De Voorzitter: Dat in het verslag van deze vergadering komt te staan dat u het hebt over een aanhangsel en dat dat aanhangsel bij het verslag zal worden gearchiveerd. De heer Jacobse: De bedoeling van mijn fractie was dat ik tijd zou besparen. De Voorzitter; Mag ik u dan nog voorzittertechnisch een vraag stellen. U hebt wel los van deze motie, die nu zijn behandeling gehad heeft, een inhoudelijke motie ingediend. Is die nu ingediend of hebt u die neergelegd. De heer Jacobse: Zoals ik al zei hadden wij de bedoeling om tijd te besparen. Ik wil de tekst best voorlezen, maar iedereen heeft het verhaal gekregen. De Voorzitter; Wij moeten nu toch komen tot de functie van een plenaire raadsvergadering. a. wij kunnen er hier geen rommeltje van maken; b. wat er gezegd wordt moet genotuleerd worden; c. verzoeken om iets als aanhangsel mee gearchiveerd te krijgen, is het punt niet. Maar als er politieke moties worden ingediend, dan hoort u die hier in eerste termijn toe te lichten. Zo niet, dan is er geen motie in mijn ogen. De heer Jacobse: Ik ga over tot integrale voorlezing. Hoewel de economie enige groei doormaakt, merken velen in Leeuwarden daar nog bar weinig van. Vele Leeuwarders, mensen met een uitkering, studenten, mensen in overheid- of semi-overheidsdienst, maar ook in sommige bedrijfstakken, hebben de afgelopen jaren hun inkomen niet zien toenemen of soms aanzienlijk zien dalen. Soms tot op een niveau waarop zelfs de meest noodzakelijke uitgaven niet meer kunnen wor den opgebracht. In de situatie van velen van hen zal ook het komende jaar geen verbetering doch een verdere ver slechtering optreden. In die situatie past het ons inziens een gemeente niet de koopkracht van de burgers nog verder aan te tasten door belastingen en tarieven te verhogen. Ook het feit dat minima bij de gemeente om kwijtschelding 60 kunnen bedelen doet daar niks aan af. Mogen burgers die door incidentele maatregelen en door het niet toekennen van inflatiecorrectie gekort worden in hun uitgaven niet verwachten dat ook de gemeente die problemen binnen haar huidig budget oplost? Mijn fractie wenst die vraag met "Ja" te beantwoorden. Daarom hebben wij bij de Perspectiefnota ook gevraagd reeds nu te bezuinigen, zonder daarvoor overigens bij de raad gehoor te vinden. Daarom doen we u thans ook weer voorstel len om de stijging van de belastingen te beperken. Het beeld ontstaat bij de burgers dat er aan de ene kant gemeentelijke rijkdom is, ook al zegt de gemeente dat ze arm is, en aan de andere kant individuele armoede van burgers. Hoe komt de burger aan dit idee? dit gevoelen? Zij constateert dat de gemeente nog enorm investeert in kapitaalswerken. Een aantal daarvan, de Harmonie, de Blauwe Golf, het Stadskantoor, het Wilhelminaplein wordt door de burgers als luxe ervaren. Die investeringen doe je als je geld overhoudt. Is dat nu veranderd, is dat nu beter? Zo ervaart de burger dat in ieder geval niet. Wie in de huidige situatie van de gemeente het plan oppert om de Prinsentuin voor 2 miljoen te gaan herinrichten gaat gewoon op de oude weg voort. En dan noem ik er maar één. Ook plannen rond het Hofsingelproject, de Westergo-zone en noem maar op, bevestigen de gedachte bij de burgers dat de stadsbestuurders de stad willen opstoten in de vaart der volkeren over de ruggen van de Leeuwarders van nu. Maar we doen het toch voor hun? Voor hun werkgelegenheid? Fijntjes werd ik laatst gewezen door een burger op zijn visie. Hij zei" De gemeente en provincie geven honderden miljoen uit voor de creatie van enige arbeidsplaatsen en schrappen enkele honderden arbeidsplaatsen om enige miljoenen te besparen" Mijn fractie geeft ook hier de burgers grotendeels gelijk. Dit soort plannenmakerij moet vooreerst maar eens afgelopen zijn. Eerst moet de burger weer wat meer financiële adem krijgen. We leven in een tijd van vernieuwing. Sociale vernieuwing en bestuurlijke vernieuwing zijn kernwoorden daarbij. Bij sociale vernieuwing komt het accent meer te liggen op het jeugd-en jongerenbeleid. Het voorkomen van nieuwe 61

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 42