hebben wel gekozen voor mandatering en de ondertekenaars van
de motie kiezen daar blijkbaar niet voor, dat lijkt mij
duidelijk. (Mevrouw Dikken: Wij kiezen wel voor mandatering
maar wij kiezen ook voor goede contracten.) Mandatering is
dat het college verantwoordelijk blijft voor het afsluiten
van contracten. (Mevrouw Dikken: Ook in de motie staat heel
duidelijk dat wij daar voor kiezen, alleen de weg daar naar
toe kiezen wij voor wat andere dingen.) Maar dan kun je dat
nooit mandateren. Het lijkt mij helder, ik heb gezegd wat ons
betreft is mandateren dat het college verantwoordelijk is
voor het afsluiten van de contracten en dat blijft zij tot
het eind toe. Op het moment dat je zegt, mochten wij het er
eventueel niet mee eens zijn, dan moet het terug naar de
commissie, dan wordt het niet meer gemandateerd naar het
college. Dat is wat mij betreft heel helder, wij kunnen niet
akkoord gaan met de motie. (De Voorzitter: Mag ik voor de
duidelijkheid vragen of de motie waarin zij spreekt dat het
contract geagendeerd kan worden op initiatief van een indivi
dueel of een aantal commissieleden onverlet is de gemanda
teerde bestuursvorm, dat het dus uitsluitend slaat op een
wisselwerking contact met het college in termen van een
fiattering of een controleren op afstand, waarna wel of niet
kritiek wordt geuit, maar dat het uiteindelijk qua bestuurs-
kolom een gemandateerde bevoegdheid van b. en w. blijft. Ook
het college heeft er behoefte aan dat nu even te weten.) Ik
lees de motie zoals die hier voor mij ligt en wij hebben er
geen behoefte aan dat het concept-contract terugkomt in de
commissie als mensen dat willen. Het college is er voor
verantwoordelijk en dat is wat ons betreft duidelijk. Wij
gaan niet akkoord met de motie. (Mevrouw Dikken: Alsof zij
dan niet verantwoordelijk iB, dat vind ik zo raar. Er wordt
hier een tegenstelling gecreëerd die er niet is. Wij blijven
dat ook overeind houden, alleen wij zeggen: mocht het zo zijn
dat wij het niet eens zijn met het concept-contract dan
kunnen wij dat nog agenderen.
De heer Feddema: Ik denk dat hier bijna een Babylonische
spraakverwarring heerst, ten minste als je het laatste ge
deelte hoort. Voor ons is het in ieder geval duidelijk dat
wij toch de motie, zoals voorgelezen door mevrouw Dikken,
zullen steunen.
Wat betreft de motie van de NLP denken wij dat het op dit
moment niet aan de orde is om daar een uitspraak over te
doen. Wij vertrouwen erop dat er een goede keuze door het
college zal worden gemaakt.
48
De heer Gros: Mijnheer de voorzitter, ik zal eerst even
ingaan op de motie van de NLP. Gelet op het antwoord van
wethouder Timmermans lijkt mij deze motie overbodig, wij
zullen die dan ook niet steunen.
Wat de motie van de PvdA betreft zal het geen verbazing
wekken dat wij ook deze motie niet kunnen steunen. Hierbij
spelen de volgende argumenten een rol:
Wij hechten op zich zeer groot belang aan de terugkoppeling
in het proces van de totstandkoming van een concept-overeen
komst, maar is die overeenkomst eenmaal gesloten, dan heeft
de commissie dan wel de raad geen invloed meer op deze be
sluitvorming. Het gaat om de terugkoppeling in de voorfase
tot de totstandkoming, is de overeenkomst eenmaal gesloten
dan kan achteraf de commissie niet meer ingrijpen. (De heer
Van Olffen: Het gaat om eventuele interpretatieverschillen
vastgesteld door de commissie of door de raad waar een inter
pretatiediscussie kan ontstaan of het voorliggende contract
voldoet aan een aantal kriteria. Als daar interpretatiever
schillen kunnen ontstaan dat de commissie c.q. de raad in
vloed heeft om die criteria aan te scherpenDat is er aan de
hand, meer niet en dat heeft niets te maken met of je al of
tegen mandatering bent.)
De hear De Jong: Wat de moasje fan de PvdA-fraksje oanbelan-
get wachtsje wy noch even it antwurd fan de wethalder óf.
Wat üs eigen moasje oanbelanget is it üs noch hieltyd wat
mistich hoe't de gearstalling plak fynt. De wethalder hat al
de dingen opneamd dy't hy ek yn kommisjeferban opneamd hat.
Nij hearde ik dat de gearstalling yn de rin fan de tiid
wiziget, dat wist ik noch net. Mar wy wite gjin inkele pros-
eduere fan wannear as it wêze sil en wat dan ek. Der wurdt ek
niks sein oer hoe't je oan dy nammen komme, watfoar deskun—
dichheid se hawwe. It is aardich om eigen adviseurs te kie
zen, mar de këns is dan oanwêzich dat je hearre wat je hearre
wolle. As ik sa om my hinne hear, dan hat üs moasje net folie
steun. Wij soene genoegen nimme wolle mei de tasizzing fan de
wethalder om üs de nammen earst foar te lizzen yn kommisje-
ferban, mei dêrby de achtergrün fan dizze minsken.
Mevrouw De Bruin: Naar mijn stellige indruk hebben wij nooit
in de commissie het besluit genomen dat de discussie over
produktdefiniëring in beslotenheid plaats zou moeten vinden.
Ik kan mij juist voorstellen dat een discussie over produkt-
definiëring wel in openbaarheid plaats kan vinden en dat een
discussie over de onderhandelingsruimte in beslotenheid
plaats vindt. Maar produktdefiniëring zou best in openbaar
heid kunnen plaatsvinden.
49