met een laag inkomen minder voor hetzelfde betalen als mensen met een hoog inkomen. Ik denk dat zo'n regeling toepassen een vorm van minimabeleid is. Mevrouw Dijkstra heeft de motie van de PAL/GL-fractie afgewe zen. Verder heeft zij het gehad over hoe je berekeningen maakt bij opzeggingen. Bij nadere studie is inderdaad gebleken dat het te ingewikkeld is om dat nog voor dit jaar te veranderen, maar dat het wel een reëel voorstel is. Wij zullen dat meene men voor het jaar 1994-1995. De Voorzitter: Ik stel voor de stemming na de pauze te doen plaatsvinden. Punt 10 (bijlage nr. 117). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 11 (bijlage nr. 111). De Voorzitter: Aan de orde is Voorstel inzake privatisering van het Gemeentelijk Woningbedrijf/fusie met de Stichting Woningbouw Sint Joseph. De heer J.P. Janssen: Mijnheer de voorzitter, met het raads voorstel inzake de fusie tussen Sint Joseph en het Woningbe drijf kunnen wij van harte instemmen. Sedert maart 1992 zijn er talloze besprekingen geweest over dit punt. Aanvankelijk leek het er op dat de afronding enige maanden eerder plaats zou kunnen vinden, maar dat bleek wat te optimistisch ge dacht. Dank zij de inspanningen van de stuurgroep, gesteund door de mensen van de Nationale Woningraad, die heel goed werk hebben verricht en de welwillende houding van het perso neel van beide instellingen, is het nu toch tot een fusie gekomen. Hoewel de gemeente oorspronkelijk meer invloed zou houden na drie jaar, lijkt sturing op afstand ook best moge lijk door het sluiten van een convenant met de nieuwe corpo ratie. Al met al tevredenheid alom en wij zien in de toekomst voor deze nieuwe vergrote combinatie ook best mogelijkheden om tot een nog groter verband te komen. Het aantal woningcor poraties in Leeuwarden zou best nog wel door fusies kunnen 22 worden verminderd, maar vooreerst wensen wij deze nieuwe instelling een goede toekomst. De heer Schreuder: Mijnheer de Voorzitter, volgens de fractie van D66 zijn er twee belangrijke redenen waarom het noodzake lijk is over te gaan tot de privatisering van heé Gemeen telijk Woningbedrijf. Als eerste: het beleid van de rijksoverheid. In het kader van het Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH) en het Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS) kan worden gesteld dat de huidige oude sociale verhuurders marktgerichte en professio nele ondernemingen moeten worden. Zelfstandigheid, verant woordelijkheid en marktgerichte bedrijfsvoering zijn de nieuwe normen. Daarnaast wordt het toezicht op de sociale woningbouwcorporaties in plaats van een rijkstaak een gemeen telijke taak, dit in het kader van de decentralisatie van bestuurlijke bevoegdheden. Beide zaken worden door de D66- fractie onderschreven en kunnen een positieve impuls zijn voor de lokale sociale huursector. Ten tweede: privatisering ofte wel het afstoten van gemeente lijke taken past uitstekend binnen de actuele discussie over de kerntaken van de gemeentelijke overheid. Het hebben van een gemeentelijk woningbedrijf als tak van dienst in het formele gemeentejargon is volgens ons niet nodig. Mijnheer de Voorzitter, vanavond besluiten wij in principe over de eindvoorstellen met betrekking tot privatisering van het Gemeentelijk Woningbedrijf in combinatie met een fusie met de Stichting Woningbouw Sint Joseph. De eindvoorstellen, tot stand gekomen na onderhandelingen, zijn voldoende helder en spreken voor zich. Alle betrokken partijen, c.q. deelne mers bij de fusiebesprekingen, hebben in een relatief korte tijd over het eindvoorstel overeenstemming kunnen bereiken, waarbij de stuurgroep en de NWR samen grote inzet hebben getoond. Het rapport biedt voldoende kwaliteit voor besluit vorming. Een waarderend woord voor een ieder en dus ook voor het college is hier zeker op z'n plaats. Toch nog enige opmerkingen inzake het voorliggende voorstel. 1. De bestuurlijke juridische structuur. Voorgesteld wordt te werken volgens een bestuurscon- structie volgens het raad van toezicht model. Op zich een goede keuze daar het dagelijks bestuur hierdoor voldoende flexibel kan opereren. De raad van toezicht zich bepaald tot de hoofdlijnen van het beleid. Hierdoor zullen de besluitvorming en de werkwijze voldoende van elkaar gescheiden kunnen plaatsvinden. Uit de onderhan delingen is als eindresultaat gekomen dat de bestuurlij ke gemeentelijke invloed via benoemingen in de raad van 23

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 12