dien weer terug door vermindering van de gemeentelijke
bijdragen via de sociale dienst.
Mijnheer de Voorzitter, de lasten voor het bedrijfsleven in
onze gemeente moeten worden verlaagd. Onlangs nog is uit
onderzoek gebleken, dat die op verschillende onderdelen van
bijvoorbeeld leges veel te hoog zijn, anderen hebben dat
ook al opgemerkt. Hoe kan dat? Wij werken toch met kosten
dekkende tarieven en dat doen ander gemeenten toch ook.
Moeten wij op dit punt ons apparaat ook nog eens tegen het
licht houden om wellicht verbetering te brengen in de
kwaliteit van onze organisatie? Dat zou dan tevens bijdra
gen aan het verbeteren van het vestigingsklimaat in onze
gemeente. Ik wil het college uitnodigen op dit punt de raad
te dienen met een vergelijking van de lastendruk in andere
gemeenten en wat daar eventueel in onze gemeente aan gedaan
kan worden.
Mijnheer de Voorzitter, tot nu toe heb ik nog niets gezegd
over het tweede 1000-banenplan. Dat zijn prachtige initi
atieven die ook doorgang moeten vinden zeker als het rijk
daarvoor aanzienlijke bedragen beschikbaar stelt. Maar het
plan drijft op het werken met behoud van uitkering en dus
ook met een voortdurende bijdrage vanuit de gemeentekas.
Het kan leiden tot toetreden tot de reguliere arbeidsmarkt,
maar die moet dan wel eveneens gecreëerd worden. Anders
blijven wij water naar de zee dragen en blijft de collec
tieve lastendruk te hoog. Het scheppen van reguliere ar
beidsplaatsen in deze regio moet prioriteit nummer één zijn
gevolgd door plannen voor additioneel werk.
Mijnheer de Voorzitter, mijn algemene beschouwingen zijn
deze keer iets minder breed geweest dan andere jaren. Vele
belangrijke onderwerpen heb ik nu niet aan de orde gesteld.
Dat kan wellicht ook beter bij de Perspectiefnota 1996.
Twee onderwerpen wil ik nog noemen:
In de eerste plaats het weer invoeren van het notuleren van
vergaderingen van raadsadviescommissies. Daar wil ik nu
geen lang betoog over houden. Daar zijn al veel te veel
woorden aan besteed. Beknopt notuleren komt de bestuurbaar
heid van deze gemeente ten goede. De voorbereiding tot
besluitvorming zijn beter controleerbaar voor raadsleden en
burgers. In de raadsvergaderingen behoeven standpunten niet
te worden herhaald. Het geeft alleen maar grote voordelen.
Het bevordert de kwaliteit van ons besluitvormingsproces.
Het college is creatief genoeg om zonder grote financiële
consequenties een oplossing te bedenken, misschien in het
kader van het tweede 1000-banenplan. Overigens hebben wij
72
ook nog steeds teveel boventalligen in onze eigen organisa
tie.
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op 7 november 1994,
besluit:
notulen te maken van raadsadviescommissievergaderin-
gen;
en gaat over tot de orde van de dag
(De Voorzitter: Dit is motie nr. 3 van de GPV/RPF/SGP-
fractie.
Mijnheer de Voorzitter, 1995 is een bijzonder jaar. Wij
hopen dan 50 jaar bevrijding te herdenken van de Duitse
overheersing door het nationaal-socialisme. Wij willen dat
gaan vieren met een bevrijdingsfeest. Het is belangrijk bij
die gebeurtenissen stil te staan om uit de geschiedenis een
les te leren: nooit weer vreemde overheersing en onderdruk
king. Op tal van plaatsen in de wereld vindt wel onderdruk
king plaats. Wij worden daarmee ook geconfronteerd voor de
opvang van asielzoekers. Laten wij zuinig zijn op de vrij
heid waarin wij leven en gastvrijheid geven aan hen die
moesten vluchten uit hun eigen vaderland. Laten wij ons te
weer blijven stellen tegen alle vormen van rassendiscrimi
natie en achterstelling van minderheden en tegen rechts-
extremistische denkbeelden die ons maar zo in de greep
kunnen krijgen. Ik wil besluiten met de volgende woorden
uit ons volkslied:
Mijn schild en de betrouwen zijt Gij, o God, mijn
Heer 1
Op zo wil ik bouwen, verlaat mij nimmermeerl
Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar te aller
stond,
de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
De Voorzitter: Dan zijn wij gekomen bij de reeks eerste
termijn algemene beschouwingen. De normale vergaderorde zou
met zich meebrengen dat wij vanavond om 20.00 uur door
zouden gaan. Nu zijn er twee mogelijkheden, of wij gaan nu
door tot 6 uur en beginnen dan om 8 uur, dan is er één
beantwoording van een lid van het college, dat zal dan de
voorzitter zijn, of wij stoppen nu en gaan om half acht
verder. Wat heeft uw voorkeur.
De raad besluit door te gaan tot 18.00 uur en om 20.00 uur
73