in groeiprocessen zitten die kunnen worden gestimuleerd. De acquisitiefunctie zou ik, met alle respect voor de beschouwingen hier, toch willen verwijzen naar de aparte commissievergadering ter zake, maar de inzet van het colle ge zal er een zijn van een versterkte acquisitie, ik zeg dat in reactie op de woorden van de heer Krol, maar wel een acquisitie die wij zullen moeten beschouwen in relatie tot de duidelijkheid die binnenkort moet komen. Ook in termen van de afdelingen hoe die binnen de diensten in het kader van LIS zullen worden gepositioneerd, welke ruimte er dan is voor formatieve uitbreiding en in ieder geval ook een aanzet om een gedeelte van het acquisitieversterkingsgeld, dat u twee jaar geleden beschikbaar hebt gesteld, ook duidelijk in te zetten voor een zo helder mogelijk profiel van het acquisitieteam dat Leeuwarden zich binnen zijn organisatie zou moeten willen veroorloven. Misschien moeten wij wel iets afstappen van de vele netwerkrelaties die wij inmiddels hebben opgebouwd, om een compacte kernorganisatie te maken van mensen die je onder je eigen figuur met be voegdheden, als het gaat om de externe contacten, het veld in stuurt. Dat is de kern van het voorstel dat wij zullen doen. De CDA-fractie heeft bij twee moties een belangrijke impuls gegeven aan de acquisitiediscussie. Ik wil daar namens het college als volgt op reageren. Het college is graag bereid in te gaan op de suggestie - zo heb ik de motie opgevat - om in feite een vorm van con tractmanagement, van inspanningsverplichting met elkaar aan te gaan, dat als er een instrument wordt ingezet, in dit geval (motie 2) een eventuele verhoging van f 0,5 miljoen voor de stimulering marktsector, om dan ook een verhoging van de daadwerkelijk binnen te halen echte nieuwe arbeids plaatsen met elkaar af te spreken. Als dat de geest van de motie is, is de portefeuillehouder graag bereid in die lijn tot uitwerking te komen en daar bijvoorbeeld ook nader over te spreken De financiële ruimte die moet worden gezocht bij de Per spectiefnota is uiteraard een zaak die wij met z'n allen in het kader van een Perspectiefnota moeten betrekken. Terug vertaald, ook de huidige f 0,5 miljoen die in de begroting 1995 staat voor versterking marktsector zal wat mij betreft als portefeuillehouder mogen worden vertaald, maar dan de helft van die 200, in bijvoorbeeld een afspraak hoeveel arbeidsplaatsen, echt nieuwe je van nieuwe bedrijvigheid voor de eerste f 0,5 miljoen marktsector, wat in de begro ting 1995 is opgenomen, dan zou moeten binnenhalen. (De 78 heer Krol: Dat is mij niet helemaal duidelijk. De motie vraagt concreet om als eikpunt te nemen 1 januari 1995 en daar een minimale plus van 200 op te zetten, netto, reke ning houdend met een verloop van wat er in de bedrijven verder gebeurt.) Als u daar ook mee bedoelt dat als Fries land Frico Domo 600 arbeidsplaatsen verliest, waar je niets aan kunt doen, dan vind ik dat een netto benadering waar ik als portefeuillehouder namens het college verder nog wel eens over zou willen spreken. Als u zegt, je hebt een in strument gekregen voor het eerst in 1995 van f 5 ton, laten wij nu eens afspreken hoeveel arbeidsplaatsen, gerelateerd aan de actie die je onderneemt omdat dat instrument er is, erbij zouden moeten komen, dan lijkt mij dat een heldere netto-netto-discussie. Maar dat is een andere ontwikkeling dan in de stellingname van de heer Greving. Er is een autonome groei van de werkgelegenheid in Leeuwarden, het zou ook omgekeerd oneerlijk zijn om die er alvast bij te tellen, dus dat krijgt u dan omgekeerd terug in zo'n netto netto benadering. Maar je zou dan in het kader van een rapportage met elkaar moeten afspreken hoe de relatie is tussen f 5 ton marktsector, acties en opgeleverde arbeids plaatsen. Een eerste aanzet daartoe krijgt u in de notitie acquisitie waarin een verslag wordt gedaan van het huidige budget dat beschikbaar is in de huidige begroting. Ik wacht graag in tweede termijn af hoe wij verder tot heldere afspraken ter zake zouden kunnen komen. De fractie van D66 heeft er terecht op gewezen dat het er om gaat de relatieve positie van Leeuwarden in termen van de gemiddelde provinciale groei op te krikken. Dat is een punt van zorg, dat moet niet worden ontkend en de inzet zal dan ook zijn om met veel nieuwe initiatieven, ook in de industriële sector om de heer Greving te citeren, de veel heid van kansen die er in de ogen van het college ligt ook zo breed mogelijk te benutten. Dus niet alleen in de dien stensector, maar ook in de vele ontwikkelingen aan de westzijde niet schuwen, ook in het midden- en kleinbedrijf, zeker ook in relatie tot de bedrijfstijd van de binnenstad als het gaat om de koopsector in onze stad. Al die elemen ten zullen tot een samengesteld economische beleid kunnen worden gecombineerd, zo is ook de inzet van het college. De Westergozone zal daarbinnen een van de duidelijke speer punten zijn, ook in termen van het provinciaal economisch beleid is dat gelukkig nu tot investeringscluster aange merkt en ook in het nieuwe ISP-beleid, hebben wij begrepen, is dat een belangrijke investeringzone. Daarvan zal heel snel duidelijk moeten worden wat dan het acquisitieprofiel is, wat na gedaan onderzoek aan ons kan worden voorgelegd, ook als basis voor de acquisitiewerkzaamheden. 79

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 51