1. Op het experiment met een vernieuwende vorm van in
spraak en participatie ben ik al ingegaan. Ik voeg
daaraan toe: zorg zo veel mogelijk voor "open plan
procedures", met inspraak vanaf het begin, maar zorg
ook voor duidelijkheid over de politieke kaders en
randvoorwaarden; zorg voor een goede presentatie van
plannen zonder vakjargon; bevorder waar mogelijk onaf
hankelijke gepreksleiding en een inzichtelijk besluit
vormingstraject en koppel naderhand altijd terug naar
insprekers
2. De algemene beschouwingen zouden in het voorjaar wor
den gehouden bij de Perpectiefnota. Het is natuurlijk
niet de bedoeling dat er twee keer per jaar algemene
beschouwingen gehouden worden. Het lijkt ons goed om
op korte termijn daarover goede afspraken te maken.
Ook over de vorm wil mijn fractie met de andere frac
ties verder discussiëren. De Commissie Bestuur en
Middelen is daar een goed forum voor. Wij zullen dit
punt daar dan ook agenderen.
3. Het college zou zelf initiatieven nemen om naar bur
gers te luisteren, los van besluitvormingsprocedures.
De vraag is of het college daar aan toekomt. Het aan
tal wethouders is met één verminderd, maar het aantal
problemen lijkt niet navenant verminderd. Dat lijkt
onvermijdelijk ten koste te gaan van de bestuurs
kracht. De PvdA stond en staat achter deze bezuiniging
maar is wel van mening dat er te zijner tijd een open
discussie moet kunnen plaatsvinden over de vraag of de
baten van deze bezuiniging op de bestuurskracht opwe
gen tegen de nadelen. Dat geldt wat ons betreft ook
voor de bezuiniging op verslaglegging van commissies
en op het niet meer versturen van post aan raadsleden.
4. Het vierde punt was een snelle/doeltreffende dienst
verlening aan de burgers. We verwachten dat LIS daar
aan bijdraagt. Er komt een klachtenbon in Huis aan
Huis net zoals het door ons voorgestelde klachtenfor
mulier bij de balies. Belangrijk daarbij is ook hier
een goede terugkoppeling.
5. Het vijfde punt betrof bestuurlijke integriteit. De
Leeuwarder PvdA-nota "Het Glazen Huis" is al in ver
schillende Friese gemeenten besproken; in Leeuwarden
nog niet. Wanneer horen we daar iets van? Voor ons is
overigens belangrijker dat het onderwerp bespreekbaar
wordt gemaakt dan er wederom dikke verhalen over te
schrijven.
6. Het laatste punt in het Collegeprogramma was de taak-
veldgewijze periodieke evaluatie. Hier wordt gedoeld
op evaluatiecommissies uit deze raad zoals door de
PvdA voorgesteld. Hieraan moet nu uitvoering worden
gegeven. Ook op dit punt komen we met een voorstel.
14
Enige jaren geleden heeft de raad een eigen commissie
ingesteld, die het rapport "Armoede uit de stilte" heeft
uitgebracht. Deze commissie heeft uitstekend werk gedaan in
het kader van het minimabeleid. Intussen is er veel gebeurd
op dit terrein en, laten we eerlijk zijn, de positie van de
mensen die met een uitkering moeten rondkomen is verslech
terd. Nieuwe wetten worden ingevoerd, kwijtscheldingsbeleid
is aan nieuwe regels gebonden. De gemeente moet binnenkort
de werking van het fonds maatschappelijke activiteiten
evalueren. Volgend jaar zullen we ons moeten buigen over de
invulling van de gemeentelijke verantwoordelijkheid ten
aanzien van het nieuwe uitkeringsstelsel. Hoewel we besef
fen dat de speelruimte van de gemeente gering is vinden we
dat de positie van de minima in onze stad onze aandacht ten
volle moet blijven houden. We stellen daarom voor het
gemeentelijk minimabeleid door een commissie uit de raad te
laten evalueren. Het gaat er met name om hoe dit beleid in
de praktijk voor de mensen uitwerkt. De mening van de
mensen zelf is dus belangrijk. De gegevens en conclusies
van deze commissie maakt het ons mogelijk de discussie in
de raad over de nieuwe mogelijkheden of onmogelijkheden van
gemeentelijk minimabeleid verder te voeren. We vernemen
hierover graag de reactie van andere fracties.
Ik dien over dit punt een motie in.
De gemeenteraad van Leeuwarden, in vergadering bijeen
op 7 en 8 november 1994;
overwegende
dat de raad besloten heeft te willen experimen
teren met een commissie uit de raad die perio
diek gemeentelijk beleid evalueert;
de mogelijkheden van gemeentelijk minimabeleid
erg in beweging zijn;
dat de gemeente ten aanzien van een aantal
facetten van het minima beleid nieuwe keuzes
moet maken;
de positie van de mensen met een uitkering ver
slechterd is;
de aandacht van de lokale politici voor de pro
blemen van de groepen met een minimum inkomen
niet mag verslappen.
Besluit:
een commissie uit de raad in het leven te roepen die:
1. Het bestaande gemeentelijke minimabeleid evalu
eert;
2. op basis van de evaluatiegegevens aanbevelingen
doet ten aanzien van mogelijke wijzigingen van
beleid;
3. daarover rapporteert aan de raad;
15