de bespreking van de Perspectiefnota in het voorjaar 1995. Een aantal fracties heeft al wat schoten voor de boeg gelost als het gaat om bezuinigingen. De heer Greving heeft sterk het accent gelegd op interne bezuinigingen, de bezuinigingen op het eigen apparaat of uitbesteding van werkzaamheden. De WD-fractie heeft een motie ingediend om de kerntakendis cussie af te ronden en dat ook te betrekken bij de bezuini gingen. Ik heb de neiging om op dit moment die bijdragen te beschouwen als voorzetten die in de discussie van 17 november 1994 dan maar op tafel moeten komen. Dan moeten wij maar kijken wat wij daar met z'n allen van vinden. Ik kom overi gens op de motie nog apart terug. Dan lijkt er een beeld te bestaan bij een aantal fracties dat er meer bezuinigd wordt buiten de eigen gemeentelijke organi satie dan in de eigen organisatie en ook het beeld dat wij strenger zijn voor anderen dan voor onszelf. Ik heb de mede werkers van concern-financiën gevraagd om eens op een rijtje te zetten wat er de afgelopen jaren aan herwaardering plaats gevonden heeft, om te kijken of dat beeld klopt en of het inderdaad zo is dat wij hogere eisen stellen aan anderen dan aan onszelf. Dat zou niet zo moeten zijn. De bedoeling is dat die informatie er in ieder geval ook op 17 november is, zodat wij die ook bij de discussie kunnen betrekken als wij dat willen. Overigens ben ik het eens met de PvdA-fractie dat de bezuinigingen hard moeten zijn, dat stelt eisen aan de kwali teit van de voorstellen. Op het moment dat er besluiten genomen zijn moet je daar ook de directeuren aan houden. Dan zijn er opmerkingen gemaakt over nieuw beleid. Ook de noodzaak van nieuw beleid, er zijn zelfs al een aantal wensen uitgesproken in de richting van nieuw beleid. In deze begro ting zit die ruimte niet, het afgelopen jaar heeft de raad er voor gekozen om de middelen nieuw beleid vooral eerst in te zetten voor de verbetering van de eigen organisatie. In deze begroting zit dus geen extra ruimte voor nieuw beleid. Als wij dat willen, dan denk ik dat het verstandig is om daar in het kader van de Perspectiefnota in april a.s. met elkaar afspraken over te maken en dan ook te discussiëren over tot welke omvang wij nieuw beleid willen, welke wensen er dan liggen, welke prioriteiten wij stellen, etc. Wat mij betreft komen wij daar bij de Perspectiefnota op terug. De Maraps. Wanneer voldoet elke dienst aan de eisen, vraagt de CDA- fractie. Wij kunnen constateren dat de kwaliteit beter wordt. Als je de tweede Marap van dit jaar ziet, dan zit daar duide lijk een verbetering in ten opzichte van voorgaande Marap's. 102 Desalniettemin ben ik het er met eens dat er nog het nodige te verbeteren valt. Twee opmerkingen wat dat betreft. In ieder geval is de afspraak gemaakt dat bij de volgende Marap alle diensten zich zullen houden aan de richtlijnen die gelden. Dat zijn niet onlangs vastgestelde richtlijnen, maar dat zijn richtlijnen die al een tijdje gehanteerd worden. Daarnaast is het zo dat in het project Planning en Control, in het kader van LIS, nieuwe richtlijnen worden ontwikkeld, die zullen in het voorjaar van volgend jaar ook vastgesteld worden en uiteraard zal iedereen zich daar dan ook aan dienen te houden. Negatieve verrassingen, kunt u ons gerust stellen? Dat zou mooi zijn. Er is natuurlijk het nodige in gang gezet. Wij hebben duidelijk meer greep op de zaak, dat wordt ook gezegd in het verhaal, het financieel beheer verbetert, wij hebben Marap's, de rekeningsresultaten zijn sneller bekend, er wordt op dit moment een onderzoek gedaan naar wat de feitelijke risico's zijn die wij hebben, de onderliggende lijstjes bij de Perspectiefnota, wij hebben een risicopara graaf bij de begroting. Ik denk dat wij aardig zicht hebben op alle verrassingen die wij wellicht in het verleden wat laat aan zagen komen. Wat dat betreft heb ik wel een gerust gevoel. Maar of dat betekent dat wij nooit meer onaangename verrassingen zullen krijgen, dat durf ik niet te beloven, al was het alleen maar dat je ook niet weet wat externe partijen op dit punt doen. Wij zijn net geconfronteerd met tegenval lers als gevolg van kortingen op het Gemeentefonds. Ik sluit niet uit dat dit soort zaken vaker kunnen gebeuren. Wij hebben in het verleden wel eens verrassingen gehad als gevolg van het aantal uitkeringsgerechtigden dat ineens veel sterker steeg dan wij gedacht hadden. In die zin denk ik dat verras singen nooit uit te sluiten zijn. Dat laat onverlet dat wij moeten proberen aan de ene kant daar zo goed mogelijk op te anticiperen en aan de andere kant onze begroting zodanig op te stellen en onze sturing ook zodanig te regelen dat wij tijdig in kunnen grijpen. Dat is een verhaal dat daar heel nadrukkelijk bij hoort. De inzet van de Frigem-reserve. Wij hebben daar in de commissie uitvoerig over gepraat. Bij de opstelling van de begroting leek het nodig om die middelen daarvoor te gebruiken, overigens niet om te potverteren. Ik heb altijd wat moeite met dat begrip, reservepotjes zet je in op het moment dat het echt nodig is en potverteren heeft wat mij betreft dan toch wat een negatieve klank. Gelukkig is gebleken, met name ook rekening houdend met de uitkomst van de rekening 1993, dat het niet nodig is. U hebt 103

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 10