heel goed dat er ooit een uitspraak is geweest van de raad
om als de middelen afkomen dat dan de middelen die over
zijn zullen worden gestort in het werkgelegenheidsfonds
Daarop is het voorstel gekomen om dat, gezien de financiële
situatie, niet meer te doen. Dat betekent niet dat ESF-
middelen zijn gegaan naar de algemene middelen, nee, de
eigen middelen die geraamd waren, zijn gegaan naar de alge
mene middelen. (De heer Heins: Ik had drie missers op de
reservelijst gezet.)
De heer Heins heeft gevraagd wanneer het discriminatiemeld
punt in de stadsgids komt. Als dat er nu niet in staat,
moet het de volgende keer zeker gebeuren.
Hij heeft gevraagd wanneer dat discriminatiemeldpunt wordt
verbreed en waarom de gemeente daar niet loyaal aan mee
werkt. Er is een verzoek gekomen bij de gemeente om het
meldpunt provinciaal op te zetten. De houding van de ge
meente Leeuwarden is geweest, wij hebben een meldpunt met
zijn organisatie daaromheen en dat werkt goed. Wij hebben
tegen die organisatoren gezegd dat wij bereid zijn om dat
meldpunt te verbreden als er een genoegzaam draagvlak
binnen de provincie zou zijn. Wij hebben de organisatoren
daarmee weggestuurd en gezegd, bekijk het eens even en kom
dan terug, dan zijn wij bereid om er over te praten. Ik
wijs er overigens op dat de brief van de organisatoren op
de mededelingenlijst van de raad heeft gestaan met precies
dezelfde mededeling, dat wij op deze wijze de zaak zouden
organiseren. Ik heb de indruk dat het draagvlak er in de
provincie niet is. Daarom gaan wij met ons meldpunt door en
heeft het college zelfs besloten het draagvlak daarvan te
verbreden.
De heer Greving heeft met name gesproken over de financiële
zaken van de gemeente. Hij is begonnen de financiële toe
stand van de gemeente te kenschetsen als zorgelijk. Gelet
op het feit dat wij een omvangrijke herwaarderingsoperatie
hebben denk ik dat wij dat helemaal eens zijn. Hij heeft
ook gesproken over de algemene reserve en gezegd dat vanaf
1988 tot 1992 de reserve is gedaald met gemiddeld f 3,4
miljoen en dat die in 1 januari 1993 negatief staat. Wij
hebben in de Commissie Middelen al heel vaak gesproken over
de algemene reserve en de graadmeter die het zou zijn voor
het beoordelen van de financiële toestand. Ik denk dat de
heer Greving op dat punt mijn mening kent. Waardoor is de
algemene reserve zo naar beneden gegaan? Door een aantal
incidenten, een aantal incidentele tekorten in bepaalde
jaren, een aantal grote incidenten zoals de grondwaarde van
het Stadskantoor, de CEVAN-kwestie en een aantal rekenings
tekorten. Of dat een graadmeter is voor de financiële
situatie van de gemeente, waag ik nog steeds te betwij
felen. Ik wil er wel aan toevoegen dat de verandering van
de financiële organisatie van de gemeente met zich mee
brengt dat er kasten opengaan en daar de bekende lijken
uitkomen, waardoor er eenmalig zaken afgedekt moeten worden
om te zorgen dat de zaken op orde zijn. Ook dat heeft een
negatieve invloed gehad op de algemene reserve. Overigens
is het beeld dat de heer Greving daarvan heeft te negatief,
maar wat hij zegt is terecht, hij kan dat niet weten. Ik
88
kan hem zeggen dat hij in de eerstvolgende commissieverga
dering een nieuwe opzet krijgt per februari van dit jaar
van de stand van de algemene reserve. Daaruit blijkt dat
die per 1 januari van dit jaar niet negatief is. Er stond
in de oorspronkelijke opzet, die dateert van september
1992, de verwachting van f 6 ton negatief. Die is op dit
moment f 4,5 ton positief. De hele zaak laat zich, zonder
dat wij daar optimistisch over moeten zijn, iets gunstiger
aanzien
De heer Greving heeft gezegd dat wij eigenlijk veel te laat
zijn met het ombuigingsbeleid en wij daardoor een dikke
onvoldoende verdienen en nu maatregelen moeten nemen die
hard aankomen voor de burgerij en het ambtelijk apparaat.
Dat laatste zijn wij het natuurlijk helemaal mee eens. Wij
moeten op dit ogenblik vrij diep snijden. Of wij te laat
zijn begonnen, ik heb dat eens even nagegaan. Alleen in
1990 hebben wij geen herwaarderingsoperatie gehad. Alle
jaren daarvoor tot aan nu toe hebben wij een herwaarde
ringsoperatie gehad. Dus misschien hadden wij eerder dieper
moeten snijden. Dat kun je je voorstellen. Misschien hadden
wij de operatie zoals wij die nu opzetten, eerder moeten
doen. Of dat zou hebben geleid tot minder problemen voor
burgers en ambtenaren, betwijfel ik. Misschien waren die
dan eerder gekomen.
De heer Greving heeft verder gevraagd of wij nu niet met
een overspannen begroting zitten. Hij wijst er terecht op
dat er toch heel weinig ruimte in zit voor incidentele
tegenvallers, voor bijvoorbeeld de inflatiecorrectie en
voor de kwestie van de onderuitputting. Hij dient ook een
motie over de inflatiecorrectie in. Hij zegt dat wij eigen
lijk de kant op moeten dat met ingang van 1994 de te ver
wachten inflatiecorrectie slechts voor de helft wordt
opgenomen
Ik kan u zeggen dat wij inmiddels op ambtelijk niveau, door
de Centrale Directie Raad besproken en binnenkort in het
college komend, het volgende voorstel hebben genomen. Wij
zijn voornemens de volgende interne richtlijn uit te vaar
digen. De begroting dient taakstellend te zijn. Dus er
mogen niet meer, zoals dat voorheen gebruikelijk was,
uitgaven worden gedaan boven de begrotingsbedragen. Vroeger
werd er door de diensten rekening gehouden met een nog toe
te kennen inflatiecorrectie. Indien blijkt dat de werkelij
ke inflatie hoger is dan het in de begroting opgenomen
percentage, dient door middel van een begrotingswijziging
door de raad het bedrag verhoogd te worden. Dat hoort bij
die nieuwe richtlijn die wij bezig zijn op te stellen. Dan
zijn er verschillende mogelijkheden. Er komt een rijkscom
pensatie voor de inflatie, dan is ook de dekking daarvoor
aanwezig. Als de rijkscompensatie onvoldoende is, kan de
inflatie ook minder worden verhoogd en moet je via de
kaasschaafmethode per dienst gaan bezuinigen of wij gaan
verhogen gelijk aan de inflatie en ontstaat er in feite een
gat dat gericht moet worden gedekt door een herwaarderings
operatie. Het is de bedoeling dat wij dat zo gaan doen
waardoor wij sluipende tegenvallers, zoals die kunnen ont
staan, zouden kunnen voorkomen. Het kan overwogen worden om
daarvoor op termijn een reserve te creëren, al moet ik
89