land waar te kunnen blijven maken, om volwaardig mee te
kunnen spelen in het Noorden op economisch terrein, om vol
waardig de belangen van de burgers in de gemeente Leeuwarden
en omgeving te kunnen blijven behartigen en daarbij sluiten
we herindeling op zich niet uit. Sterker nog wij denken dat
wanneer de voorgestelde takendiscussie serieus en met inacht
neming van de uitgangspunten wordt gevoerd, de uitkomst wel
eens zou kunnen zijn: herindeling.
Tot slot voorzitter, voor wat betreft de onderwerpen openbare
orde, veiligheid en milieu verwijzen we naar onze reactie
daaromtrent in de Commissie Bestuur en Middelen.
De heer Den Oudsten: Voorzitter, ook een paar korte opmer
kingen van de zijde van de PvdA-fractie.
Ook wij hebben in de commissie onze bijdrage uitgebreid
gegeven aan dit stuk. Wij stemmen ermee in, volgaarne. Wij
vinden het een uitstekend stuk, we vinden ook dat er op
ambtelijk zowel als op collegeniveau uitstekend werk is
verricht, om toch het groot aantal onderwerpen op een genuan
ceerde maar ook heldere manier neer te zetten. Wij denken ook
dat het een verstandige lijn is die gekozen is, dat we toch
voor alles over inhoud moeten blijven praten. Al de commotie
die er is ontstaan rondom een mogelijke uitkomst van de hele
discussie achten wij ook zeer voorbarig. Wij denken dat het
goed is ook onze lijn vast te houden, dat we als eerste en
als belangrijkste toch ook met elkaar op de goede manier die
takendiscussie moeten voeren. Wij denken ook dat het ver
standig is dat het college stimuleert dat de Commissie Be
stuur en Middelen ook nauwgezet daar waar mogelijk bij die
discussie betrokken blijft. Wat in alle berichten en meningen
die zijn uitgesproken ook duidelijk is geworden, is dat wij
niet de enige zijn die de positie van Leeuwarden als cruciaal
ervaren voor de ontwikkeling van Friesland. Wij kijken er
wellicht op een ander wijze tegenaan dan een aantal anderen.
Je ziet ook dat de meningsvorming te lijden heeft van een
soort glijdende schaal, hoe verder je van Leeuwarden weg
woont, hoe objectiever je aankijkt tegen de positie van
Leeuwarden. Niettemin lijkt ons de positie die Leeuwarden in
de discussie heeft ingenomen in ieder geval een goed begin om
die ook verder uit te bouwen. In die zin dat we proberen op
inhoud en met goede argumenten, in dat stuk staan een aantal
goede argumenten, aan te tonen dat die positie van Leeuwarden
voor Friesland ook belangstelling en meningsvorming vergt van
niet alleen de Leeuwarder bestuurders.
Dat brengt mij op de rol van een ander bestuur wat in deze
stad gevestigd is en dat is de Staten van Friesland. De
18
Staten van Friesland hadden toch altijd, net als Leeuwarden,
twee gezichten. In ieder geval daar waar het ging om de
meningsvorming rond Leeuwarden. Aan de ene kant wel een vorm
van belang hechten aan de positie van Leeuwarden, aan de
andere kant het belang zodanig invullen dat we toch iedere
keer het gevoel hadden dat men niet de werkelijke zwaarte van
het belang van de positie van Leeuwarden voor de provincie
heeft gevonden. Wat nu in het nieuwe Collegeprogramma staat,
is dat Leeuwarden van het College van G.S. een prioritaire
aandacht krijgt, dat is interessant. Maar het is alleen maar
interessant als we met elkaar, ook met de staten, in discus
sie gaan op welke wijze die prioritaire aandacht dan ook in
de nabije toekomst zal worden ingevuld. Dat heeft deels te
maken met de hele discussie rondom bestuurlijke vernieuwing,
maar anderdeels ook met de normale politieke gang van zaken,
naar al die projecten en zaken die spelen, die ook in de
komende jaren gewoon doorgaan. Wij denken dat het feit dat
Leeuwarden nu toch wat extra aandacht heeft gekregen in dat
statenprogramma, dat ook voor Leeuwarden een uitdaging moet
zijn om op tijd klaar te zijn met goede projecten, maar
vooral ook om op een goede open manier te communiceren met
onze provinciale politici. Wellicht zou het een suggestie
zijn als het college de staten eens uitnodigt om wat diep
gaander met het gemeentebestuur van Leeuwarden van gedachten
te wisselen. Op welke wijze dat zou moeten gebeuren, kun je
nader invullen. We denken wel dat het goed is dat daar een
vorm van relatie wordt gelegd, die we tot nu toe te weinig
hebben benut.
Kortom voorzitter, wij stemmen in met de notitie en blijven
graag betrokken bij het geheel.
De heer Hoogsveen: Voorzitter, na alle commotie die is ont
staan rond het stuk Tuskenspul, zou je bijna vergeten wat de
doelstelling van de bestuurlijke vernieuwing is: effectiever
en efficiënter bestuur en ook een meer doorzichtig en meer
democratisch bestuur. Uitgangspunten daarbij: geen vierde
bestuurslaag, bestuurlijke hulpstructuren zoveel mogelijk
beperken. Een effectiever bestuur is ook kiezen voor economi
sche ontwikkeling, kiezen voor de hoofdstad als aanvoerder en
twee ontwikkelingszonesde A7 en de Westergozone, waar in
eerste instantie de economische ontwikkeling zal moeten gaan
plaatsvinden. Daarbij neemt de positie van Leeuwarden als
hoofdstad een bijzondere plaats in. De discussie daarover
heeft nogal wat stof doen opwaaien. Maar duidelijk is dat de
knelpunten voor een groot deel wel helder gedeeld worden door
alle mensen die aan de discussie meedoen. Onvoldoende keuzes
van de provincie tot nu toe en onvoldoende goede samenwerking
19