gesteld.
Dat hij zegt dat hij op 27 april jl. onvoldoende informatie
gekregen heeft, waag ik te betwijfelen. Wij hebben alle
informatie die bij ons op dat ogenblik bekend was gegeven.
Eerst in een notitie die de raad zeven tot tien dagen van—
tevoren gekregen heeft, daarna is er een notitie verschenen
die op zich geen ander licht op de situatie wierp, maar die
wat extra informatie gaf, wat meer reliëf gaf aan het geheel.
Met de motie die door de heer De Jong is ingediend heb ik
toch wat moeite. Waar het om gaat is dat er nu gekozen wordt
voor de fusie van SWL en MWL en dat er sprake zal zijn van
bedrijfsovername van die onderdelen die het SJL uitvoert en
de andere taak die ook door het BSR wordt uitgevoerd. Bij de
totstandkoming van één instelling, daar richt ik mij maar
even op, kan dus nu niet meer sprake zijn van een fusie, dat
heeft het college moeten constateren, dat is een gepasseerd
station. Ik voel er echt helemaal niets voor - ik zeg dat in
alle eerlijkheid - om opnieuw met de drie besturen om de
tafel te gaan zitten om te kijken of wij alsnog tot een
vergelijk kunnen komen. Ik zeg dat dat een gepasseerd station
is en daar blijf ik bij.
Bij punt 2. uit het besluit: de financiële taakstelling
blijft onverminderd gehandhaafd, dat is voor mij volstrekt
helder.
Ik heb, dat zal duidelijk zijn, geen behoefte aan de motie
zoals die voorligt.
Ik hoop dat ik daarmee alle sprekers recht gedaan heb, anders
hoor ik het wel in tweede termijn.
(De heer de Jong: Zou de wethouder ook nog in kunnen gaan op
de positie van het personeel van Jongerenwerk Leeuwarden dat
eventueel niet het werk volgt? Dat was een vraag die een
aantal mensen heeft gesteld en waar de wethouder nog niet op
ingegaan is.)
(De heer Terpstra: De wethouder heeft denk ik nog een paar
dingen vergeten, namelijk de positie van het personeel dat
via fusie binnenkomt en het personeel dat via bedrijfsover
name binnenkomt. Als er een procedure ontstaat of wij daarop
verschuldigd zullen zijn. Ik wil ook graag dat de wethouder
ingaat in hoeverre aan die uitvoerende taken ook gekoppeld
wordt de overheadtaken en ondersteunende taken, of daar ook
mensen meegaanof het Europese Hof daar ook een uitspraak
over gedaan heeft. Verder of wij de taakstelling halen en als
wij die niet halen, wat dan.)
Wat het laatste betreft heb ik uitdrukkelijk gezegd dat die
taakstelling voor het college nog steeds een harde voorwaarde
is. Ik denk dat ik daarmee de vraag beantwoord heb.
12
Wat betreft de positie van het personeel van het Jongerenwerk
of dat binnenkomt bij de nieuwe instelling. Waar het om gaat
is dat - de heer Brinks heeft daar naar gevraagd ik dacht dat
ik daar antwoord op gegeven had - je gaat kijken naar de
taakomschrijvingen zoals die nu vastgelegd zijn. Dat is de
basis waarmee je de taken zoals die thans uitgevoerd worden
bij het SJL en zoals die terugkeren in de nieuwe welzijns-
instelling. Dat personeel inclusief het daarbijbehorende
ondersteunend personeel (dat moet je bekijken in de taakom
schrijving) gaat mee naar de nieuwe instelling die tot stand
komt
Mevrouw Waanders: Wij willen graag een korte schorsing.
De Voorzitter: De vergadering wordt voor een kwartier ge
schorst
De Voorzitter schorst om 20.00 uur de vergadering.
De Voorzitter heropent om 20.20 uur de vergadering.
De hear De Jong: Noch even in pear opmerkings.
De wethalder sei yn syn earste termyn dat se de partijen sa
folie mooglik de frijheid litte woene en no op krusiale
mominten ha se dat net dien. Wy tinke oan it oanstellen fan
it projektburo, dêr't de wethalder dochs düdlik syn han yn
han hat. Der wiene de partijen it net mei iens, se hawwe it
mar nommen omt se dochs fierder moasten.
Dan de iensidige ynformaasje. It wie wol hiel seker ien-
sidich, it wie fanüt ien kant besjoen. Ik herinnerje my dat
ik net de iennichste wie dy't dat fün.
Wêr't ik ek noch gjin antwurd op han haw is hoe't it sit mei
de persoaniele gefolgen fan taken dy't net oernaam wurde,
funksjes as direkteuren mar ek hüshaldlik persoaniel.
Wy fine it net professioneel as in füzje net trochgiet al-
linne omt minsken op persoanlik flak net mei elkoar omgean
kinne, dér leit it in hiel soad op fêst. In bytsje profes
sionelere ynstelling soe wol hiel goed wêze, tink ik.
De heer Terpstra: Ik wil even de historie ophalen. Op 27
april j.l. hebben wij de commissievergadering gehad en af
gelopen vrijdag heb ik gezegd dat wij toen een besluit hebben
genomen waar ik naderhand wel de haren voor uit mijn kop had
13