niet het geval. Wat aangevraagd is, is verboden. Aange
vraagd was letterlijk, niet alleen in de aanhef maar ook in
de toelichting, "het voeren van een blokkade bij de ingan
gen van het Provinciehuis". Toelichting, mondeling gegeven,
gevraagd door een van de ambtenaren, het hinderlijk aanwe
zig zijn bij de ingangen van het Provinciehuis. Dat bete
kent dat door ondergetekende datgene wat aangevraagd is, is
verboden. Iets wat niet aangevraagd wordt, maar bijvoor
beeld in de pers wel een algemeen oordeel kan krijgen,
namelijk wat vinden wij van demonstraties van Extreem
Rechts, is dus feitelijk niet aan de orde. Daarmee zou je
heel kort uw andere vier vragen ook kunnen afdoen, door te
zeggen dat het voorbeeld Leeuwarden niet op deze vraag kan
slaan, want betrokkenen heeft gewoon in een enkelvoudig ge
stelde brief als antwoord op de melding van deze blokkade
hier deze afwijzing op ontvangen. Die is 's-avonds ook toe
gelicht en die is 's ochtends door Omrop Fryslan ook heel
uitdrukkelijk door ondergetekende toegelicht, wat dat be
tekent in de praktijk, namelijk dat wat men aangevraagd
heeft verboden is. Dat er desondanks in de pers
beschouwingen zijn gehouden over het grondwettelijk recht
wat iedereen heeft dus ook kleine groeperingen, dus ook in
principe Extreem Rechts, als het gaat om vreedzame demon
straties, doet aan dit punt niet af. Ik heb het afgewezen
op de aspecten locatie van ingang van een democratisch
huis, nota bene ook nog de verkiezingsdag van dat orgaan
behelzende, en het tijdstip, namelijk van 6 tot 11 uur,
dermate daarmee aangevend dat het ging om de verstoring van
die democratische dag, daarmee uitlokkend gedrag willen
vertonen. Reden waarom onderdelen van uw vervolgvragen,
leiden die tot tegenreacties, leidt dit niet tot in poten
tie verstoring van openbare orde, dat zijn allemaal facet
ten geweest die meegenomen en meegewogen zijn in die inte
grale afwijzing van het verzoek van de heer v.d. Bos. Dus
daar kan ik kort over zijn, er is ook niet iets anders wel
toegestaan, want dat is niet gevraagd. Er is een enkelvou
dige afwijzing geweest. Overigens zijn uw algemene vragen
ook niet in het algemeen te beantwoorden. Het grondwette
lijk recht van aanvragers brengt met zich mee dat een be
stuurder op basis van openbare orde-overwegingen pas na een
specifieke beoordeling van zo'n situatie tot de conclusie
kan komen dat mogelijke openbare orde gevaar in geding is.
Dan is de laatste, door mij niet onderschreven maar dat is
niet aan mij, de jurisprudentie ook nog zo dat dat pas
geldt, de openbare orde komt in gevaar, als je kunt bewij
zen als bestuurder dat je die niet kunt handhaven, dat je
moet aantonen dat je te weinig middelen op straat hebt op
die dag of die avond om de boel toch proberen te beheer
sen
8
De kern van mijn beantwoording is dat wat gevraagd is
integraal is afgewezen. Verdere beschouwingen over demon-
stratierecht van welke Nederlander dan ook, zijn wat dat
betreft dus eigenlijk op dit punt althans niet aan de orde
geweest. Ik zal dit in het vervolg weer per geval bekijken.
Een eerder geval geeft aan dat wel degelijk soms wel tot
integrale afwijzing wordt overgegaan als wij daarbij het
openbare orde argument nemen. Dat was toen, ik dacht op
onze eigen verkiezingsweek op die zaterdagmiddag in de
binnenstad, ook teveel samenvallende factoren te zien waren
waardoor van tegenreacties, die dus de openbare orde zouden
verstoren, sprake was. Toen is het om die reden verboden.
Maar het blijft heel lastig om het juiste argument te
vinden. Ik zal u eerlijk zeggen, ik was blij dat de aanvra
ger zo specifiek was, dat hij het tijdstip verdacht maakte
en de plek verdacht maakte. Ik heb er ook letterlijk bij
gezegd, een vreedzame demonstratie 's ochtends op de
Nieuwestad, daar moet ik eerlijk in zijn, die kan op dèt
punt, op de openbare orde, niet verboden worden. Dat kan
pas op het allerlaatste moment, als je een inzicht hebt dat
er zoveel tegenreacties komen, dat je het om die reden
doet, maar niet op het moment dat de eerste aanvraag
binnenkomt
Ik hoop dat u hiermee tevreden kunt zijn.
De heer Jacobse: Voorzitter, dit betreft het sportveld te
Wirdum. Ook de afgelopen periode heeft men weer moeten
ondervinden dat het niet mogelijk is op dit veld te spor
ten. Voor het clubgebeuren wordt dit zo langzamerhand een
hele slechte zaak. Iedereen, ook het college, vindt dat het
zo niet langer kan. Toch heeft men in Wirdum het idee dat
het probleem iedere keer weer vooruit geschoven wordt. Zelf
hebben we dat idee ook een beetje, want ik ben er zelf ook
wat ambtelijk achter aan gegaan, maar daar weet men het ook
niet exact. De concrete vraag is om duidelijkheid. Is de
wethouder bereid thans toe te zeggen dat de besluitvorming
om-trent de renovatie of aanleg elders nog voor de zomer
zal worden afgerond?
Mevrouw De Haan (weth. Voorzitter, ik denk dat er ten
aanzien van Wirdum duidelijkheid is. Wij weten natuurlijk
allemaal dat de kwaliteit van het voetbalveld, want daar
heeft u het over neem ik aan, en het trainingsveld te wen
sen over laat. Ik heb begrepen dat de commissie nog kort
geleden er geweest is, dus iedereen heeft dat ook met eigen
ogen kunnen zien. Dat is ook de reden waarom in het gemeen
telijk beleid de vervanging van het sportveld de hoogste
9