management van deze gemeente. Puur dat hele blok van factoren dat te maken heeft met de vitale bestuurskracht van deze gemeente en dus ook van de gemeenteraad. Ik hoop dat u ook die gedachtengang meeneemt in uw eventuele tweede termijn, waar u daar misschien nog iets over zegt. De motie wordt dus door het college zeer ontraden. De heer Krol heeft, los van zijn instemming met de hoofdfilo sofie, nog wel gewezen op mogelijk overleg met de bepaalde functionele groepen. Mag ik voorstellen daar nu geen inhoude lijke discussie over te voeren. Het kan best naast de vast stelling van deze nota over het commissiestelsel een keer aan de orde komen in een commissie, bijvoorbeeld de Commissie Bestuur en Middelen, als er op een gegeven moment nog behoef te is. Er kunnen zich ook nieuwe processen voordoen, wij hebben meer speerpunten in ons beleid, naast HBO-stad zijn er nog een aantal trefwoorden, om te zeggen waar het hoofdbe stuur zich nu bevindt (college en raad) op het stuk van het hebben van voldoende overlegkanalen met belangrijke majeure beleidsonderwerpen Uw opmerking over de geluidsinstallatie is mij uit het hart gegrepen, maar zal financieel vertaald moeten worden en normaal in een cyclus aan de orde moeten komen. De heer De Beer stemt in met de twee weken proef. Hij vraag aandacht voor de verslaglegging. Ook dat zou ik op dezelfde wijze willen beantwoorden als voorheen, dan moet er een concreet voorstel komen op initiatief en aan het begin van de volgende raadsperiode om dat met een middelentoedeling op de juiste manier op de juiste tafel te krijgen. Resumerend zou het college u willen voorstellen indachtig de uitgebreide beantwoording en de intentie ook die daar achter zit en de toezeggingen gedaan namens het college over de uitwerking van die intenties in de omgang met u de drie ingediende amendementen niet over te nemen. Ik stel overigens ook voor dit te laten bezinken onder het motto van een korte pauze. De vergadering is geschorst. De Voorzitter schorst om 21.05 uur de vergadering. De Voorzitter heropent om 21.30 uur de vergadering. 34 Mevrouw Waanders: Mijnheer de voorzitter, een korte reactie op uw beantwoording en de opmerkingen die uit de raad zijn gekomen Als het gaat om het voorstel dat wij gedaan hebben om wat vaker stukken aan commissies voor te leggen die nog niet het eindpunt van beleidsontwikkeling hebben bereikt, meer tussen tijdse rapportages, dan is uw reactie dat het accent zal moeten blijven liggen op beleidsnotities die wel aan het eind van de rit liggen, dat daar keuzes in verantwoord moeten worden. Dat laatste ben ik wel met u eens, maar als het gaat om het bevorderen van brainstormende meningsvormende vergade ringen, dan denk ik dat dit ook heel goed zou kunnen door ook tussentijds tijdens het proces van beleidsontwikkeling de commissie te rapporteren en voorstellen of keuzes voor te leggen, dat hoeven dan niet complete notities te zijn. Mijns inziens kan dat een prima bijdrage geven aan het bevorderen van die meningsvorming ook in commissies. Dan nog het punt van de verslaglegging. U verwijst in uw reactie naar de discussie voor nieuw beleid waarin wat meer zou moeten worden afgewogen of wij de taak stelling overeind zouden willen houden. Daar is het mij niet om te doen, ik denk dat ik dat ook duidelijk heb gemaakt. De taakstelling willen wij overeind houden, alleen wij denken dat het mogelijk is om in het overleg met voorzitters en secretarissen bij het begin van de nieuwe raadsperiode toch eens te kijken of er iets meer kan gebeuren dan nu in sommige commissies wordt voorgelegd aan verslaglegging, namelijk een besluitenlijst die soms aan het begin van de vergadering al wordt uitgereikt. Het gaat ons er niet om dat het hier in de raad nog eens terug moet komen, dat er opnieuw besluitvorming over wordt genomen, maar dat er in het overleg met de betrok kenen zelf bekeken kan worden wat mogelijk is en wat niet mogelijk is. Het voorstel houd ik overeind, dit is na te gaan met secreta rissen en voorzitters. In de koffiepauze is nog even een discussie gevoerd over hoe het nu gegaan is bij de discussie die tijdens de herwaardering is gevoerd, of dat nu wel of niet gepaard ging met handhaven van de taakstelling, daar wil ik af zijn, ik weet het niet meer precies. Wij hebben in ieder geval wel gezegd dat wij het voorstel ondersteunen, de heer Greving heeft dat ook gezegd. Ik weet niet hoe de andere partijen daarover denken, maar dat hoor ik misschien in hun tweede instantie. Verder vind ik het grappig dat vanuit verschillende fracties kritiek wordt geuit over het discussiëren op de vierkante millimeter tijdens de commissievergaderingen. Er vanuitgaande dat die kritiek in de eerste instantie gericht is op andere 35

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 19