intussen ook een aanvullend raadsvoorstel gezien dat bij agendapunt 9 behandeld wordt. Daarin hebt u kunnen zien wat de resultaten zijn de komende jaren. Daaruit kunt u afleiden dat het niet nodig is om die Frigemwinst daarvoor in te zetten, zelfs niet voor een deel. In de commissie is al uitgesproken dat iedereen ook graag zou zien dat het niet gebeurt. Wat dat betreft ga ik er dan ook vanuit dat u zich kunt vinden in het voorstel zoals dat ter tafel ligt. Daarmee zeg ik dan meteen in de richting van de heer Greving dat de motie overbodig is. Wij zijn het inhoudelijk daar volstrekt over eens. De vermogenspositie, er is nog geen notitie zoals wel toege zegd, daar heeft u gelijk in, ik heb dat nog eens na laten kijken. Overigens betekent dat niet dat wij intussen stil hebben gezeten. Er is bij voorrang gewerkt aan met name het in kaart brengen van onze "stille reserves", een begrip dat wij ook in de Perspectiefnota geïntroduceerd hebben. Daarbij wordt nagegaan of wij die op een betere wijze in kunnen zetten in de financiële huishouding dan op dit moment het geval is. U weet dan wel waar ik het over heb. Daarnaast wordt er hard gewerkt aan een beter onderscheid tussen reserves voorzieningen en fondsen en het is de bedoe ling dat bij de opstelling van de rekening 1994 dat onder scheid ook duidelijk zichtbaar wordt. Dus er gebeurt wel iets op dat front, maar de notitie is er nog niet. Wat ons vermogen is kunt u uit de begroting aflezen, daar zit alle informatie in. Wat het vervolgens op een aantal punten waard is, is ook een kwestie van uitkomsten van onderhande lingen, dat maakt het wat ingewikkeld. Kerntakendiscussie De motie van de WD-fractie. Voor een deel zijn wij in het kader van LIS bezig met een discussie over kerntaken; wat zijn onze taken; wat zijn onze produkten; hoe organiseren wij die; doen wij het zelf of besteden wij het uit; de discussie over Stadsbeheer, de discussie over OSAB. In feite ben je dan voor een deel bezig met de kerntakendiscussie. Voor een ander deel is de kernta kendiscussie ook een politieke prioriteitendiscussie, dat is ook de vorige keer wel gebleken bij al die lijstjes die wij toen op tafel hebben gehad. Waar zet je je middelen op in, waar wil je minder investeren, waar helemaal niets? Bovendien is dit een discussie die je eigenlijk permanent zou moeten voeren. Ik denk dat je jaarlijks bij de vaststelling van de Perspectiefnota als raad zou moeten bepalen waar je beleids matig accenten wil leggen. Daar is het moment om te bepalen - dan heb ik het over voorjaar 1995 - waar in het jaar 1996 beleidsmatig gezien de accenten zouden moeten liggen, wat je 104 daar aan middelen in wilt investeren en wat de sectoren zijn waar je wat minder geld voor over hebt. Ik moet u zeggen dat ik ook meer voel voor die lijn dan voor een afronden van een kerntakendiscussie. Ik twijfel of dat nu zoveel nieuwe infor matie oplevert, ook in het kader van de bezuinigingen. Wat dat betreft ben ik niet zo enthousiast over de motie die ingediend is. De perspectivische vertekening, wij hebben daar ook in de commissie over gesproken. Als ik mij goed herinner heb ik daar gezegd dat in feite die perspectivische vertekening een soort extra veiligheidspost is in onze begroting om eventuele toekomstige tegenvallers op te kunnen vangen. Overigens lijkt er geen gemeente in Nederland te zijn die dit begrip ook kent. Wij hebben dit een aantal jaren geleden ingesteld omdat als maar bleek dat het in de loop van de beleidsperiodes altijd weer tegenviel. Toen hebben wij gezegd, laten wij dan maar wat extra reserve inbouwen. Als u mij nu vraagt wat wij moeten met die perspectivische vertekenening, dan heb ik de neiging om te zeggen dat wij daar af moeten. In het kader van het hele verbeteringstraject denk ik dat wij zouden moeten streven naar het opstellen van reële begrotingen en juiste taxatie van wat risico's zijn. Dus een goede invulling van de risicoparagraaf ook in de begroting; goede Marap's; gebruiken van je rekeningscijfers ook bij het opstellen van begrotin gen. Ik verwacht meer van dat soort maatregelen om dan ook te weten - niet alleen bij het opstellen van de begroting maar ook in de loop van het jaar - waar wij nu staan. Dan denk ik dat wij zo'n perspectivische vertekening, zo'n reserve eigen lijk niet nodig hebben. Dan weten wij waar wij staan en dan moeten wij ook tijdig bij kunnen sturen. (De heer Greving: Het college dacht er vorig jaar heel anders over, toen moest er f 1,5 miljoen bij. Het was toen op het voorstel van het college dat er f 1,5 miljoen aan toegevoegd werd. Er is f 6 miljoen extra bezuinigd om dat ook in te kunnen vullen. Nu wordt het in één keer in één jaar opgebruiktNu haalt de heer Greving twee dingen door elkaar. Er is vorig jaar bij de begroting besloten om f 1,5 miljoen extra uit te trekken voor toekomstige tegenvallers. Pas bij de Perspectiefnota hebben wij gezegd dat wij op zich de zaak op meerjarenbasis sluitend maken, maar dat het verstandig is om wat meer ruimte te creëren. Op basis daarvan is gezegd dat wij in ieder geval een volgende bezuinigingsoperatie in moeten, laten wij die voorlopig maar eens op f 6 miljoen houden. Het is niet zo dat vorig jaar bij de begroting al besloten 1b om nog eens f 6 miljoen te bezuinigen. (De heer Greving: Bij de f 16 miljoen operatie hebben wij een stuk ruimte ingebouwd voor komende jaren. Toen is er f 1,5 miljoen aan de post Perspectivische vertekening gedurende vier jaar toegevoegd en wij zijn nog 105

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 11