mij niet aan de indruk onttrekken dat de voorgeschiedenis van sommige processen niet geheel bij de D66-fractie bekend is en wellicht is dat hetgeen dat tot de verwarring bij de D66- fractie heeft bijgedragen. Het procedurevoorstel van het Hofsingelproject is recent in de Commissie Stadsontwikkeling behandeld. (De heer Boogeveen: De wethouder kan toch niet ontkennen dat het op z'n minst wat merkwaardig is dat in de commissie drie of vier keer besloten is over wel of niet slopen van de Perkmavo. Dat op z'n minst is toch wel wat warrig geweestWij hebben natuurlijk in het geval van de Perkmavo wat afgeweken van de procedure. Niet omdat de proce dure niet helder was, want dan was het zo geweest dat de raad geen betrokkenheid had hoeven te hebben en ook de commissie niet bij dit besluit, maar juist omdat de commissie daartoe gevraagd heeft, hebben wij een en andermaal aan het verzoek van de commissie voldaan. Daar is dus de verwarring bij de D66-fractie ontstaan, begrijp ik. De WD-fractie heeft een motie ingediend die het voorkeursbe leid voor vrouwen beoogt voor wat betreft het "voldoende geschiktheidscriterium" te wijzigen. De motie luidt vervol gens: "In het vervolg de term "bij voldoende geschiktheid" niet meer in advertenties op te nemen". Uit de motie zou, als je heel precies leest, kunnen worden afgeleid dat het voor keursbeleid als zodanig niet ter discussie wordt gesteld, alleen niet meer in advertenties moet worden vermeld, maar bijvoorbeeld wel in het informatiepakket. Ik hoor graag of dat de juiste interpretatie is. Mocht dat onverhoopt niet het geval zijn, dan is mijn reactie als volgt. Het Collegeprogramma is helder, ik citeer: "Ook het emancipa tiebeleid voor vrouwen blijft prioriteit houden omdat zij nog steeds in een achterstandssituatie verkeren." Voorts staat er: "Regelmatig zal getoetst worden of het doel van het voorkeursbeleid gehaald wordt". Het is nog niet zo lang geleden dat er een overzicht in de Commissie Bestuur en Middelen is geweest met betrekking tot de personeelssamen- stelling. Het is duidelijk dat zowel kwantitatief als ook als wij kijken naar het niveau van de verschillende functies en de invulling daarvan door vrouwen, je moet vaststellen dat er nog een geweldige achterstand is van de positie van vrouwen ten aanzien van de positie van mannen. Door de WD-fractie worden geen nieuwe argumenten naar voren gebracht ten opzich te van degene die wij in het verleden hebben gehanteerd. De conclusie kan helder zijn, de doelen zijn niet gehaald en derhalve ontraadt het college deze motie. De WD-fractie stelt vervolgens vraagtekens bij het aantal arbeidsplaatsen dat met het MTC gemoeid is, alsook worden vraagtekens geplaatst bij het risico dat het MTC eventueel 110 zou kunnen hebben voor overige bedrijfsmatige ontwikkelingen aan die zijde van de stad. Het minimumscenario, zoals wij dat nu hier hanteren, de scheiding, vergisting en baggerslipver- werking, is dat wij in de directe werkgelegenheidssfeerdie eerste fase, kunnen vaststellen dat het gaat om ongeveer 50 mensen. In de indirecte sfeer, dan hebben wij het over toele vering en transportfuncties en dergelijke, kunnen daar nog eens 30 personen aan worden toegevoegd. Dat eerste ruimtebeslag van de eerste fase betreft slechts enkele hectares, even afgezien van het baggerslipverwerkings- depot. Voor de scheiding en verwerking van huishoudelijk en bedrijfsafval hebben wij het maar over een paar hectares en dat staat niet in verhouding tot de grootte van het gebied, erger nog dat kan ruimschoots op het reeds ingerichte Newton- industrieterreintje worden gehuisvest. Het gaat maar om een hele kleine unit. Als wij overigens het aantal bedrijven dat de laatste maanden bij ons geïnformeerd heeft over de moge lijkheden die een MTC oplevert zouden vertalen, dan praten wij over een groot aantal bedrijven dat zich reeds gemeld heeft als zijnde geïnteresseerd, dan is hier sprake van een uitbreiding van zo'n 50 hectares, met zo'n 500 directe ar beidsplaatsen en zo'n 300 indirecte arbeidsplaatsen. Dat is precies de bedoeling van dit hele project, via de simpele basiswerkzaamheden van dat primaire model de uitbouw, de ketens verder ontwikkelen. Dan zie je dat een groot aantal bedrijven wel degelijk geïnteresseerd is in deze stellingname vanuit de gemeente. Het beeld dat een MTC nadelig zou kunnen uitwerken voor het produktiemilieu voor andere bedrijven is denk ik een misvatting. Het is in het algemeen zo, al was het alleen maar om logistieke redenen dat zeer veel bedrijven juist vanwege de problematiek van hun eigen afvalstoffen, vlakbij een dergelijk centrum willen zitten en dat ook het zittende bedrijfsleven in Leeuwarden buitengewoon gebaat zou zijn bij een verwerking vlak in de nabijheid omdat het gewoon betekent dat veel kosten, die men zou moeten maken voor verdere afvoer, kunnen worden weggenomen. Daarnaast zijn, als u het heeft over de ruimte, ook als een MTC zich fors zou gaan ontwikkelen, aan de zuidwest-kant van Leeuwarden nog ongelooflijk veel hectares beschikbaar voor andere vormen voor werkgelegenheid. Met andere woorden, een MTC zal ook in een wat grotere schaal geen echte risico's met zich meebrengen met betrekking tot de ontwikkeling van even tuele andere vormen van industriële bedrijvigheid. De WD-fractie raadt het college aan geen loopgravenoorlog uit te vechten met betrekking tot de gewenste herinrichting van de Wirdumerdijk en de Nieuwestad. Ook wordt ons gevraagd vooral te kijken naar het verkrijgen van noodzakelijke midde len in de richting van Europese fondsen. 111

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 14