eens over de gemeenschappelijke huisvesting. Voor wat betreft de financiering is in 1993 de zaak geregeld. Ik ga ervan uit dat de voortgang voldoende gegarandeerd is, waarbij wij moeten constateren dat de Stichting Studenten huisvesting Leeuwarden op dit moment heeft afgehaakt, omdat die toch een wat andere taakstelling heeft dan specifiek de advisering en de belangenbehartiging. Het zal duidelijk zijn dat wij nog stevig met de woningbouwcorporaties in de slag zullen moeten, niet alleen wij maar ook de woonkoepel zelf, om voor langere termijn de financiering in betere baneh te leiden. De D66-fractie spreekt over een aantal knelpunten met betrekking tot de infrastructuur. Gesproken wordt dan over de Heliconweg, Europaplein en Hermesbrug. Ik kan dat het beste koppelen aan de inbreng van de VVD-fractie. Die heeft aangegeven dat zij de aanleg van minirotondes en verkeers drempels wenst te minimaliseren en te temporiseren, onder het motto dat veel mensen daaraan moeten wennen. Ik kan mij voorstellen dat zij financieel bezwaren heeft tegen derge lijke dingen of dat zij inhoudelijk bezwaar heeft, maar het idee van laten wij het maar even niet doen omdat mensen er aan moeten wennen, komt mij, gelet op de risico's van de verkeersveiligheid, wat merkwaardig over. Ook de CDA-frac- tie heeft gesproken over een terughoudend beleid op het terrein van de civieltechnische werken. Er staan nog een drietal minirotondes in de planning, dan hebben wij het over de Hobbemastraat-Julianastraatde Egelantierstraat- Archipelweg en Tesselschadestraat-HeliconwegOp die loka- ties wordt nog dacht aan minirotondes. Op dit moment werken wij ten aanzien van de verkeersdrem pels op basis van een aantal jaren geleden door de raad vastgestelde nota Verkeersluwe gebieden. Wij hebben daar een gefaseerde aanpak voor voorgesteld. Dat betekent dat wij successievelijk de verschillende woonwijken aan het voorzien zijn van deze drempels. De benadering wordt naar voren gebracht of wij daar wij wel mee door moeten gaan, ondanks dat de wijken daar jaren op hebben moeten wachten, ondanks dat wij al heel ver met de planvorming in verschil lende wijken zijn. Het is best een probleem om dat nu ter discussie te stellen. Toch denk ik dat het goed is om de consequenties van de nota Verkeersluwe gebieden eens naar voren te brengen. Dan hebben wij het niet alleen over het geld dat daarmee gepaard gaat, wat je dan niet hoeft uit te geven, maar ook de consequenties voor wat betreft de ver keersmaatregelen en de veiligheidsaspecten. Ik stel voor dat wij dat binnenkort in de commissie gaan bespreken. Het zal duidelijk zijn dat de conclusies van een en ander zijn vertaling zullen krijgen in het meerjarenprogramma infra structuur De PAL/Groen Links-fractie heeft gevraagd hoe het met de plannen staat van het autovrijmaken van de binnenstad. Het is de bedoeling dat volgende maand een plan van aanpak gereed komt. Dat zullen wij u dan voorleggen. Wethouder Koopmans is al ingegaan op het BurmaniahuisDat heeft te maken met het voortdurend terugkomende beeld van 104 die veel te dure Aegon-transactieHet is de bedoeling dat het college binnenkort een notitie voorlegt over wat de consequenties zijn van de transactie met Aegon. Ik kan op voorhand al een paar cijfers noemen. Als wij het hebben over de komst van Aegon, dan praten wij over een afboeken van het verlies van het Burmaniahuis van zo'n f 9 miljoen. Tegelijkertijd kan je constateren dat je f 1 miljoen bouw- leges extra binnen hebt gekregen, f 6 miljoen gekapitali seerde onroerend goedbelasting in de plus, f 6,5 miljoen opbrengst grondexploitatie voor de terreinen die daarvoor beschikbaar kwamen zoals de Oude Veemarkt, het Fonteinland en de Lange Marktstraat. Dan ben je dus al op f 4,5 miljoen positief als je die elementen alleen neemt. Als wij vervol gens kapitaliseren - en dat is voorzichtig gerekend - wat het verlies van 500 arbeidsplaatsen zou hebben betekent, dan praat je al gauw over f 7,3 miljoen en dan heb ik het nog niet eens over de winst van de arbeidsplaatsen. Kortom, het fabeltje dat het allemaal te duur en onverstandig is geweest, is denk ik volstrekt eenduidig te weerleggen, die transactie is een buitengewoon zinvolle activiteit van het gemeentebestuur geweest. De algemene beschouwingen van de GPV/RPF/SGP-fractie geven mij geen aanleiding tot reacties. De heer Janssen (weth.Voorzitter, ik wil graag mijn beantwoording ophangen aan vier onderwerpen uit mijn porte feuille die naar voren zijn gebracht in de verschillende bijdragen Op de eerste plaats gaat het dan om de werkgelegenheid. Alle fracties hebben het belang van meer werkgelegenheid benadrukt. Ik kan daar natuurlijk alleen maar achter staan. Collega Heere is vrij nadrukkelijk ingegaan op het verwer ven van meer reguliere arbeidsplaatsen in Leeuwarden. In haar studie naar arbeidsparticipatie in Nederland heeft de WRR niet alleen aangegeven wat de positieve macro-econo mische effecten van een hogere graad van arbeidsparticipa tie zijn, maar ook welke positieve effecten er in het algemeen voor individuen optreden wanneer zij over betaald werk kunnen beschikken. Ik benadruk dat hier, omdat als wij over additioneel of gesubsidieerde werkgelegenheid praten, wij ons moeten realiseren dat daar weliswaar vanuit de macro-economische theorie opmerkingen over te maken zijn, maar dat dat tevens voor nogal wat individuen een omslag in hun leven betekent, die zij in het algemeen heel positief waarderen De heren De Jong en De Beer hebben concrete vragen gesteld over het gemeentelijk werkgelegenheidsbeleid, over door stromingseffecten en over doelmatigheid van dat beleid. Met de uitwerking van het 1000-Banenplan zijn steeds grotere bedragen gemoeid. Een kritische benadering naar de effecten van dit beleid is dan ook zeker op z'n plaats. Een belang rijk, zo niet het belangrijkste criterium is dan de ar beidsmarktrelevantie van ons gemeentelijk werkgelegenheids beleid. Ook het door de heer De Beer aangehaalde onderzoek van de heer Van Dijk uit Groningen komt tot deze conclusie. Vorig jaar hebben wij een tweetal belangrijke besluiten 105

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 53