den. Voorzitter, mijn fractie wenst thans uit te spreken, dat de wethouder in haar huidige functie en in haar vorige ook veel goede dingen voor Leeuwarden heeft gerealiseerd, c.q. meege holpen heeft deze te realiseren. Echter, als goed politica wist zij wat zij deed en had ze kunnen weten dat de door haar gesteunde procedure in ons staatsbestel niet geaccepteerd kan worden. Voorzitter, dat het college zich solidair verklaart met de wethouder Middelen kan zo'n college doen. Het kan echter nooit drukmiddel zijn als het gaat om de legitieme taak die een raad heeft te vervullen wanneer zij constateert, wat wij thans bewezen achten. De geloofwaardigheid van het gemeentebestuur, college en raad en de geloofwaardigheid van de politiek is in het geding. Wij en andere partijen in de raad hebben eerst de wethouder nadrukkelijk geadviseerd zelf de politieke consequentie te trekken en de eer aan zichzelf te houden. Thans rest een raad die zichzelf respecteert maar één besluit. Wij stellen de raad, mede namens de fracties van de WD en PAL/GroenLinks voor dat besluit dan ook door middel van de volgende motie te nemen. "De raad der gemeente Leeuwarden, in extra vergadering bijeen op 16 december 1994; overwegende dat de raad bij de start van het project Stads kantoor nadrukkelijk heeft aangegeven nauwgezet op de hoogte te willen blijven van het verloop van het project; dat het college desalniettemin de raad pas in een zeer laat stadium op de hoogte heeft gebracht van overschrijdingen en problemen, terwijl deze wèl bij het college bekend waren; - dat hoewel het college collectief verantwoorde lijk is, de eerst verantwoordelijke voor het inlichten van de raad over dit project, gezien ook de motie Den Oudsten, de wethouder Middelen is; dat de wethouder Middelen sinds het aantreden in die functie akkoord is gegaan met het onthouden van de informatie aan de raad; besluit: de wethouder belast met de Middelen te verzoeken haar functie ter beschikking van de raad te stellen." (De Voorzitter: De motie maakt onderdeel uit van de beraad slagingen 12 De heer Graving: Mijnheer de voorzitter, de budgetoverschrij ding van f 4,7 miljoen bij de bouw van het Stadskantoor heeft mijn fractie buitengewoon verrast. De meldingen in de Commis sie Bestuur en Middelen zijn tijdens de bouw voortdurend geweest dat de bouw binnen het totale budget gerealiseerd kon worden. Overschrijdingen die uit de post Onvoorzien betaald moeten worden zijn gemeld, maar het totale bedrag daarvan heeft bij lange na niet de begroting overschreden. De afreke ning liet wat langer op zich wachten. Dit werd mede veroor zaakt door de aanpassingen die nodig bleken door verhuur van een deel van het gebouw aan de PTT. De trage afhandeling daarna heeft wel vragen opgeroepen in de Commissie Bestuur en Middelen maar ook daarbij heeft het college van burgemeester en wethouders geen signalen afgegeven dat er een gigantische budgetoverschrijding zat aan te komen. Op 18 november 1994 viel een overzicht bij mij op de mat, waarbij het college een tussenrapportage presenteerde met een budgetoverschrijding van meer dan 10% van het budget. Hoe is dit mogelijk geweest. Allerlei vragen komen dan op. Waarom heeft het college de raad en met name de Commissie Bestuur en Middelen niet eerder geïnformeerd? De Commissie Bestuur en Middelen moet immers oordelen over de post Onvoorzien. Was het college dan ook niet op de hoogte van de gang van zaken bij de bouw van het Stadskantoor? Het is toch bestuurlijk onbestaanbaar dat dergelijke overschrijdingen optreden? Heeft het college en met name de wethouder Middelen wel goed ge functioneerd? De wethouder was toch voorzitter van de Stuur groep Stadskantoor? Allerlei vragen die door het college nog maar voor een heel klein deel beantwoord kunnen worden. De antwoorden zijn zo onvolledig dat ook het college zelf be hoefte heeft aan een onderzoek naar de gang van zaken. Met een extern onderzoek, zoals nu voorgesteld door 5 fractie voorzitters waaronder ikzelf, stem ik van harte in. Dat onderzoek zal duidelijk moeten maken wie verantwoordelijk zijn voor de budgetoverschrijding en de verschillende onder delen daarvan. Daarbij moet de invloed die alle betrokkenen op die budgetoverschrijding hebben gehad worden onderzocht. Ook de besluitvorming in de raad behoort daarbijHeeft de raad en in het bijzonder de Commissie Bestuur en Middelen wel goed gefunctioneerd? De raad moet daarbij ook zelf een spie gel worden voorgehouden. Het onderzoek moet uitwijzen welke maatregelen genomen moeten worden naar de verantwoordelijke personen. De politieke verantwoordelijkheid die het college daarbij in het bijzonder draagt blijft daarbij volledig overeind. Ook al hebben anderen gefaald, het college blijft naar de raad toe altijd politiek verantwoordelijk. Ik zeg dat niet om ten aanzien van de budgetoverschrijding naar het college toe nu al een conclusie te willen trekken. Sommige andere fracties lijken dat nu wel te doen. Maar ik stel wel 13

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 7