Er zijn een drietal argumenten die gelden om het huidige
gebied zoals nu op de kaart ongewijzigd voorligt, althans in
de ogen van het college, aan te geven.
Dat is het argument van de natuurlijke begrenzing, de Heli-
conweg, de Harlingertrekvaart en aan de westzijde het onge
veer gedachte tracé van de westelijke ontsluitingsweg, als
hoofdstructuur van het deelgebied waar het hier om gaat. De
achtergrond was ook om niet een pure opportuniteit adhoc-
redenering rondom één schip langs tien meter kade op te
bouwen, maar om daar een visie vanuit ook stedebouwkundige
redenen achter te hebben. De reden dat het gebied daarom is
vergroot - de spoorlijn had evengoed als een herkenbare
fysieke grens kunnen worden aangemerkt - is gelegen in de
omstandigheid dat in de structuurschets Leeuwarden Open Stad,
maar ook in eerdere gedachtenvorming, de behoefte aan een
grootschalig manifestatieterrein is verwoord en in dit gebied
is voorzien. Dat kan betekenen dat of voor tijdelijke of voor
semi-permanente voorzieningen en accommodaties het zeer
nuttig is om dit gebied dan ook zodanig opgerekt te hebben.
Dat is de achtergrond.
Het tweede punt, de trekvaart zelve, bedoelen wij uitsluiten
de FEC-zijde van de trekvaart. Dan mag u wat ons betreft die
dikke streep ook in het midden van de waterpartij gelegen
zien.
Het derde argument, dat is geen argument dat ik in de commis
sie heb genoemd maar wat ik hier wel zou willen noemen, is
dat ook al zou die westelijke oprekking, waar nu vragen over
bestaan bijvoorbeeld opeens veel druk krijgen vanuit de
horeca in verband met het sluitingsvrij zijn (wat wij niet
verwachten) dan is het nog altijd zo dat het hier grotendeels
om een maagdelijk gebied gaat waar via planologie en bouwver
gunningen een bouw zou moeten worden toegestaan. Dit is
alleen maar een in horecatechnische zin aan u voorgelegde
verordening. Als het om een bestaand gebouw gaat, dan zou het
om een toestemming van een functiewijziging gaan.
Resumerend, wij hebben dit gedaan vanwege de hoofdreden dat
als je een recreatieve manifestatieterrein-zone in je ge
dachten hebt, en er zijn nu drie aanleidingen: een schip,
horeca-etablissementen en het FEC, wees dan ruim en stel de
grenzen vast zoals nu beoogt.
Dat ter zake van de zonering.
Mevrouw Waanders heeft dezelfde vraag gesteld als de heer
Krol gisteravond, namelijk wanneer die binnenstadsdiscussie
aan de orde is en wat wij gaan doen met de twee nu voorlig
gende redelijk knellende vragen. De afspraak was om in ieder
geval in de Commissie Bestuur en Middelen duidelijk te maken
wanneer u wat kunt verwachten. Ik herhaal dit graag, al was
het alleen maar omdat wij het dan ook echt doen.
38
De heer Krol: Voorzitter, er was een horecaschip, dat lag
ergens, daar waren wij niet gelukkig mee. Nochtans vond de
meerderheid van de raad dat dat schip moest functioneren. Dat
functioneert nu en krijgt een betere plaats waar wij op zich
gelukkig mee zijn. Vervolgens is daar het FEC bij betrokken,
op zich ook begrijpelijk. Maar dit komt op ons toch wat
gekunsteld over. Als je dan ziet dat ook de begrenzing van
het gebied nogal wordt opgerekt, waarbij het argument wordt
gebruikt van natuurlijke begrenzing, dan is het natuurlijk zo
dat de spoorlijn dat ook is, de burgemeester heeft dat ook
naar voren gebracht. Wanneer het argument geldt dat wanneer
de Structuurschets Open Stad melding maakt van enige activi
teiten op dit gebied, dan wil ik er op wijzen dat wij daar op
dit moment over praten en nog besluiten over moeten nemen en
wat dat betreft er nog niets vast staat. Kortom, dat geeft
ons aanleiding om niet die uitbreiding te willen toestaan. Op
grond daarvan zullen wij tegen het voorstel stemmen.
De heer Graving: Ik ben blij dat wij nu met een goede oplos
sing kunnen komen voor het horecaschip wat ligplaats betreft.
Ik vind het ook heel logisch dat voor het FEC-terrein zoals
dat nu bestaat die mogelijkheid er komt. De ontwikkelingen in
het gebied daarom heen zullen er wel komen, maar het is vroeg
genoeg als daar ontwikkelingen zijn, die een dergelijke ope
ningsfaciliteit moeten hebben, om dan dat besluit te nemen.
Ik vind het niet verstandig om nu al daarop vooruit te lopen.
Ik vind ook de onderbouwing wat zwak. Als wij straks de
discussie ook weer voor de binnenstad gaan voeren, vind ik
het jammer als wij hier met een zwakke onderbouwing, zoals ik
dat inschat, een grens proberen te leggen. Dat maakt de dis
cussie straks alleen maar moeilijker. Dat is een reden voor
mij dat ik zeg, bestuurlijk wil ik het liever beperken tot de
spoorlijn.
Voor het overige wil ik best instemmen met het voorstel van
het college.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.met de aantekening dat de CDA-fractie
geacht wil worden tegen dit voorstel te hebben gestemd, met
de aantekening van de heer Greving van de GPV/RPF/SGP-fractie
betreffende de beperking van de begrenzing van dit gebied tot
aan de spoorlijn.
39