Verder - ook die motie is al ingediend - wordt er een motie
van wantrouwen tegen het college ingediend vanwege het niet
informeren van de raad. Consequentie van die laatste motie
zou volgens ons moeten zijn dat het volledige college zijn
portefeuille ter beschikking van de raad stelt. Een tweede
consequentie zou zijn, omdat het college bestaat uit gekozen
vertegenwoordigers namens de raad, maar ook de burgemeester
en toch ook de secretaris van de gemeente, dat wij op korte
termijn een gesprek met burgemeester en gemeentesecretaris
hebben over de taakopvatting van hen als voorzitter en secre
taris, niet alleen van het college, maar vooral ook van de
raad.
Voorzitter, het gaat over bestuurscultuur en de vertrouwens
kwestie. De laatste zaak wordt door ons erg zwaar opgevat.
Want wat te doen als het college eventueel zou blijven zitten
met de steun van de coalitiepartijen en op die manier verder
zou kunnen gaan? Dat zou voor ons erg problematisch worden,
in die zin omdat wij het vertrouwen hebben opgezegd in dit
college. Hoe zouden wij er op kunnen vertrouwen dat ditzelfde
college niet dezelfde fouten blijft maken? Hoe zouden wij
ervan uit kunnen gaan dat in het vervolg dit college ook de
raad altijd alle informatie op tijd zal geven? Wat ons be
treft zou dit een erg moeilijk punt zijn geweest.
De heer Krol heeft al gezegd dat er waarschijnlijk nieuwe
college-onderhandelingen zullen moeten komen, wij wachten op
een uitnodiging. Ik denk dat ook de beste manier om verder te
gaan in ieder geval is met nieuwe college-onderhandelingen,
want ik denk dat dat ook binnen de coalitie een probleem is
geweest. Het is niet alleen maar een probleem geweest van
vertrouwen wij dit college of vertrouwen wij dit college
niet. De heer Krol zei in de commissie, er zijn maar twee
manieren, of wel of niet vertrouwen. De CDA-fractie en nu ook
de PvdA-fractie en de D66-fractie heeft dat heel duidelijk
gemaakt, maar vooral de PvdA- en CDA-fractie middels een
motie willen het college en de mogelijkheden van het college
zodanig inperken dat het bij mij niet anders overkomt dan dat
dat een motie van wantrouwen in de richting van het college
is.
Vanochtend werd bij Omrop Fryslan gesuggereerd dat als het
college af zou treden, wij pas dan een bestuurlijk probleem
zouden krijgen. Ik heb net proberen duidelijk te maken dat
wij het bestuurlijke probleem juist zouden hebben als het
college zou aanblijven, want dan is er een enorme kloof
tussen degenen die nog vertrouwen hebben in het college en
degenen die het vertrouwen opgezegd hebben.
In de commissie heb ik al gezegd, wij moeten een streep onder
deze zaak zetten. Ook wethouder De Haan heeft dat gezegd.
Volgens ons kun je alleen maar een streep onder deze zaak van
22
overschrijding bij het Stadskantoor zetten als het college
niet blijft zitten. Dit kan dus maar op één manier, het
college zal zijn portefeuille ter beschikking moeten stellen.
Wij hebben daarvoor de moties al ingediend.
De heer Jacobse: Voorzitter, wetend hoe de raad over de
financiën rond het Stadskantoor dacht, is een overschrijding
van f 5 miljoen op zichzelf reden om als verantwoordelijk
college je consequenties te trekken.
Wetend hoe de raad over budgetoverschrijdingen dacht is het
onvergeeflijk dat het toenmalig college de raad niet aan
stonds heeft geïnformeerd. Bij de besluitvormingsdebatten
rond Stadskantoor en overschrijdingen van de Westerkerk zijn
toezeggingen door het college aan de raad gedaan die het
college niet is nagekomen, zonder de raad dat te melden. Dat
tast het vertrouwen tussen raad en college aan.
Bij de overschrijdingen van de Westerkerk zei men dat men van
fouten moest leren. In de commissie heb ik uitvoerig geci
teerd uit de notulen van die vergadering. De vergelijking met
de problematiek van nu is onthutsend. U heeft niets geleerd.
Dat tast het vertrouwen in het college voor wat de toekomst
betreft aan. In kranten verschijnen redactionele artikelen en
cartoons die de spot drijven met het Leeuwarder financiële
beleid. Dat tast het aanzien van de gemeentelijke overheid
aan. Uw verdediging toonde vele zichten en evenzovele wendin
gen. Had mevrouw Vlietstra het vooral over een politieke
inschattingsfout; had mevrouw De Haan het over, van je fouten
moet je leren; neigde de burgemeester er even naar de verant
woordelijkheid te leggen bij vroegere wethouders en komt het
college nu met de bestuurscultuur.
Voorzitter, er is geen excuus, het college kan beter ophouden
er naar te zoeken. Hoewel uw analyse van de bestuurscultuur
grotendeels een juiste is, vindt mijn fractie dat dit niets
te maken heeft met de onderhavige problematiek. Het feit dat
de gemeenteraad steeds dualistischer is geworden is niet een
typische Leeuwarder verschijnsel en u draait dat ook niet
terug. U bent bereid op zoek te gaan naar nieuw wegen van
monisme, u zegt dat u daartoe, gezien de veranderde politieke
verhoudingen, ook gedwongen bent. Nu zijn er betere motieven
als u dat wilt, maar goed. Wij willen echter niet. Monisme
vertroebelt de politieke helderheid, wie verantwoordelijk is
voor wat en wie niet. Monisme is ook uit de tijd. Er gaan al
stemmen op om wethouders van buiten de raad te kunnen benoe
men.
Tot slot is het goed voor een democratie dat tegenstanders
van een gemeentelijk beleid zich in de raad vertegenwoordigd
weten en hun geluid kunnen laten horen en dat is toch een
beetje strijdig met het monisme.
23