E. Janssen, interim-directeur Dienst Bestuurszaken, mevrouw
H. Kerkhoven, interim-directeur Dienst Stadsbeheer, J. Knott-
nerus directeur Dienst Welzijn, W. v.d. Meulen, interim
directeur Dienst Sociale Werkvoorziening, J. Swint, afde
lingshoofd Financiën-concern, W. Top, beleidsmedewerker
Sociale Zaken en Werkgelegenheid Dienst Economische en Socia
le Zaken, P. v.d. Woude, directeur Dienst Stadsontwikkeling
en Milieu.
De Voorzitter: De vergadering is heropend.
Het woord is aan wethouder De Jong.
De heer De Jong (weth.Voorzitter, ik loop de thema's die
tot mijn portefeuille behoren langs.
Ik begin met Bestuurlijke Vernieuwing, de voorzitter heeft
daar ook een aantal opmerkingen over gemaakt.
Met name de PvdA-fractie heeft gesproken over vier functies
die zij de raad toedichten: breekijzer, maatschappelijk
aanspreekpunt, toezichthouder en democratisch platform. Ik
denk dat dit op zich een aardige analyse is van de situatie.
Als je dat reduceert tot de twee hoofdtaken van de raad, dan
kom je op de raad als hoofdorgaan, dus als bestuursorgaan,
als medebestuurder en daarnaast ook het volksvertegenwoordi
gende aspect. Daar kunnen nog wel eens spanningen tussen
zitten, wij hebben daar al vaker over gesproken in deze raad.
Als ik de bijdrage van mevrouw De Haan interpreteer, dan
proef ik daar een beetje een bepaalde nieuwe weg die de raad
wil inslaan uit. Daar zit op zich een relatie met het re
geerakkoord. Daar is gesproken over wethouders benoemen van
buiten de raad. Dus op zich past het daar in. Het past een
beetje in wat ik zou willen omschrijven als een duaal sys
teem. Als ik kijk naar LIS, wordt daar ook gesproken over
andere rollen voor de organisatie, voor de politiek, maar ook
voor het bestuur. Ik denk dat je als raad een hele fundamen
tele discussie moet voeren over wat je verder wilt. Ik denk
dat een platform als een Commissie Bestuur en Middelen - in
dachtig de opmerking die mevrouw De Haan gemaakt heeft - daar
een uitstekend platform voor zou zijn. Er komen ongetwijfeld
ook vanuit Den Haag nog meerdere signalen over dit onderwerp.
Mevrouw De Haan heeft gesproken over wijksignalering. Ik denk
dat mijn collega Vlietstra daar verder op zal ingaan.
Zij heeft gesproken over de mogelijkheid om te komen tot een
vernieuwende vorm van inspraak en participatie van burgers.
Ik heb ik de commissie gezegd dat daar een aantal ideeën over
leven. De voorzitter is daar in zijn bijdrage in eerste
termijn ook op ingegaan. Je zou daarbij bijvoorbeeld kunnen
86
denken aan het opstellen van een integraal veiligheidsplan.
Daar liggen een aantal zaken. Wat mij betreft komen die ook
terug in de notitie die toegezegd is over bestuurlijke ver
nieuwing. Dan reageer ik ook even naar de WD-fractie toe.
Mevrouw Van Ammers heeft daar een aantal opmerkingen over
gemaakt. De bedoeling van die notitie is om vooral in te gaan
op dat aspect. Er ligt, zoals u weet, een startnotitie, de
kadernotitie bestuurlijke vernieuwing. Wij hoeven het wiel
niet opnieuw uit te vinden. Daar kunnen wij bij aansluiten.
Als ik kijk naar het wijksignaleringssysteem en de mogelijk
heden om vragen uit te breiden, dan is dat een hele goede
weg, denk ik. Maar in die notitie, die zal naar ik aanneem
begin 1995 komen, zullen wij vooral ingaan op dat ene aspect
dat ook in het Collegeprogramma uitdrukkelijk genoemd is, die
vernieuwende vorm. Mevrouw De Haan geeft alvast een sugges
tie. Ik denk dat wij die suggestie kunnen meenemen.
Over de Algemene Beschouwingen, de plaats en wanneer die het
beste gehouden kunnen worden, is vorig jaar in deze raad
uitvoerig over gesproken. Ik denk dat ik voorlopig maar even
verwijs naar afspraken die daaromtrent gemaakt zijn in het
seniorenconvent. Ik ben het op zich met een aantal sprekers
eens als zij zeggen dat je bij de Voorjaarsnota met name de
invloed die je wilt aanwenden kunt benutten. Ik denk dat dat
de goede plaats is om in ieder geval algemene beschouwingen
te houden. Dan zal je met elkaar een afspraak moeten maken
hoe je verder omgaat met het vaststellen van de begroting.
In de bijdrage van de PvdA-fractie zegt mevrouw De Haan dat
het college gezegd heeft dat zij in haar eigen contacten ook
zal luisteren naar burgers, zij komt daarbij op de teruggang
van 5 naar 4 wethouders. Ik denk dat de collegeleden daar wat
verschillende ervaringen mee hebben. Ik weet wel van mijn
eigen portefeuille als ik een aantal spreekbeurten houd; een
bekend voorbeeld is, voor mij althans, de spreekbeurt voor de
Stichting Vrienden voor het leven, die zich bezighoudt met
flankerend ouderenbeleid. Mijn ervaring van al die avonden
tot nu toe is dat ik daar niet alleen kom voor mijn verhaal
tje, maar dat ik daar na afloop ook een heleboel vragen
krijg. Ik denk dat dat een houding is, je moet je open stel
len voor opmerkingen die uit de samenleving komen. Dus dat
luisterende aspect vind ik daarbij uitermate belangrijk.
De voorzitter is al ingegaan op de notitie "Het glazen huis"
van de PvdA-fractie.
De CDA-fractie gaat ook in op de relatie burger-overheid. Ik
moet u zeggen dat de woorden van de heer Krol mij uit het
hart gegrepen zijn. Je moet de burgers serieus nemen en
87