want die uitkomsten heeft mijn fractie, net als de WD-frac-
tie, tegengestemd. Ik wil best praten over een mogelijke
vorm, maar of dat er ook toe leidt dat wij ook echt een
afronding van die kerntakendiscussie gaan houden, dat hangt
ervan af of wij tot overeenstemming over die vorm kunnen
komen. (Mevrouw Van ülzen: Ik wil hier toch een opmerking
over maken. Toen er de vorige keer in deze vergadering over
gesproken werd dat er een kerntakendiscussie gehouden zou
worden, heeft ook mevrouw Vlietstra niet uitgelegd dat dat
zou gebeuren aan de hand van muntjes leggen bij een aantal
posten. Ik vind dat eigenlijk een beetje een onterechte
vraag. Toen is er ook gezegd: wij gaan een kerntakendiscussie
aan, wij zullen met elkaar bespreken op welke wijze wij dat
gaan doen. Dat is wat mijn fractie nu ook voorsteltDie
ervaring is ons slecht bevallenwij zouden het graag op een
betere manier willen.) Ik denk dat mevrouw Van Ulzen gelijk
heeft wanneer zij zegt dat de vorige keer, zomaar zonder
vantevoren de vorm af te spreken, afgesproken is om een
kerntakendiscussie te gaan houden. Dat is precies de reden
waarom ik nu, nu ik de vorm nog niet weet, aarzel om weer
iets af te spreken om te gaan doen. Ik denk dat wij dat niet
moeten gaan doen. Maar het idee om verder met elkaar te
praten over wat nu de taken en de doelen van de gemeente
zijn, ben ik best met haar eens. (Mevrouw Van Ammers: Ik stel
voor om er in de Commissie Bestuur en Middelen op terug te
komen en dan met elkaar te bekijken hoe wij daar een goede
invulling aan kunnen geven. Dat is het precies, het is niets
meer en het is niets minder.) Dat is niet helemaal waar, het
is iets minder.
Ik denk dat ik daarmee deze motie voldoende behandeld heb.
De motie over het voorkeursbeleid voor vrouwen.
In het Collegeprogramma hebben wij met elkaar afgesproken -
dat gaat dan om de collegepartijen - om regelmatig te evalue
ren of de doelstellingen van het voorkeursbeleid gehaald
worden. De wethouder wijst daar terecht op. Wanneer hij
vervolgens zegt: kijk maar naar de cijfers van ons perso
neelsbestand, het instrument is nog nodig, dan zeg ik: dat is
geen evaluatie. Wanneer je kijkt naar evalueren van instru
menten, dan kijk je niet alleen maar naar de vraag of je je
doel bereikt hebt, dan kijk je ook naar de vraag in welke
mate het instrument bijdraagt tot die doelbereiking. Dus de
evaluatie is nog niet compleet.
De motie over het JWG en de marktsector wil ik graag onder
steunen. Mijn fractie heeft de afgelopen jaren voortdurend
gepleit voor het openstellen van het Jeugdwerkgarantieplan
voor de marktsector. Het probleem is alleen dat hier in
Friesland het RBA er nog steeds niet aan wil, terwijl in de
152
rest van het land dit inmiddels bijna overal open is, ook
Groningen en Drenthe zijn inmiddels akkoord. Wat mij betreft
kan deze ondersteuning zeker geen kwaad.
Het overlegplatform studentenaangelegenheden, die motie wil
mijn fractie ook graag ondersteunen.
De motie over de afdeling Toerisme, die in de richting van
Economische Zaken zou moeten gaan verhuizen. Er zijn vast
goede argumenten voor te bedenken om die combinatie te leg
gen. Er zijn misschien ook wel argumenten te bedenken waarom
dat niet zou moeten. Het lijkt mij onverantwoord om nu buiten
het proces van LIS om deze motie aan te nemen.
De motie over het milieuvriendelijk spuiten is inmiddels
voldoende over gezegd. Dat lijkt mij overbodige motie.
De NLP-fractie komt met twee moties, het bezuinigingsvoorstel
gekoppeld aan de OZB behandelen wij morgen.
Het voorstel om een onderzoek in de richting van de tarieven
en de concurrentiepositie te doen, is denk ik prima. De
voorzitter heeft daar ook al het nodige over gezegd. In de
beantwoording van mijn opmerking hierover vond ik overigens
dat de voorzitter wat te weinig op mijn betoog is ingegaan.
Ik heb daarbij gezegd dat een groot deel van de tarieven
kostendekkend zijn, dat betekent dus dat wanneer je die leges
naar beneden wilt hebben, je ook aan kostenbesparing zult
moeten werken. Ik zou zo graag van het college willen weten
wat zij wil gaan doen aan de kostenbesparing juist in die
rendabele sector, want daar valt vast efficiency-voordeel te
halen. Ik denk dat daar wat meer op ingezet zou moeten wor
den.
De motie van de heer Greving over de perspectivische verte
kening denk ik dat de heer Krol daar een uitstekende reactie
op gegeven heeft, ik wil mij daar graag bij aansluiten.
De motie over de inzet van de Frigemgelden is overbodig.
De laatste motie van de heer Greving over de notulen van
commissievergaderingen ben ik het van harte mee eens.
Ten slotte komt de PAL/GroenLinks-fractie in tweede termijn
met drie moties.
De eerste motie daartoe hebben wij vorig jaar al besloten,
dus daar hoeven wij nu niet meer over te spreken.
De andere twee moties gaan over de vorm die de algemene
beschouwingen zouden moeten hebben. Aan de ene kant ben ik
het met mevrouw De Haan eens dat wij niet nu zo snel over die
153