fractie van D66 eigenlijk wel een voorstander is van kos tendekkende zaken als het gaat om dienstverlening, etc. Dan dient hij een motie in waarin wordt voorgesteld om het niveau van de lasten van de gemeente Leeuwarden vast te stellen op de cijfers van 1993 en jaarlijks te vermeerderen met het actuele inflatiepercentage. Ten aanzien van de OGB volgen wij die politiek al enkele jaren. Ten aanzien van de retributies streven wij, dat hebben wij al een aantal keren gezegd en kennelijk past dat ook in de zienswijze van D66, naar een kostendekkende heffing. Op tal van terreinen hebben wij die nog niet bereikt. Ten aanzien van de veront reinigingsheffingen is het uitgangspunt van het college steeds geweest dat de vervuiler betaalt en er sprake moet zijn van een kostendekkende zaak. Uit dien hoofde kan ik op dit moment die motie alleen maar ontraden, want dat zou betekenen dat wij ten aanzien van tal van ontwikkelingen op het gebied van het milieu ons zelf financieel op slot zetten. Ik kan niet anders doen dan de motie in deze vorm ontraden De heer De Beer heeft gesproken over de sociale werkvoor ziening. Hij heeft gezegd dat er meer aandacht moet zijn voor marketing en verkoopplanning en dan per afdeling. Ik ben het volkomen met hem eens dat deze ontwikkeling in gang is gezet. Hij heeft ook gevraagd om aandacht voor het onderbrengen van gemeentelijke taken bij de Sociale Werkvoorziening en daar de provincie bij betrokken. Ook dat ben ik volkomen met hem eens. Ik kan hem ook zeggen dat daar wel tal van aanzetten voor zijn geweest de laatste tijd. Er is een project om de stad schoon te houden, papier uit plantsoenen te halen, dat bijzonder goed werkt. In de groenvoorziening en op het gebied van drukwerk wordt veel meer gedaan voor de gemeente. Wij zijn op dit ogenblik aan het onderzoeken of in het kader van de afwerking van het Stadskantoor bepaalde zaken door de DSW zouden kunnen worden gedaan. Ik denk dat die ontwikkeling er heel goed in zit. Ik wijs vervolgens naar een vrij belangrijke doelstelling bij de lange termijn operatie die er komt, waar ook de DSW met name wordt genoemd als een van de mogelijkheden waar be paalde taken zouden kunnen worden ondergebracht. De heer De Beer heeft ook gepleit voor het zelfstandig blijven van ouderen. Hij heeft er op gewezen dat op het terrein van huisvesting en sociaal-cultureel werk de mensen hun plaats moeten hebben in de samenleving. Hij heeft aangedrongen op overleg met organisaties. Ook daarmee kan ik volledig instemmen. Het collegebeleid is er op gericht ouderen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen en functioneren. Dat is op basis van de Nota Ouderenbeleid. Ten aanzien van het overleg kan ik zeggen dat wij twee vormen hebben. Wij hebben heel regelmatig als college overleg met de ouderenbonden en wij hebben een externe commissie ouderenbeleid, waarin alle voorstellen die oude ren aangaan worden behandeld. De heer Heins heeft de bekende twee maal tien punten opge somd. Ik kan er toch niet om heen om daar een paar opmer 86 kingen over te maken, omdat er toch een aantal zaken in zitten waarvan ik eigenlijk vind dat ze voor de geschied schrijving niet helemaal overeind moeten blijven. In de eerste plaats heeft de heer Heins gesproken over het Stads kantoor. Hij heeft gezegd dat dat allemaal te duur is en dat dat optrekje een zware wissel trekt op de toekomst. En, zegt hij er dan bij, het is al begonnen met een veel te dure aankoop van het Aegon-complexIk wil er even met nadruk op wijzen dat de aankoop van het Aegon-complex, niet mee drukt op het Stadskantoor. Die hebben wij er heel duidelijk uitgehaald en eenmalig ten laste gebracht van de algemene reserve. Dat zal ook de heer Heins zich herinne ren. Dus denk ik dat het aanhalen van die zaken in dit verband niet helemaal correct is. Vervolgens heeft de heer Heins gesproken over de 36-urige werkweek, die naar 38 uur is gegaan in plaats van naar 32. Dit is een zaak geweest die uitvoerig in de Commissie Middelen aan de orde is geweest. Wij hebben dat gedaan: a. omdat de 36-urige werkweek in de praktijk niet meer werkgelegenheid met zich meebracht; b. omdat er een heel indringend verzoek was van het per soneel om dat te gaan doen, in verband met taakstel lingen die er waren ten aanzien van dat personeel en de beloning die daar tegenover stond; c. omdat wij op de arbeidsmarkt bij het verkrijgen van personeel nogal gehinderd werden door die maatregel. Dat zijn de achtergronden geweest waarom wij die zaak hebben aangepakt. Dan heeft de heer Heins gesproken over de discussie en de besluitvorming over de subsidiëring van de wijkorganisa- ties. Hij heeft dat een zootje genoemd. Ik heb het woord "zootje" voor de gelegenheid eens opgezocht in het woorden boek en daar staat bij: een grote hoeveelheid. Het kan zijn dat de heer Heins daarop doelt, maar ik verwacht dat het het andere is: een bende of een rommeltje. Als dat zo is, dan vind ik het merkwaardig dat de heer Heins een college standpunt, gerelateerd aan een collegeprogramma en aan raadsuitspraken met het college, handhaaft tot de tweede of derde instantie, er vanuit gaande dat dat standpunt erop gebaseerd is dat met name de meest kansarme groepen het meest zouden krijgen. Dat dat een bende of een zootje wordt genoemd kan ik mij niet voorstellen. Ik wijs er overigens op dat de besluitvorming eenmalig een ander is geweest, maar in de toekomst, als ik de raad goed heb begrepen, dezelfde kant uitgaat. Dan moet ik nog een oneffenheid wegwerken in het betoog van de heer Heins. Dat gaat over de ESF-middelenDe heer Heins heeft gezegd dat ESF-middelen worden aangewend of worden gestort in de algemene middelen. Het wordt tijd dat die fabel ook de wereld uitkomt. Hoe was de zaak? Er waren ESF- subsidies voor bepaalde projecten aangevraagd. Het was in het geheel niet zeker dat die zouden worden toegekend en daarnaast had de gemeente, om toch zeker te zijn dat die projecten zouden doorgaan, ook eigen middelen voor die doelen geraamd. Vervolgens komt de ESF-subsidie af. Ik weet 87

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 44