevoerd. En hoewel we niet snel
tevreden zijn, kunnen we toch constateren dat het afgelopen
jaar een flink aantal additionele arbeidsplaatsen is gecre-
eerd. De D66-fractie maakt zich zorgen over de doorstromings
mogelijkheden. De mensen die nu gebruik maken van de JWG en
de banenpool doen werkervaring op, maar is dat in alle geval
len ook werkervaring die hen meer kansen biedt op de regulie
re arbeidsmarkt? Verdere afstemming van vraag en aanbod op de
arbeidsmarkt lijkt ons dringend gewenst.
De uitvoering van de bijstandswet is de afgelopen maanden
onderwerp geweest van hevige politieke discussies. Na de
publikatie van onderzoeken in Groningen en Dordrecht spraken
velen van de enorme afmetingen, die de bijstandsfraude zou
hebben aangenomen en de falende controle daarop. In Leeuwar
den werd de discussie gelukkig wat genuanceerder gevoerd. De
schuldvraag werd terecht niet in eerste aanleg geiegd bij de
al dan niet "massaal" frauderende uitkeringsgerechtigden,
maar veeleer bij de nodeloos ingewikkelde algemene bijstands
wet, die onjuist gebruik al dan niet bewust in feite uitlokt.
37
