gewaarborgd wordt. Gezien de huidige situatie lijkt het ons
onverantwoord om opnieuw met wijzigingen te komen. Er moet
dus op korte termijn een oplossing komen. Als wij te lang
blijven doormodderen zal dit absoluut ten koste gaan van de
kwaliteit van het werk waarvan de burgers in de gemeente
Leeuwarden de dupe zullen worden. Tevens zal de onzekerheid
en onrust onder het personeel toenemen. Op het moment dat
gekozen wordt om JWL voor een bepaalde duur zelfstandig te
laten functioneren, zal dit grote financiële consequenties
hebben. Er is dan sprake van dubbele huisvestingskosten en
overhead. Derhalve zal dit leiden tot nieuwe tegenvallers met
de nodige consequenties vandien. Zoals wij in de commissie
vergadering hebben aangegeven afgelopen vrijdag, heeft het
college een aantal steken laten vallen, hieromtrent wil ik
niet in herhaling treden.
Gelet op het voorgaande en gelet op de informatie van het
college is de PAL/GL-fractie geen voorstander om de JWL een
tijdlang zelfstandig te laten functioneren en gaat derhalve
met tegenzin akkoord met het besluit van het college. Het
gaat om een juridische fusie tussen MWL en SWL en bedrijfs
overname van JWL. Daarvoor hebben wij ook in de afgelopen
commissievergadering van vrijdag een aantal voorwaarden
genoemd. Het besluit van het college mag niet leiden tot
nieuwe tegenvallers èn het werk moet gewaarborgd zijn. Uit de
verkregen informatie blijkt dat het personeel van JWL door
een bedrijfsovername in een nadelige positie zal komen ten
opzichte van de andere instellingen. De vraag is derhalve hoe
het college hiermee denkt om te gaan.
Mevrouw Waanders: Voorzitter, het is min of meer bij toeval
dat wij hier in de raad ook over de fusie van de welzijns-
instellingen spreken, althans wat betreft het fusieproces.
Aanleiding daarvan is de brief van de SJL. Het college kwam
daarop met een hele uitgebreide notitie over de gang van
zaken tot nu toe. Die notitie is in de commissie aan de orde
geweest en de discussie spitste zich vervolgens toe op het
punt van de doorbraak die het college voorstaat via een
bedrijfsovername van SJL en een fusie van de andere twee
welzijnsinstellingen. Ik heb in de commissie namens de andere
commissieleden van mijn fractie negatief geadviseerd over de
voortgang van het fusieproces zoals die door het college
wordt voorgesteld en dan met name de bedrijfsovername van de
SJL. Ik heb er wel bij vermeld dat ik niet namens de hele
fractie kon spreken op dat moment, omdat wij dat punt nog
niet in de fractie hadden besproken. Dat hebben wij op vrij
dagavond wel gedaan en de conclusie van dat overleg is dat
onze fractie verdeeld is. Sommige fractieleden steunen het
voorstel van het college, niet van harte, niet een ideale
8
oplossing, maar wel gelet op het raadsbesluit dat is genomen
over de fusie van de welzijnsinstellingen, de taak die daar
bij zou horen en de taakstelling, het meest haalbare geacht.
De kritiek van de andere fractieleden en de redenen waarom
zij negatief adviseren ben ik heel uitvoerig op ingegaan in
de commissie, het lijkt mij niet nodig om die kritiek hier te
herhalen.
Voor de rest zijn er ook zeker door leden van andere frac
ties, met name ook door de CDA-fractie, kanttekeningen ge
plaatst, kritische vragen gesteld, bij de bedrijfsovername.
De wethouder heeft toen ook gezegd dat het ten aanzien van
die vragen wellicht nodig zou zijn om in de raad daarop terug
te komen. Ik ben heel benieuwd naar de reactie op die vragen
en kanttekeningen van de wethouder.
De heer De Jong (weth.Voorzitter, wij hebben afgelopen
vrijdagmiddag in een extra vergadering van de Commissie
Welzijn langdurig met elkaar van gedachten gewisseld over de
stand van zaken en de gang van zaken omtrent het mislukken
van de vorming van één welzijnsinstelling. Er zijn vanavond
een aantal opmerkingen in deze raadsvergadering gemaakt die
ook vrijdagmiddag gemaakt zijn, maar ik denk dat het goed is
voor een goede discussie die zaak toch nog eens goed neer te
zetten.
Dan denk ik dat het van belang is om in zijn algemeenheid
eerst even te kijken naar een besluit dat deze raad vorig
jaar november genomen heeft bij de begrotingsvergadering. De
raad heeft toen een aantal taken voor de nieuwe instelling
vastgesteld. Dat waren vijf taken: de hulpverlening, een
voortraject op toeleidingsactiviteiten, opvoedingsonder
steuning, ondersteuning bij gerichte activiteiten en bij
zondere projecten. Dat wil dus zeggen dat alle drie instel
lingen die in het geding waren (SWL, MWL en SJL) betrokken
waren bij de toekomstige taken van deze instelling. Dat was
het raadsbesluit van vorig jaar. Hoewel de raad vorig jaar
besloten heeft om de voorgestelde formatie bij die taken te
schrappen, denk ik dat in het raadsbesluit absoluut niet de
suggestie besloten ligt dat verder alle taken van de SWL door
die nieuwe instelling worden overgenomen. Wij hebben bewust
afstand gehouden en een belangrijke verantwoordelijkheid
gelegd bij de besturen van de betrokken instellingen. Die
houding die het college destijds heeft ingenomen is mede
ingegeven door opmerkingen die vorig jaar in de raad gemaakt
zijn. Ik heb het verslag er nog eens op nagelezen, de PvdA-,
WD-, D66- en PAL/GL-fracties hebben met nadruk vorig jaar
gewezen op de verantwoordelijkheid van het werkveld zelf, de
overheid op afstand, ik heb dat vrijdagmiddag ook genoemd.
Ik heb moeten constateren dat er sprake was op 14 april jl.,
9