grote rol. Door uw vechtlust en uw doorzettingsvermogen, in
combinatie met een perfect gevoel voor timing, een zeer goed
ontwikkeld relatie-netwerk èn de overtuiging dat u streed
voor zaken waar Leeuwarden recht op had.
Overigens, dat vechten vond u ook leuk. Een beetje provoce
ren, een beetje jennen, soms verontwaardiging veinzen; u had
daar ook lol in.
En dat brengt mij op een andere kwaliteit: humor.
U hebt een groot gevoel voor humor. Ondanks de ellende die we
vaak op de B. en W.-agenda hadden staan, hebben we wat af ge
lachen. De sfeer in het college was daar ook naar. Als er
iets is waar u en wij met veel genoegen op terug kunnen
kijken, is het het feit dat onze onderlinge verhoudingen
uitstekend waren.
U hebt vaak gezegd door te willen werken tot de leeftijd van
65 jaar, tenzij de verhoudingen in b. en w. niet goed zouden
zijn. Uit het feit dat we pas nu afscheid nemen mogen we
afleiden dat die verhoudingen ook door u als goed werden
beleefd. Wij ervaren dat als een groot compliment.
Ik citeer nog éénmaal uit uw installatierede:
"Grote waarde hechten wij, mijn vrouw en ik, aan het contact
met de bevolking", (einde citaat)
Ik ben van mening dat u, en hetzelfde geldt voor uw vrouw,
daarin uitstekend bent geslaagd. Ruim drie jaar geleden deden
studenten van de Thorbecke Akademie een onderzoekje naar de
bekendheid van o.a. collegeleden.
De bekendste wethouder scoorde nog geen 20%.
Bij u lag dat anders: maar liefst 75% van de Leeuwarders wist
te vertellen wie hun burgemeester wasl
Een percentage waar u trots op kunt zijn en waar u veel in
geïnvesteerd hebt.
U was niet alleen toegankelijk voor burgers en een groot
voorstander van openbaarheid en open procedures, u wès ook
bij vele grote en kleine gebeurtenissen zelf aanwezig. En -
naar mijn waarneming - vaak niet in de eerste plaats omdat
het bij uw functie hoorde, maar vooral omdat de inwoners van
onze gemeente een plaatsje hebben in uw hart.
Het klinkt misschien wat theatraal, ik zeg het toch: u houdt
van mensen en de dingen die hen bezighouden en u wist dat
over te brengen. Aardig is in dit verband op te merken dat u
tot veel bereid was. Ik heb u in een aquarium zien afdalen,
op de judomat zien worstelen en in de sneeuw mèt bontmuts
naar een Russische parade zien kijken. Om eens een greep te
doen. Het ging u niet gauw te dol.
Burgemeester u hebt, ik heb het al eerder gezegd, lange tijd
niet over weggaan willen denken.
9
In een interview met LOV-magazine zei u daarover het volgende
als antwoord op de vraag of u nog door had willen gaan: "Als
u mij dat twee jaar geleden had gevraagd dan had ik gezegd
van ja, want ik heb namelijk altijd gezegd dat ik er als een
berg tegenop zie om ermee ue moeten stoppen. Ik ontdek alleen
dat als het onafwendbare eraan zit te komen, dat je dan in je
denken er rekening mee houdt dat het einde van je loopbaan in
zicht is. En het is nu zover dat ik het wel goed vind zo."
Wij, collegeleden, hebben het afgelopen jaar gemerkt dat u
naar het weggaan bent toegegroeid. Zo omstreeks de jaarwis
seling begon de knop merkbaar om te gaan en begon u meer
afstand te nemen, ook in de b. en w.-vergaderingen.
Voor ons was dat soms lastig, voor uzelf was het goed. Het
was een proces van een geleidelijk toegroeien naar een nieuw
leven. Een leven waarin trouwens nog veel valt te doen. In
hetzelfde LOV-interview zei u: "Nou, ik zit niet met mijn
duimen te draaien, dat weet ik wel heel zeker." Het "ouwe-
mannen-bankje" waarvan we wel eens gekscherend hebben gezegd
dat we dat voor het stadhuis zouden zetten voor de heren
Reumer en Te Loo, zou ongetwijfeld nooit gebruikt worden. En
zo moet het ook.
Burgemeester Te Loo, u en wij hebben goede jaren achter de
rug waarin - ondanks moeilijke tijden - veel tot stand is
gebracht.
Wij zullen u missen, maar we zijn intussen al wat aan het
idee gewend. Bovendien, er komt een nieuwe burgemeester.
Wij, en nu spreek ik niet alleen als collegelid maar namens
de gehele raad, zijn ervan overtuigd dat u in de afgelopen 10
jaar veel hebt bijgedragen aan de ontwikkeling van onze ge
meente. U stond pal voor de Leeuwarder belangen. Ik ben, zo
zei u vaak, ingehuurd om de belangen van deze gemeente te
dienen. Dat gaf soms spanning, bijvoorbeeld met het provinci
aal bestuur.
Het moet voor u een genoegen zijn geweest dat op de valreep
in het laatste overleg met Gedeputeerde Staten de neuzen van
beide colleges weer dezelfde kant op werden gezet.
Burgemeester, om onze grote dank voor alles wat u voor Leeu
warden hebt gedaan uit te drukken, heeft het college op 1
maart aan de Raad een voorstel gedaan. Dat voorstel is door
de raad unaniem aanvaard en dat voorstel lees ik nu in z'n
geheel voor.
"Aan de gemeenteraad,
In zijn vergadering van 5 juli 1961 besloot de raad over
te gaan tot de instelling van het ereburgerschap van de
10