Op de eerste plaats de opmerking van de heer Bilker over de
AVI-Schenkenschans-discussie. Wat de CDA-fractie betreft
moet Leeuwarden de helpende hand bieden, mits tijdelijk en
mits daarmee de AVI dicht blijft. Ik denk dat ik alleen
maar kan herhalen wat ik daarover gezegd heb, namelijk dat
dat de discussie niet is, dat wij dat vanuit het college in
de raad hebben gebracht en dat ook van provinciezijde dat
bevestigd wordt. Dus het is op zich een interessante optie,
maar het is gewoon op dit moment de discussie niet.
Ten tweede heeft de heer Bilker aangegeven dat de CDA-
fractie het op dit punt niet eens is met de PvdA-fractie.
Ik heb uit de opmerking van de heer Heins en andere discus
sie begrepen dat dat raadsbreed, behalve dan natuurlijk de
CDA-fractie zo gevoeld wordt.
De heer De Jong heeft gevraagd of mijn opmerking over het
contact dat wij met de rijksconsulent hebben gehad over de
nota Handhavingsbeleid betekent dat de dreigende aanwijzing
van de baan is. Ik kan mij voorstellen, wij krijgen zoveel
circulaires van het rijk, dat hij het spoor bijster raakt.
Het gaat om verschillende zaken, laat ik dat voorop stel
len. Waar ik vorig jaar over gesproken heb is een discussie
die wij met de rijksconsulent hebben gehad over onze fre
quentie van heronderzoeken en de manier van verifiëren in
het jaar 1991. Dat naar aanleiding van een nieuwe maatrege
lennotitie van het rijk waarin een soort 1ik-op-stuk-beleid
werd aangekondigd: niet goed, gelijk een strafkorting. Daar
is toen enige commotie over geweest. Wij hebben nu bericht
van de rijksconsulent gehad dat wat betreft 1991 wij niet
bang hoeven te zijn voor een strafkorting. Of er wel of
niet een aanwijzing volgt, weet ik niet, wat er in elk
geval zal volgen is een discussie over de manier waarop wij
heronderzoek uitvoeren. Hoe dat precies juridisch gevat
wordt is voor ons nog onduidelijk.
Ik ben blij dat de heer Heins heeft aangegeven dat Leeuwar
den een culturele infrastructuur heeft een knooppunt waar
dig. Hij heeft gezegd dat wij die als gemeente de basisac
tiviteiten moeten blijven ondersteunen. Ik ben het daarmee
eens. Waar het dan eigenlijk om gaat is de hoogte van die
ondersteuning. Daarvoor zijn nu een aantal herwaarderings-
voorstellen actueel. Ik denk dat uit de uitslag morgen bij
de stemming over die herwaarderingsvoorstellen wel zal
blijken hoe in deze raad over het collegevoorstel daarom
trent wordt gedacht.
De Voorzitter: Ik ga nu eerst even kijken hoe het met de
moties staat.
Motie 1 en 2 zijn overgenomen.
Motie 3 is een toezegging gedaan en kan verder buiten
behandeling blijven.
Motie 4, de heer Bilker hecht er aan, vanwege het politieke
geweld, om die in stemming te brengen.
Aan de orde is de stemming over motie nr. 4 van de CDA-
fractie.
Motie nr. 4 van de heer Bilker van de CDA-fractie wordt
aangenomen met algemene stemmen.
Motie 5 wordt behandeld bij nieuw beleid.
Motie 6 is overgenomen. De heer De Jong is ook van oordeel
dat die verder buiten behandeling kan blijven.
Motie 7, heffingen jaarlijkse inflatiepercentage van de
D66-fractie wordt gehandhaafd.
Aan de orde is de stemming over motie nr. 7 van de D66-
fractie
De motie van de heer De Jong van de D66-fractie wordt
verworpen met 31 tegen 5 stemmen. Voor stemden de leden van
de D66-fractie.
Motie nr. 8 (De heer Greving: De tekst zou aangepast wor
den, maar dat lukt mij niet zo een, twee, drie. Ik zou
willen vragen of die tot morgen kan worden aangehouden.) Ik
stel voor daarmee in te stemmen.
(De heer Bilker: Ik weet niet wie in de fractie van
GPV/RPF/SGP de motie heeft opgesteldmaar ik heb er so wie
so al drie taalkundige fouten uitgehaald. Wie zonder zonde
is werpe de eerste steen.) Het is altijd riskant dit soort
opmerkingen te maken, want dat gaat als een boemerang
werken
Motie 8 blijft staan tot morgen.
Motie 9, de post onderuitputting wordt door de heer Greving
gehandhaafd.
Aan de orde is de stemming over motie nr. 9 van de
GPV/RPF/SGP-fractie.
De motie van de heer Greving van de GPV/RPF/SGP-f ractie
wordt verworpen met 34 tegen 1 stem. Voor stemde het lid
van de GPV/RPF/SGP-fractie.
Motie nr. 10 en 11 gaan naar morgen bij nieuw beleid.
Motie nr. 12 met betrekking tot de jaarrekening van de heer
De Beer van de WD-fractie.
Aan de orde is de stemming.
De motie van de heer De Beer van de VVD-fractie wordt
verworpen met 31 tegen 4 stemmen. Voor stemden de leden van
de WD-fractie.
Motie nr. 13, Gemeentefonds in relatie tot het loonstij
gingscomponent
Aan de orde is de stemming.
141