zing zou leiden, betrokkenen dat meteen hadden moeten weten en zou in de horecadiscusaie vervolgens op die lokatie dan ook niet meer zinvol zijn. Dus de helderheid van het verhaal kan ook worden omgedraaid, het college wil onder erkenning dat wij de betrokkenen duidelijk moeten maken dat de echte afweging nog komt, deze volgorde van stappen nu niet verder in gevaar brengen. Er is een ligplaatsenverordening bij b. en w.-besluit verleend, dat is een competentie van b. en w. Daar kan best over teruggekoppeld worden in commissieverband, maar het college is op dit moment niet bereid om dat nu op basis van dit geluid om te draaien. (De heer Krol: Ik vraag ook niet om het besluit van de vergunningverstrekking te herover wegen of in te trekken, maar om de verstrekking van de ver gunning als zodanig op grond waarvan men vandaag of morgen dat schip daar kan neerleggen, even uit te stellen. Ik heb begrepenmaar misschien ben ik niet goed ingelichtdat de brief als zodanig niet verzonden is. Ik vraag om de verstrek king van de vergunning als zodanig eventjes op te houden zodat men niet alvast kan beginnen dat schip daar neer te leggen. Politiek af te tasten hoe de zaken ervoor staan - dan wordt het in ieder geval iets helderder dan het nu is - om daar een paar weken voor te nemen, Volgens mij moet dat kunnen.) Ik stel u voor om de helderheid te zoeken in het berichten van de betrokkenen van de juiste procedure, die wij èn in de commissie èn nu wederom hebben afgesproken en dat ook te doen richting het advocatenkantoor. Als dat gebeurt kan er geen onduidelijkheid bestaan. Vergunningen die een besliskarakter van b. en w. hebben gekregen, bestaan eigen lijk al vanaf het moment dat dat besliskarakter er is gege ven. Dus ook de wederpartij is goed geëquipeerd in dit proces, ook haar advocatenkantoor benaderd ons regelmatig over de stand van zaken. Ik wil graag het vertrouwen van de raad dat wij nu met het uitzetten van deze helderheid de juiste procedure in de geest van de raad bewandelen en niet dat u ons vraagt te doen alsof de vergunning nog niet is verleend. Dat betekent namelijk het nog niet melden aan betrokkenen welk besluit is genomen. Er is wel een besluit genomen. Ik stel u dus voor de helderheid te zoeken in de procedure zoals wij in de eerste termijn van deze toelichting met elkaar hebben afgesproken. Mag ik constateren dat dat uiteindelijk de weg is die de raad met het college zou willen bewandelen? De heer Krol: Voorzitter, ik zou u willen verzoeken om de tweede termijn hierover na de eerste pauze af te handelen. Ik wil hierover toch nog enig intern beraad houden. 7 De Voorzitter: Heeft de meerderheid van de raad er zodanige behoefte aan dat wij in feite nu formeel dit punt stopzetten en verdagen? Het college is van mening dat in twee termijnen nu helder is gediscussieerd en dat wij er goed aan doen deze procedurele helderheid niet te verheffen tot een raadsopstel- ling. De heer Krol: Ik dien toch een verzoek in om dit na de pauze af te handelen. Ik heb de indruk dat de raad daar niet tegen is. Mevrouw De Haan: Wat onze fractie betreft hebben wij geen intern beraad meer nodig hebben, maar ik vind wel dat als een fractie vraagt om intern beraad, ik dat niet zou moeten belemmeren. Wat mij betreft is er geen reden om de CDA-frac- tie geen ruimte te gunnen er nog eens over na te denken. De Voorzitter: Daarmee ondersteunt mevrouw De Haan dit voor stel en is dat verworden tot een procedurebesluit. Wij komen hier na de pauze op terug. Sub U tot en met Dd. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 3 (bijlage nr. 175). De Voorzitter: Aan de orde is Benoeming in het algemeen bestuur van de Centrale Post Ambulancevervoer Friesland. Aanbeveling burgemeester en wethouders: de heer drs. P. de Jong. Benoemd wordt de aanbevolene met algemene stemmen. 8

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 5