deel van de raad. Ik wacht graag geluiden van de raad daaromtrent af. De heer Krol: Het gaat er om dat de NLP uit efficiency overwegingen niet wenst haar algemene beschouwingen voor te lezen. Ik denk dat wanneer de heer Jacobse ermee begonnen was, wij bijna klaar geweest waren. Dus wat dat betreft kost het nu meer tijd dan oorspronkelijk. Ten tweede, ik vind het een beetje raar dat wanneer wij daarover een aantal keren in het seniorenconvent met elkaar van gedachten hebben gewisseld met betrekking tot de vorm van de algemene beschouwingen. Er is gevraagd, zullen wij het anders doen? Nee, is er toen gezegd door de grootste meerderheid, het moet nog op de traditionele manier, uiter aard kan het volgend jaar op een andere manier, dat weet ook iedereen, daar is vorig jaar al over gesproken bij de algemene beschouwingen. Dan denk ik dat wij daarmee een afspraak hebben met z'n allen als fractievoorzitter. Kenne lijk is dat dan niet zo, dat betreur ik. Ik vind dat dat ook niet efficiënt is. Dat had daar gemoeten, vind ik. Op zich heb ik er geen moeite mee dat het zo gaat, maar ik vind het een beetje een wat vreemde manier van doen. Mevrouw Van Aaaers: Ik wil mij aansluiten bij de woorden van de vorige spreker. Wij hebben hier in het fractievoor- zittersoverleg over gesproken. De heer Jacobse heeft daar ook zijn mening duidelijk gemaakt. De fractievoorzitters waren er in meerderheid voor om de algemene beschouwingen nog op de traditionele manier voort te zetten. Mogelijk doen wij dit het volgend jaar anders. Ik vind het jammer dat op dit moment iemand daarvan af wil stappen, terwijl toch de meerderheid voor was. Als dat bonton gaat worden de komende periode, dan zou ik dat zeer betreuren. De heer Hoogeveen: Voorzitter, ik ben het eens met de vorige sprekers die zeggen dat wij hier in het seniorencon vent een afspraak over gemaakt hebben, waarom beginnen wij daar nu weer over. Dat vind ik een terechte opmerking. Maar aan de andere kant, als iemand geen zin heeft om zijn tekst voor te dragen, dan moet hij dat niet doen. Daar heb ik ook geen problemen mee. Mevrouw De Haan: Ik vind dat wij niet de heer Jacobse kunnen dwingen om zijn tekst voor te lezen. Dus als hij dat niet wil doen, dan moet hij dat niet doen. Waar ik wel aan zit te denken, is dat zo'n tekst dan automatisch geacht 58 wordt uitgesproken te zijn en als zodanig in het verslag komt. Als dat op termijn gaat leiden tot het indienen van briefjes en wij er zelf niet meer bij hoeven te zijn, want dan komt het ook wel in het verslag, dan gaat mij dat te ver. In die zin denk ik dat wij nu niet een soort glijdende schaal af moeten waarbij je zegt: ik ben niet bij de raads vergadering aanwezig, ik lever mijn briefje in, iedereen wordt geacht dat gelezen te hebben en dat was mijn bijdra ge, klaar uit. Ik vind dat dat niet kan. De heer Brinks: Ik kan mij daarbij aansluiten. Ik heb nog een ander argument wat er nog bij komt, waarom ik de heer Jacobse wel wil verzoeken om zijn algemene beschouwingen uit te spreken, dat is namelijk dat als hij nu in een samenvatting had gezegd dit en dit zijn onze punten van kritiek en daar hebben wij een uitgebreider verhaal en motivering onder liggen, dan weet je in elk geval welke punten aan de orde zijn. Op dit moment is dat helemaal niet zo. Vandaar mijn verzoek om de algemene beschouwingen uit te spreken, ook al kunnen wij hem natuur lijk niet dwingen. De Voorzitter: Ik stel voor om hier geen discussie in twee termijnen van te maken, want op zichzelf is het oordeel van de raad wel helder. Ik zou nu willen voorstellen te constateren dat de motie van orde in feite twee onderdelen bevat. Het eerste onder deel is dat men uitspreekt graag de tekst onderdeel van de beraadslagingen te willen laten zijn. Dat lijkt mij een relevante opmerking, want iemand die het gelezen heeft kan het meenemen, iemand die het niet gelezen heeft niet. Zo je het niet wilt uitspreken ben je ook niet verplicht het te lezen. Dus eigenlijk in termen van formele besluitvorming is het eigenlijk een nulpunt. Ten tweede verzoeken iets als aanhangsel bij een verslag van deze vergadering te willen hebben zonder het als integraal onderdeel van de verslag legging zelf te willen hebben, lijkt mij ook niet een zo moeilijk punt. Er wordt nu immers genotuleerd wat hier gezegd wordt, dat betekent dat er een aanhangsel is en er is geen reden om die te verspreiden, er is ook geen reden om dat aanhangsel in het archief bij te houden. Ik vind eigenlijk dat hiermee de discussie wel afgedaan zou moeten worden. Feit is dat de heer Jacobse zijn tekst niet wil uitspreken, daar nemen wij kennis van. De heer Jacobse: Wat is nu de conclusie van het geheel? 59

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 41