In het eerste interview na uw benoeming las ik dat u niet van
plan bent Fries te leren spreken. Dat was even pijnlijk.
Bij uw afscheid liet loco-burgemeester Tillema een heel ander
geluid horen: "Hij zal het Fries wel snel leren, maar het
blijft een Groninger". Er is dus nog hoopl Duidelijk is in
elk geval wèl dat u een grote belangstelling hebt voor taal.
Daar zijn wij blij mee en dat hebt u met uw voorganger ge
meen
En "skip foar de barre" is hetzelfde als "skip foar de
brêge", u weet ongetwijfeld waar ik het over heb. Het ver
schil is niet te groot; voor iemand met zo'n taalgevoel moet
dat een uitdaging zijn.
Burgemeester, ik wil graag afsluiten met u een hele goede
bestuurlijke periode in Leeuwarden toe te wensen. Ik hoop
oprecht dat de verwachtingen die wij van u hebben en u van
ons hebt bewaarheid zullen worden. Aan ons zal het niet
liggen; wij zullen ons daar volledig voor u inzetten.
Ik wens u, uw vrouw en uw dochter dat u zich snel thuis zult
voelen in de grote stad Leeuwarden.
Speciaal tegen u, mevrouw Apotheker, wil ik nog zeggen dat
wij u een goede tijd wensen als burgemeestersvrouw, maar niet
minder als vrouw met een eigen leven. Ik hoop dat u erin zult
slagen ook in Leeuwarden een eigen werkkring te vinden.
Burgemeester Apotheker, ik installeer u graag als burgemees
ter van Leeuwarden en om dat zichtbaar te maken draag ik de
ambtsketen, de voorzittershamer èn de leiding van deze verga
dering graag aan u over.
Punt 4. Rede van de burgemeester.
De Voorzitter ((de heer Apotheker): Leden van de raad, leden
van Provinciale Staten, leden van de Tweede Kamer der Staten
Generaal, vertegenwoordigers van het Openbaar Ministerie,
Ministerie van Justitie en de Commissaris der Koningin,
genodigden, familie, dames en heren.
Na negen maanden van denken over de vacature Leeuwarden,
solliciteren, het vanuit de beperkte gezichtshoek van de
sollicitant volgen van de procedure en het toegroeien naar de
nieuwe baan in de hoofdstad van Friesland, sta ik dan nu voor
u als de sinds 15 uur in dienst zijnde nieuwe burgemeester
van Leeuwarden. En dat geeft een goed gevoel. Zeker met deze
ambtsketen, zojuist zo collegiaal en vriendelijk overhandigd
door de loco-burgemeester, mevrouw Vlietstra.
En dat geeft temeer een goed gevoel daar deze start van het
6
actief functioneren mag beginnen in deze mooie historische
raadzaal waar de kern van het burgemeesterschap wordt uitge
oefend: het zijn van niet-stemhebbend voorzitter van de
vergaderingen van de rechtstreeks gekozen volksvertegenwoor
diging; de gemeenteraad van Leeuwarden.
En dat in de vorm van deze bijzondere - in de Gemeentewet
niet eens genoemde - raadsvergadering.
Leden van de raad, ik dank u zeer voor het houden van deze
installatiebijeenkomst, waarin in het openbaar kan worden
gesproken naar aanleiding van het zojuist door de gemeentese
cretaris voorgelezen ingekomen stuk; het benoemingsbesluit
van de Koningin der Nederlanden als sluitstuk van de procedu
re. Ik. wil dan ook bij deze mijn dank uitspreken aan de Kroon
voor het in mij gestelde vertrouwen.
Dames en heren, natuurlijk kan en wil ik er niet onderuit ook
iets te zeggen over de inmiddels veelbesproken benoemingspro
cedure. Maar dan wel vanuit dat deel van het hele proces dat
ik tot mijn eigen verantwoordelijkheid reken. Ik zou te dien
aanzien het volgende willen zeggen:
Iemand die in een gemeente burgemeester wil worden heeft twee
keer een eigen, geheel persoonlijke afweging te maken.
De eerste doet zich reeds voor de beslissing tot solliciteren
voor, namelijk:
denk hij of zij voldoende te kunnen passen in de poli-
tiek-bestuurlijke omgeving van de gemeente en in het
maatschappelijk en sociaal-cultureel krachtenveld van de
gemeenschap in en rondom die gemeente.
Als progressief-democraatdie al bijna 20 jaar lid is van
één van de progressieve partijen, waarvan de aanduiding op
het politieke spectrum al 27 jaar links van het midden is (en
wat mij betreft ook altijd zo zal blijven) heb ik het eerste
deel van deze kernvraag met een voluit "ja" beantwoord.
Als noorderling en kenner van stad en regio, van stedelijk
leven en mogelijkheden in het algemeen, maar vooral vanuit
onze taxatie, want dat geldt ook voor mijn echtgenote (die
natuurlijk per definitie beperkt is) van de stad Leeuwarden
en haar mensen en instituties is ook het tweede (maar zeker
niet minder belangrijke) deel van deze eerste vraag door mij
voluit positief beantwoord.
En als dan de profielschets met het verslag van de raadsver
gadering daarover is ontvangen ontstaat de tweede - afhanke
lijk van de inhoud - meer gedetailleerde kans voor een eigen
afweging, want een kandidaat heeft in mijn ogen de plicht
zichzelf af te vragen of hij zich al dan niet moet terugtrek
ken gelezen de profielschets.
Dames en heren, leden van de raad, daarover kan ik heel kort
7