Ten tweede wordt de doelgroep verruimd en weliswaar wordt de
gemeente hiertoe gedwongen door het rijk, maar ik vind het
toch altijd een pluspunt dat in de nieuwe situatie ook mensen
met een inkomen dat net iets boven de bijstandsnorm ligt in
aanmerking komen voor de onkostenvergoeding. In de commissie
is al vaker gewezen op vervelende met name onvoordelige
situaties waarin mensen verkeren die een inkomen hebben dat
net boven die norm ligt, omdat zij voor wat betreft de meeste
kwijtscheldingen van productieregelingen net altijd buiten de
boot vallen.
Onze instemming met de aanpassing van de verordening heeft
zeker ook te maken met de verhoging van de vergoeding van 50
naar 100% en de verhoging van het te vergoeden bedrag van
f 50,naar f 100,Deze vergoedingsnormen sluiten beter
aan bij de daadwerkelijke kosten die mensen moeten maken om
deel te kunnen nemen aan een activiteit. Deze wijzigingen
maken het aannemelijk dat meer mensen in de toekomst een
beroep zullen doen op het fonds en daarvoor is het fonds
uiteindelijk ook in het leven geroepen. Daar wordt in de
raadsbrief ook vanuit gegaan en - de heer Brinks wees er al
op - het is erg belangrijk dat rechthebbenden snel en op een
directe manier op de hoogte worden gesteld van deze wijzigin
gen. Ik zou dan ook het pleidooi van de heer Brinks om een
degelijke en gerichte voorlichtingscampagne te voeren, van
harte willen ondersteunen.
De heer Janssen (weth.Voorzitter, ik neem onder dankzeg
ging kennis van alle gevoelens van tevredenheid bij dit
voorstel, dat is alleen maar prettig om te horen.
De heer Brinks heeft nog een aantal opmerkingen gemaakt.
Op de eerste plaats heeft hij gezegd dat hij het jammer vindt
dat niet afzonderlijke kaartjes gedeclareerd kunnen worden
ten laste van dit fonds. Hij stelt voor om daar bij de evalu
atie naar te kijken. Nu denk ik dat je bij een evaluatie
altijd overal naar moet kijken, alleen bij dit specifieke
onderwerp hebben wij toch een hele gerichte reden voor afwij
zing. Wij zijn tot de conclusie gekomen dat het daardoor
haast een onuitvoerbare regeling wordt of dat de uitvoering
zoveel kosten met zich meebrengt dat je je moet afvragen of
dat nu wel de bedoeling van de regeling kan zijn. Nu al bij
voorhand bij een evaluatie dingen afwijzen vind ik wat over
dreven, maar ik zie er eerlijk gezegd niet zoveel in omdat
het dan veel te duur wordt en de verhouding tussen de bedra
gen die je uitkeert en de perceptiekosten die je daarbij
maakt naar het idee van mij en de ambtelijke medewerkers die
er naar gekeken hebben, in geen verhouding tot elkaar staan.
Het tweede punt dat de heer Brinks genoemd heeft, de voor
36
lichtingscampagne, is natuurlijk een heel belangrijk element,
dat hebben wij ook geconstateerd. Nu blijkt ongeveer 3* van de
doelgroep gebruik te maken van de regeling. Dat is overigens
niet alleen in Leeuwarden zo, dat blijkt een algemene tendens
in den lande te zijn. Hij heeft een aantal suggesties gegeven
voor een voorlichtingscampagne. Ik ben hem daar dankbaar
voor. Ik denk dat wij daar gebruik van kunnen maken. Ik moet
zeggen dat ik persoonlijk wat twijfels heb of wij met het
programmaboekje van de Harmonie de doelgroep wel bereiken.
Maar niet geschoten, nooit geraakt, zal dan wel opgaan. Wij
hebben overigens de bedoeling om een wat breder voorlich
tingsplan aan de raad voor te leggen met betrekking tot het
minimabeleid. Wij hebben deze wijziging van de verordening
uit de voorstellen tot de herijking van het minimabeleid
gehaald. Wij moesten onze verordening aanpassen omdat wij
volgens de circulaire van het rijk niet meer aan de rijksre-
gels voldeden en dat mag nu eenmaal niet. Wij hebben gezegd
dat wij een wat bredere voorlichtingscampagne op moeten gaan
zetten. Die is nog niet geweest, dus het plan de campagne
ligt er nog niet, maar er wordt wel aan gewerkt.
Dan heeft de heer Brinks tot slot aangekondigd dat zij aan
staande donderdag een avond organiseren. Ik wil van de gele
genheid gebruik maken om te zeggen dat ik dan verhinderd ben.
Mevrouw Waanders heeft een aantal instemmende geluiden laten
horen rond deze verordening. Zij heeft ook nog eens heel
nadrukkelijk het voorlichtingsaspect benadrukt. Dat kan ik
alleen maar onderstrepen en ik heb in het antwoord op de heer
Brinks ook aangegeven hoe wij daarmee omgaan.
De heer Brinks: Ik ben blij met de aankondiging van het
bredere voorlichtingsplan over het minimabeleid, waar de
wethouder het over had. Maar ik zou toch nog iets meer van de
wethouder willen horen als het gaat om die eenmalige toe
gangsbewijzen. De wethouder zegt dat de perceptiekosten heel
erg hoog zijn, enz., enz. Ik kan mij daar wel iets bij voor
stellen, maar mijn vraag was ook dat als uit een evaluatie op
termijn blijkt dat er nog steeds erg weinig gebruik gemaakt
wordt van dit fonds, het misschien dan juist wel een manier
is om de toegangsbewijzen te vergoeden, om meer mensen er
gebruik van te laten maken. Dat is toch de bedoeling van dit
fonds? Die toezegging zou ik eigenlijk nog wel van de wethou
der willen hebben.
De heer Janssen (weth.Als ik het goed begrepen heb, heeft
de onderbesteding van het fonds te maken met wellicht onvol
doende bekendheid en op de tweede plaats met de tot nu toe
37