verbetering af moeten zien. Moet dat dan betekenen dat wij
vier jaar moeten wachten op de volgende mogelijkheid? Mijn
fractie is van mening van niet en wij stellen voor via een
herschikking van middelen in het Programma Infrastructuur en
de tot de mogelijkheid behorende subsidie de aanpak van de
kruising nog te realiseren in de komende raadsperiode. Hier
omtrent hebben wij een motie opgesteld, die luidt als volgt:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op 21 februari 1994,
overwegende dat:
de route Egelantierstraat/Coopmansstraat en de
Kanaalweg samen de twee belangrijkste fietsver-
bindingen vanuit Camminghaburen naar de binnen
stad vormen;
- van deze verbindingen zeer veel gebruik wordt
gemaakt ook vanuit Heechterp en Schieringen;
er op de route* Egelantierstraat/Coopmansstraat
een zeer gevaarlijke verkeerssituatie voor het
langzaam verkeer bestaat op de kruising met de
Archipelweg;
het gezien de belangrijkheid van de verbinding
zeer wenselijk is dat deze gevaarlijke situatie
wordt opgeheven;
de raad deze zienswijze deelt;
besluit
ten aanzien van het Programma Infrastructuur 1994
een alternatieve prioriteitsstelling vast te
stellen, waarbij werkzaamheden in het kader van
de herinrichting en het verkeersluw maken van de
wijken Aldlan en Bilgaard meer in de tijd wordt
gespreid en het veiliger maken van kruising
Egelantierstraat/Coopmansstraat/Archipelweg nog
in de planperiode 1994-1997 kan worden gereali
seerd;
- het college op te dragen het project voor subsi
die aan te melden;
en gaat over tot de orde van de dag."
De motie is door mijzelf en de heer Schreuder ondertekend.
(De Voorzitter: De motie maakt deel uit van de beraadslagin
gen.)
De heer Tiaaeraans (weth.Voorzitter, de heer Greving is
begonnen met zijn zorg uit te spreken over de mogelijk te
gemakkelijke aanwending van het instrument rioolrecht als het
gaat om de vernieuwing van de rioleringen. Hij bepleit in
ieder geval een zeer nadrukkelijke vinger aan de pols als het
50
gaat om de vraag of het nu echt nodig is dat er activiteiten
op het terrein van de rioleringen gaan plaats vinden en de
onmiddellijke doorvertaling naar de heffingen in het kader
van de rioolrechten. Het zal duidelijk zijn dat wij niet
voornemens zijn om als een automaat datgene wat is afgeschre
ven te vervangen, nog los van het gegeven dat rioleringen
geen afschrijvingstermijn kennen op dit moment, want wij
leggen ze er in en vervolgens hopen wij maar dat ze niet te
snel weer moeten worden vervangen, althans dat is de praktijk
geweest tot voor kort. U weet dat wij bezig zijn met een
rioolbeleidsplan, in dat kader wordt een veel betere vinger
aan de pols gehouden over wat noodzakelijk is en in welke
volgorde. Met andere woorden, ik kan de heer Greving toezeg
gen dat er zeker niet sprake zal zijn van een automatisme of
het re gemakkelijk toerekenen dan wel gebruik maken van de
rioolheffing.
De heer Heins heeft terecht geconstateerd - en ook anderen -
dat wij de afgelopen jaren een groot aantal uitgaven hebben
gedaan waar het gaat om de verbetering van onze binnenstede
lijke infrastructuur, in combinatie met bezuinigingen die ook
in deze sector heel nadrukkelijk aan de orde zijn geweest.
Dat betekent dat wij de komende jaren slechts beperkt midde
len hebben om een aantal wensen uit te voeren. Het voorbeeld
dat de heer Heins noemt, is de deelname van de gemeente
Leeuwarden aan de verdubbeling van de Waldwei, daar heeft de
gemeente f 4 miljoen in toegezegd, hij koppelt dat aan de
verdubbeling van de desbetreffende weg. Hij vergeet natuur
lijk gemakshalve dat voor die f 4 miljoen bijdrage van de
gemeente Leeuwarden voor f 7 miljoen in de gemeente Leeuwar
den wordt geïnvesteerd in busbanen, in het aanpassen van de
verkeersregelinstallaties zodanig dat het openbaar vervoer
voorrang krijgt. Het bevorederen van het openbaar vervoer is
naar mijn stellige inschatting een punt van aandacht als het
gaat om de prioriteiten die de PAL/GL-f ractie naar voren
brengt. Het geld is dus zeer wel ook in de geest van de
PAL/GL-fractie besteed. Met andere woorden, het verhaal gaat
niet op.
Ik constateer verder dat de heer Heins terecht ook vaststelt
dat wij weinig middelen de komende jaren hebben voor uitvoe
ring van het Verkeers Milieuplan. Daar heeft de raad overi
gens recent de stukken van gekregen en daar staan wel dege
lijk voorstellen in met betrekking tot de realisatie daarvan.
Vervolgens wordt gezegd dat er prioriteit moet worden ge
steld, met daarbij de reconstructie van het Vliet, met overi
gens een aantal argumenten die die reconstructie noodzakelijk
maken die zonder meer kunnen worden onderschreven, daar
behoeft geen misverstand over te bestaan. Ook het college
heeft een en andermaal in het verleden aangegeven, net als
51