voor schoonmaak en tuinonderhoud te gaan zitten op het niveau
van de Londo-vergoeding, is ook rekening gehouden met het
speciaal onderwijs. Dus als wij zouden doen wat de heer De
Beer wil, zit daar ook nog een dubbeltelling in. Die motie
raden wij af.
Dan kom ik bij de basiseducatie, dat is een motie van de CDA-
fractie, verlagen met f 175.000,Waarbij het argument van
de CDA-fractie eigenlijk is, alles moet inleveren, alles moet
minder, dus ook de basiseducatie moet maar wat minder. Dat
staat haaks op de systematiek die wij gekozen hebben. Wij
hebben niet gekozen voor de kaasschaafmethode, ik heb dat net
ook al gezegd, wij hebben gekozen voor het echt maken van
keuzes. Basiseducatie is bij uitstek ook een terrein dat
thuishoort bij sociale vernieuwing, 65% van de deelnemers
zijn allochtonen, 35% zijn laag opgeleide mensen, analfabe
ten, etc. Wij denken dat het heel onverstandig is om daarop
te bezuinigen, zeker nu er binnen de basiseducatie ook nog
sprake is van wachtlijsten en wij in plaats van minder de
komende jaren alleen maar meer allochtonen te verwachten
hebben. Wij raden u deze motie af.
Dan ga ik naar het onderwijsvoorrangsbeleid, de rijksver
goeding eerder inboeken. Er is enige onduidelijkheid op dit
punt en wij zijn er ook nog niet achter maar wij zoeken
verder. De informatie die ik op dit moment van de dienst heb
gekregen is dat wij pas per 1 augustus 1995 middelen te
verwachten hebben, omdat er voorafgaande een vereveningsre
geling is waarbij de oude projecten nog even door kunnen
draaien en de nieuwe projecten pas in 1995 ook werkelijk
middelen te verwachten hebben. Dus wat dat betreft is het
niet mogelijk om dat geld al eerder in te boeken.
De WD-fractie stelt voor om het godsdienst en humanistisch
vormingsonderwijs af te schaffen. Ook dat is een discussie
die wij hier wel vaker gevoerd hebben. Wij willen u dat
afraden. Wij denken dat het nu juist een van de essentiële
zaken van het openbaar onderwijs is dat iedereen daar terecht
kan, ongeacht levensbeschouwing en dat je binnen die openbare
school ook ruimte moet geven voor zaken die te maken hebben
met godsdienst en levensbeschouwing.
Een volgende motie van de WD-fractie gaat over leer- en
hulpmiddelen. Daarbij gaat het aan de ene kant om het Fonds
Onderwij semancipatie en aan de andere kant om het Fonds
Onderwijsontwikkeling. Het Fonds Onderwijsemancipatie is in
feite het enige budget binnen de sector onderwijs waarmee je
ook inderdaad activiteiten op het terrein van roldoorbrekend
onderwijs kunt stimuleren, financieel gezien. Dat zouden wij
243
dus zeker niet afgeschaft willen zien.
Datzelfde geldt voor het Fonds Onderwijsontwikkeling. Dat
fonds is de laatste jaren met name ingezet om de fusie, de
brede scholengemeenschappen, mogelijk te maken. Ik denk dat
wij dat geld de komende jaren hard nodig zullen hebben om ook
allerlei knelpunten binnen de operatie Toerusting en
Bereikbaarheid op te lossen. Als je deze middelen weghaalt,
is er binnen de afdeling Onderwijs overigens geen geld be
schikbaar om daar wat aan te doen. (Mevrouw Van Olzen: Naar
aanleiding van dat de wethouder het heeft over dat je activi
teiten kunt stimuleren in verband met die onderwijsemancipa-
tiepot, gezien het rapport dat recent is uitgekomen wordt er
op gewezen om juist dit soort activiteiten wat te verminderen
dat kinderen weer gewoon lezen, schrijven en rekenen kunnen.
In dat verband zou die pot toch wel kunnen worden verminderd
Dat is de uitkomst van het onderzoek. Ik vermoed dat er ook
de komende jaren zo'n onderzoek voor het voortgezet onderwijs
komt, maar zover zijn wij nog niet. Het is in dat kader dat
wij denken dat die post wel gemist kan worden.) Dat is mij
volstrekt duidelijk, maar het zal mevrouw Van Ulzen ook
duidelijk zijn dat ik het daar niet mee eens ben.
Dan ga ik naar het OETC. Ook dat is een post waarvan de WD-
fractie voorstelt om die te schrappen. Dat betekent dus in
feite dat er dan geen OETC meer mogelijk zal zijn. Dat lijkt
ons onacceptabel. Wij denken dat het heel belangrijk is dat
allochtone leerlingen de gelegenheid krijgen om kennis te
nemen van hun eigen taal en cultuur. Deze motie zullen wij
dus ook afwijzen.
Ten slotte op onderwijsterrein nog de overschrijdingsregeling
voortgezet onderwijs. De CDA-fractie is er gisteren al mee
gekomen om het structuurfonds te voeden en dat incidenteel
daar uit te dekken. Wat is hier aan de hand, voorzitter? Het
gaat om twee zaken. De ene is dat wij een reservering hebben
gepleegd binnen de begroting 1994, maar ook de jaren daarop
volgend, voor een mogelijke overschrijding in het voortgezet
onderwijs. Wij hebben dit jaar voor het eerst te maken met
een nieuw bekostigingsstelsel in het voortgezet onderwijs,
wij hebben voor het eerste jaar te maken met twee brede
scholengemeenschappen. Die scholengemeenschappen hebben de
opdracht gekregen om te werken binnen de middelen die het
rijk beschikbaar stelt, daar zijn de begrotingen ook op
afgestemd. Gezien de ervaringen uit het verleden houden wij
er rekening mee dat er wel eens situaties zouden kunnen
ontstaan waarbij het niet mogelijk is om binnen die taakstel
ling te werken. Om nu te voorkomen dat wij daar dan ook niets
voor gereserveerd hebben, stellen wij u voor die post toch te
handhaven en pas na bijvoorbeeld twee jaar, als wij wat
244