denk dat op een bouwbudget van f 50 miljoen dit soort zaken
uiteraard voorkomen en het weinig zin heeft om daar nog
dieper op in te gaan.
Kortom voorzitter, wij zullen dit voorstel steunen en niet
meegaan met de motie van de PAL/GL-fractie.
De Voorzitter: Nog een korte reactie op de punten die inge
bracht zijn in tweede termijn.
Mevrouw De Haan vraagt naar de overwegingen van het college.
Die zijn tweeledig. Enerzijds de taxatie dat de post Onvoor
zien nog wel even dat karakter moet blijven houden. Wij zijn
nog niet aan het einde van de rit en dus moet je die post in
die orde van grootte een beetje blijven laten bestaan. Ten
tweede, maar daar kan men verschillend over denken, de over
weging dat als je het heel praktisch bekijkt die zitelementen
- het is eigenlijk te gek voor woorden dat je daar lang over
praat - het meest tot uitdrukking komen in die vertaling van
de klantvriendelijkheid die met de grote toestroom van bezoe
kers, dus Burgerzakenklanten, te maken heeft. Dat is een
praktische opstelling, daar kan men ook om een andere reden
tot een andere conclusie komen, dat die bij het gebouw zouden
moeten behoren in de algemene zin.
Aan de orde is de stemming over de motie ingediend door de
heer Brinks van de PAL/GL-fractie.
De motie van de heer Brinks van de PAL/GL-fractie wordt
verworpen met 22 tegen 13 stemmen. Voor stemden de leden van
de PAL/GL-, de D66-, de WD- en de GPV/RPF/SGP-fractie.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.met de aantekening dat de heer Hiem-
stra van de D66-fractie geacht wil worden te hebben tegen
gestemd
Punt 5 (bijlage nr. 15).
De Voorzitter: Aan de orde is Voorstel tot het wijzigen van
de Legesverordening 1992 (9e wijziging) met betrekking tot de
legestarieven afdeling Burgerzaken.
12
De heer Brinks: Voorzitter, het zal duidelijk zijn dat de
PAL/GL-fractie hier tegen stemt.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Wensen meer leden de aantekening tegen te hebben gestemd?
De heer Hiemstra van de D66-fractie, de WD-fractie, de
PAL/GL-fractie.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w., met de aantekening dat de heer Hiem
stra van de D66-fractie, de WD— en de PAL/GL-fractie geacht
willen worden te hebben tegengestemd.
Punt 6 (bijlage nr. 41).
De Voorzitter: Aan de orde is Evaluatie van het commissie
stelsel 1990-1994.
Mevrouw Waanders: Voorzitter, op grond van de evaluatie van
het commissiestelsel worden in de raadsbrief een aantal
voorstellen gedaan die voor een deel wezenlijke verandering
in de samenstelling of het functioneren van de commissies
inhouden. In de volgorde waarin ze in de raadsbrief worden
genoemd, zal ik het standpunt van mijn fractie over de voor
stellen toelichten.
Dan gaat het eerst om het voorstel om bij wijze van proef
commissieweken in te stellen. In de notitie, die in de Com
missie Algemene Zaken aan de orde was, werd uitgegaan van één
commissieweek per maand. Evenals de overige fracties, met
uitzondering van de WD-fractie, wezen wij dat idee af. Met
één commissieweek per maand weet je bij voorbaat dat sommige
commissies met de regelmaat van de klok extra vergaderingen
moeten houden, die onmogelijk in die ene week gepland kunnen
worden. Dat gegeven staat haaks op het streven naar concen
tratie van vergaderingen. Het principe waar je naar streeft,
wordt onmiddellijk gefrustreerd door die extra vergaderingen.
Bovendien wordt de belasting voor met name de kleinere frac
ties wel erg zwaar in die ene commissieweek, dat werd in de
commissie ook bevestigd en wij kunnen ons dat goed voorstel
len.
Er wordt nu voorgesteld te experimenteren met twee opeenvol
gende commissieweken. Met een dergelijke proef gaan wij wel
13