te verlenen, vraagt ten minste om een voortdurende evaluatie
en wellicht ook een bijstelling van het gevoerde beleid door
het college. Om die reden wil ik u uitnodigen om de toezeg
ging die u daarover gedaan hebt in de Commissie Algemene
Zaken, om iedere ontheffing achteraf voor te leggen aan de
Commissie Algemene Zaken, hier in de raad te willen herhalen,
zodat wij dat ook via de notulen kunnen vastleggen.
De heer Van Olffen: Voorzitter, ook wij hebben er waardering
voor dat nu de Algemene Plaatselijke Verordening een feit is
geworden. Ondanks dat er veel in staat beschreven, missen wij
nog een onderdeel met betrekking tot het beleid van de gokau
tomaten. Nu weet ik dat tijdens de behandeling in de Commis
sie Algemene Zaken er nog overleg gaande was met betrekking
tot de horeca over het beleid van de gokautomaten. Kunt u
zeggen of dat overleg nog gaande is en zo niet wat de resul
taten daarvan zijn geweest.
De heer De Beer: Mijnheer de Voorzitter, analoog aan datgene
ik in de Commissie Algemene Zaken hierover gezegd heb, her
haal ik dat nu nog een keer zo kort mogelijk.
De WD-fractie is tegen het opnemen van punt 4.8.1, dat
betreft het ongewenste reclamedrukwerk. Wij hebben zowel in
de Commissie Milieu en Stadsbeheer als ook in de Commissie
Algemene Zaken gezegd dat wij eigenlijk eerst een proef
hadden willen nemen om te gaan kijken of dit enig resultaat
zou hebben. Bovendien is er nog een probleem, maar dat is
algemeen bekend, de controle en de handhaafbaarheid van een
sanctiebepaling heeft beslist een groot aantal praktische
bezwaren. Ons idee was en is, had eerst een proef genomen en
kijk dan wat er mogelijk is. Dus wij zijn tegen het opnemen
van punt 4.8.1.
De Voorzitter: De heer Greving heeft nog eens gewezen op de
handhaafbaarheid en het feit dat via de verslaglegging in de
media rondom de behandeling in de Commissie Algemene Zaken de
indruk zou kunnen zijn ontstaan dat er wel zou worden vastge
steld, maar het vervolgens in de kast verdwijnt zonder dat er
iets mee gebeurt. Dat is een onjuiste suggestie. Wij hebben
goed met elkaar afgesproken dat wij behoefte hebben aan een,
overigens zoveel mogelijk gedereguleerde, regelgeving. Het is
een beetje een contradictie om het zo te zeggen, maar wij
begrijpen wat wij bedoelen, op het lokale niveau. Zodat je op
die punten waar toch excessen optreden, de mogelijkheid hebt
om op te treden en dan wordt er ook opgetreden. Er zal dan
ook op brede schaal verspreiding aan de Algemene Plaatselijke
14
Verordening gegeven worden, met name ook in de richting van
de politiefunctionarissen. Die zullen heel nadrukkelijk
worden ingelicht over de inhoud van deze verordening. Het
aantrekkelijke van het model van de Vereniging van Neder
landse Gemeenten is dat je grosso modo in Nederland in de ge
meenten die deze verordening geheel of ten dele hebben over
genomen terug kunt vallen op dezelfde structuren, dezelfde
gemakkelijke hanteerbaarheid en voor een beduidend deel ook
op dezelfde bepalingen. Dat maakt het mogelijk om daar dan
ook daadwerkelijk wat mee te doen.
Ik heb nota genomen van de opmerkingen van de heer Greving
bij artikel 3.3. Ik wil graag de toezegging herhalen die ik
in de Commissie Algemene Zaken heb gedaan "dat ontheffingen
aan de commissie ter kennis zullen worden gebracht", die
komen ter inzage te liggen. Ik moet u zeggen dat ik eigenlijk
vind dat het een plaats zou moeten hebben in de toelichting,
omdat je dan niet iedere keer hoeft te zeggen: in het jaar
toen en toen is er een keer wat toegezegd. Dat is ook geen
hanteerbare zaak. Ik zal toch nog even laten nagaan, als de
raad dat goed vindt, of er niet de mogelijkheid is om nog een
zinsnede aan de toelichting toe te voegen. Dat lijkt mij
eigenlijk een veel betere benadering, want dan blijft dat bij
elkaar en dat kun je daar dan ook bij hanteren. Het is een zo
korte mededeling dat ik denk dat het er heel gemakkelijk
tussen te lassen is.
De heer Van Olffen heeft zich gestort op het onderwerp gokau
tomaten. Wij hebben ingestoken op de formule 1-1-0. Het is u
bekend dat in veel plaatsen in het land convenanten met de
georganiseerde automatenhandel gesloten zijn, maar allemaal
op de formule 2-1-0 of 2-1-1. Waarbij ik bekend veronderstel
de drie categorieën horecagelegenheden waar het over gaat.
Het is inmiddels gebleken dat de georganiseerde automatenhan
del niet bereid is een convenant op die formule te sluiten.
Men wil wel van de categorie 2-1-0 uitgaan, maar niet 1-1-0.
Helder is wat de achtergrond is, men heeft elders op 2 een
convenant afgesloten en krijgt dan vervolgens het gemeentebe
stuur aan de deur.
Wij hebben geprobeerd daarop een formule te bedenken waarbij
op vrijwillige basis de georganiseerde horeca op die 1-1-0
formule zou gaan zitten en de georganiseerde automatenhandel
dit zou gedogen. Dat bleek ook een niet zo best begaanbaar
pad te zijn, omdat de georganiseerde horeca niet alle horeca
gelegenheden als beïnvloedbaar binnen zijn ledenbestand
treft. Het gevolg is dat op dit ogenblik gewerkt wordt aan
een aanvulling van de Algemeen Plaatselijke Verordening
waarin wordt voorgeschreven een formule van 1-1-0 en niet
meer. Die verordening is in een vergaande staat van voorbe-
15