verkend, ook ziet als een begaanbare. Dat laat overigens onverlet dat er een zware druk zal komen te liggen op de organisatie WN, dat is duidelijk. Het bestuur heeft er vertrouwen in, het college ook, maar er zal het nodige moeten gebeuren de komende twee jaar. Dat is één aspect, men heeft er vertrouwen in. Op het tweede aspect wil ik wat nader ingaan, voorzitter. De regeling zoals die er gaat uitzien, de WTV-regeling; ik heb daar nog wat nader nieuws over. In Binnenlands Bestuur van afgelopen zaterdag heeft een artikeltje gestaan waarin melding wordt gedaan van het feit dat de Eerste Kamer de definitieve besluitvorming over de WTV-wet, voorlopig heeft uitgesteld. Met als inzet dat wat ik ook in de commissie heb gezegd, namelijk wat de VNG aan het doen is, zorgen voor een hogere inrichtingsvergoeding, die is er op het ogenblik niet, en zorgen voor een hogere vergoeding voor kinderen. Wij hebben op zich vertrouwen in de afloop van dat kamerdebat en dat zou op zich, daarom haal ik dat nu even aan, wat meer ruimte geven voor de Stichting WN in die basisorganisatie. Ten derde, de PAL-fractie vraagt om dit jaar begin volgend jaar nog eens van gedachten te wisselen over hoe het verder moet met de structurele financiering en ook met het Fonds Vluchtelingenwerk. Het lijkt mij verstandig om in de loop van volgend jaar, als we ook zicht hebben hoe de uitwerking van het subsidiecontract met de WN beloopt, als we ook meer op een rij hebben de claims en de uitgaven die we doen vanuit het Fonds Vluchtelingenwerk, om dan zeker, dat zeg ik u graag toe, voordat dat fonds leeg is, uitgebreid in de commissie daarover van gedachten te wisselen. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. De Voorzitter: Ik stel voor, gezien het verloop van de agen da, nu de koffiepauze in te lassen. De Voorzitter schorst om 20.10 uur de vergadering. 16 De Voorzitter heropent om 20.30 uur de vergadering. Punt 20 (bijlage nr. 59). De Voorzitter: Aan de orde is Bestuurlijke vernieuwing, reactie op notitie Tuskenspul. De heer Krol: Voorzitter, tijdens de diverse commissiever gaderingen hebben wij ons standpunt ten aanzien van het proces bestuurlijke vernieuwing in Friesland uitgebreid naar voren gebracht, mede naar aanleiding van de notitie Tusken spul. Daarom vanavond een reactie op hoofdlijnen. De CDA-fractie onderschrijft de noodzaak om voor Friesland te komen tot verbeterde bestuurlijke verhoudingen en een nieuwe bestuursstijl. Het openbaar bestuur in Friesland kan, moet beter, slagvaardiger en voor burgers doorzichtiger worden. De genoemde uitgangspunten zijn voor ons van wezenlijk be lang, met name dat taken naar het bestuur moeten dat het dichtst bij de burgers staat, de gemeenten dus. Met andere woorden taken moeten op lokaal niveau worden uitgeoefend tenzij overduidelijk is of wordt aangetoond dat dat niet mogelijk is. Een soort omgekeerde bewijslast dus. Het is dan ondenkbaar dat de schaal van de kleinste gemeente maatstaf wordt bij de toedeling van taken aan provincie of gemeenten. Als de provinciehoofdstad een taak aan kan en de kleinste gemeente niet, dan is dat geen reden om die taak niet door de provinciehoofdstad te laten uitvoeren, vinden wij. Er zal ook een duidelijke samenhang moeten zijn tussen be stuurlijke organisatie en de maatschappelijke samenhang van een gebied. Te denken valt dan aan onderwerpen zoals wonen, werken en recreëren. Daarbij doet het feit zich voor dat sommige ontwikkelingen zich niet storen aan de bestaande bestuurlijke grenzen. Ontwikkelingen zoals het zijn van een centrumgemeente met alle functies die zich ook laten gelden in de onmiddellijke omgeving. Ontwikkelingen waarover demo cratische legitimatie van alle betrokken burgers niet zou misstaan, ja zelfs wenselijk zou zijn in onze ogen. Een integrale aanpak ook in stadsgewestelijk verband is daarbij van wezenlijk belang. Daarmee wordt tevens aangetoond dat het functioneren van een stadsgewest op tamelijk vrijwillige basis geen soelaas biedt voor de toekomst. Ook de mogelijke oplossingen zoals genoemd in Tuskenspul zullen daaraan geen wezenlijke bijdrage kunnen leveren, denken wij. Leeuwarden zal in de toekomst over voldoende bestuurlijke middelen kunnen beschikken om haar centrumpositie in Fries- 17

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 9