De heer Bilker heeft met de D66-fractie gepleit te komen
tot een convenant tussen de corporaties en de gemeente. Het
zal geen nieuws zijn als ik zeg dat wij dat ook als college
al een aantal malen als belangrijk element naar voren
hebben gebracht, waarbij wij overigens ook een plaats
zouden willen inruimen voor de woonconsumenten. Dat gaat
dus nog een stapje verder.
De heer Bilker heeft gevraagd naar de samenwerking tussen
de regio en de stad. Leeuwarden heeft de laatste jaren
niets anders gedaan dan gepleit om te komen tot zo gemeen
schappelijk mogelijke woningmarktplannen. Dat heeft er toe
geleid dat op dit moment, behalve dat de gemeente zelf
bezig is met het formuleren van een woningmarktplan, ook in
het kader van het stadsgewest gewerkt wordt aan een woning
marktplan. Daarnaast wordt ook in de Regio Noord-Friesland
gewerkt aan een woningmarktplan. Allemaal met de bedoeling
om te komen tot een zo eenduidig mogelijke aanpak van de
vraag van waar het nodig is dat er welke soort woningen in
dit deel van Friesland worden gerealiseerd. In die zin
proberen wij echt die samenwerking tot stand te brengen.
Ik kom dan bij de opmerkingen die door de CDA- en de D66-
fractie zijn gemaakt (de D66-fractie heeft daar ook nog een
motie aan gewijd) met betrekking tot het komen tot een
regionaal grondbeleid en in het verlengde daarvan een fusie
van de verschillende grondbedrijven. Dat is geen nieuw idee
voor deze regio. Het zal u bekend zijn dat in het kader van
Vinex (Vierde Nota Extra) het rijk heeft gepleit te komen
tot voor stadsgewest gebieden al dan niet gemeenschappelij
ke grondbedrijven. De motieven daarvoor zijn eigenlijk vrij
simpel, naast de door de heer Bilker aangegeven argumenten
biedt het de mogelijkheid de regionale concurrentiepositie
te versterken, strategische lokaties kunnen beter worden
benut en uiteraard bevordert het het gemeenschappelijke
beleid van de woon- en werklokatiesBij dat laatste ligt
de essentie, een gemeenschappelijk grondbedrijf kan alleen
maar functioneren op basis van goede afspraken over de
inhoud van je woningbouwbeleid, je economische beleid en je
bedrijfsterreinenbeleid. Met die drie dingen bij elkaar ben
je zo'n beetje bij de essentie van de gemeentelijke autono
mie. Collega Heere heeft daar al iets van gezegd. Je praat
dan natuurlijk over een buitengewoon moeilijk proces. Het
zal u bekend zijn dat het stadsgewest gezegend is met een
bestuurlijk platvorm. Maar het is geen echte gemeenschappe
lijke regeling waar aan dat platvorm gemeentelijke bevoegd
heden zijn overgedragen. Het is nog een overlegplatvorm,
waarbij wij gezamenlijk dingen aanpakken. Maar uiteindelijk
blijven de bevoegdheden bij de respectievelijke raden en
ook de staten liggen. Ik denk dat er inhoudelijk een aantal
argumenten zijn om nadrukkelijk te kijken naar de meerwaar
de van zo'n gemeenschappelijke grondaanpak. Ik heb proberen
aan te geven wat de moeilijkheden ervan zijn. Het college
is uiteraard bereid om in het bestuurlijk platvorm van het
stadsgewest de ideeën, zoals die door de CDA-fractie en de
D66-fractie naar voren zijn gebracht, aan de orde te stel
len en af te tasten of er een bestuurlijke ruimte is om
daarmee door te gaan. Zoals het hier staat, zou het wel
eens twee stappen te snel kunnen zijn. Wij zullen eerst de
102
intenties met elkaar moeten afspreken. Ik ben uiteraard
graag bereid om dat daar aan de orde te stellen. Wij zullen
de raad dan uiteraard op zo kort mogelijke termijn daarover
informeren
De CDA-fractie pleit ervoor om Leeuwarden landelijk als
woonstad profileren. Dat idee is de laatste tijd al meer
naar voren gekomen, ook in provinciaal verband. Er is een
aparte discussie geweest in de provinciale Commissie Volks
huisvesting over het idee "Friesland Woonprovincie"waar
bij in dat beraad uiteraard de marktpartijen zoals corpora
ties, makelaars en projectontwikkelaars zijn betrokken. Wij
hebben daar vrij uitvoerig over gesproken. Het lijkt een
heel voor de hand liggende benadering. Er is echter gecon
stateerd dat als je niet in staat bent om goede werkgele
genheid te bieden, je je moet afvragen wat je doet als je
mensen, die blijkbaar niet afhankelijk zijn van werkgele
genheid, hier naar toe haalt. Enerzijds, zo is de ervaring,
kun je een aantal problemen naar je toe halen en ander
zijds, als het om ouderen gaat, heb je natuurlijk in feite
geen structurele invulling van je woningvoorraad en zal je
dat moeten blijven aanvullen. In die zin denk ik dan ook
dat wij heel voorzichtig moeten zijn met het veronderstel
len dat een dergelijk woonattractiebeeld van de provincie
of van de gemeente zal leiden tot echte oplossingen. De
markt (corporaties, makelaars en projectontwikkelaars)
voelt helemaal niets voor deze benadering, omdat de werk
gelegenheid toch de drager moet zijn voor het aantrekken
van mensen. Dan is het veel gemakkelijker om met je woning
bouwbeleid daar wervend op aan te sluiten.
De CDA-fractie heeft ook gesproken over nieuwe aantrekke
lijke woninglokaties naast Waterbuurt-Zuid en Goutum-Noord,
of wij geen risico lopen dat, nadat die lokaties zijn vol
gebouwd, wij met tekorten komen te zitten. Wij moeten con
stateren dat Goutum-Noord zo'n 450 kavels omvat, het wonen
in het bos - waar natuurlijk ook over gesproken wordt -
enkele tientallen kavels zal omvatten en binnenkort een
kredietaanvraag zal worden voorgelegd voor het onderdeel
Port Ouddeel. Dat is deelgebied 13 in Camminghaburen en
bevat ruim 140 vrije sector kavels. Als je dat bij elkaar
optelt praat je toch voor de korte en middellange termijn
over voldoende kavels om er van verzekerd te zijn dat wij
voldoende aanbod hebben. Daarnaast zijn wij bezig met een
notitie Verstedelijking richting in het Stadsgewest. Dat is
een vrij brede uitwerking van de finesses die ik genoemd
heb. Daar zijn een aantal departementen, provincie, stads
gewest, gemeenten en uiteraard ook de gemeente Leeuwarden
bij betrokken. Zo'n studie neemt, al was het alleen maar
vanwege de samenstelling, wat meer tijd. Maar het is uit
drukkelijk de bedoeling om er zorg voor de dragen dat wij
niet op een gegeven moment voor de situatie komen dat wij
onvoldoende aanbod kunnen doen als het gaat om woningbouw-
kavels
De D66-fractie vraagt naar de voortgang met betrekking tot
de woonkoepels. De drie bewonersorganisaties (het Huur
dersservicebureau, PEL en het FAK) zijn het eens geworden
over de statuten van de nieuwe organisatie. Men is het ook
103
