De heer De Beer: Voorzitter, het verbaast mij eigenlijk dat de CDA-fractie met deze vraag komt. Deze vraag is expliciet zo gesteld in de commissie en de wethouder heeft daar een duidelijk antwoord op gegeven. Ik denk dat dit puur een herhaling van zetten is en daar voelen we niks voor. We zouden in hoofdlijnen hier besturen en dit soort vragen in de commissie stellen en eventueel beantwoorden. De heer Tiauaermans (weth. Voorzitter, de heer De Beer heeft een procedurevoorstel waar ik even niet intreedt, hoewel hij op zichzelf gelijk heeft als hij constateert dat ik dezelfde vraag van de heer Biemans in de commissie ook heb beantwoord, zij het dat hier een nieuw element aan wordt toegevoegd, namelijk wat het college kan doen om dat in de toekomst te voorkomen. Mijn antwoord is: niets. De heer Bieaanm: Voorzitter, ik constateer dat het college dus een vrijbrief geeft aan een ieder die wil bouwen. De heer Tiaaeraani (weth.Dan is het antwoord van mij in de commissie blijkbaar niet helder overgekomen. Ik heb aangegeven dat wij als gemeente nu eenmaal niet in staat zijn om iedere illegale activiteit op voorhand te onderken nen, te doorzien en te voorkomen, dat wij dat helaas vaak moeten constateren op basis van reacties, piepsystemen of hoe je het allemaal ook wilt noemen en dan gaan wij optre den. Dat doen we en dat is het maximale wat we kunnen doen en wij doen dat binnen de regelgeving en wettelijke moge lijkheden die ons ten dienste staan. Met andere woorden, wij doen wat wij kunnen. De heer Bieaans: Dat is iets anders dan niets. (De heer Timaermana: U vroeg of wij onze huidige werkwijze konden veranderen en daar heb ik "nee" op gezegd.) De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. 16 Punt 11 (bijlage nr. 43). De Voorzitter: Aan de orde is Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 voor het plangebied Klanderijbuurt/Tulpenburg. De heer Oreving: Voorzitter, ik heb slechts één opmerking en dat gaat om de presentatie van het bijbehorende kaartje. Mij hebben vragen bereikt van mensen die zich niet konden voorstellen waar dit gebied te vinden was en dat heeft te maken met het feit dat het kaartje enigszins verouderd is. Het is ten minste 10 jaar oud. Ik heb daar inmiddels con tact over gehad met de dienst, dit is er tussendoor geslipt heb ik begrepen, maar ik wil eigenlijk vragen of dit in de toekomst niet meer voor gaat komen. Wij hebben fors ge- investeerd in een digitale grootschalige basiskaart van deze stad, het moet een klein kunstje zijn om nu een goede kaart bij een dergelijk voorstel te doen. Ik zou de wet houder willen vragen of hij het eens is op dit punt. De heer Tumenuiii (weth.): Voorzitter, formeel hoeven we niet eens een kaartje toe te voegen, wij zouden ook kunnen volstaan met een omschrijving. Wij hebben de positie helder geschapen. Dit is een herhalingsvoorstel op basis van een oud kaartje en daardoor is het er spoedshalve tussen ge slipt, maar de heer Greving heeft gelijk en wij zullen dit in normale gevallen doen. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 12 (bijlage nr. 44). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 13 (bijlage nr. 41). De Voorzitter: Aan de orde is Besteding van de erfenis familie Zadel-Barten. 17

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 9