gezegd. Daar zijn wij het dus mee eens, maar dat betekent in onze visie dat je een gedeelte van datgene dat je extra te besteden hebt - met name vanwege de extra gelden van Telekabel bijvoorbeeld - in de vorm van lastenverlichting terug zou kunnen geven, geheel of gedeeltelijk, aan de burgers, omdat je een gedeelte van het nieuwe beleid vindt door het herschikken van bestaand beleid. Op zichzelf ben ik het met die systematiek wel eens, alleen de conclusie die daaruit volgt is, denk ik, even iets anders. Mevrouw De Haan zegt dat zij juist geprobeerd hebben de raad sturingsmogelijkheden te geven door vier jaar vooruit te plannen. Daar kan ik mij wat bij voorstellen, alleen dan zit ik met het probleem dat er volgend jaar weer een per spectiefnota is en dan zullen er ook weer allerlei zaken zijn die nu niet bekend zijn, maar waarvan wij op dat moment vinden dat zij de nodige prioriteit hebben. Waar halen wij dan het geld vandaan? De heer Greving heeft aan het eind van zijn betoog gezegd dat hij de structuur waarin wij werken een belemmering vindt voor zijn functioneren. Ik zou toch willen suggereren om nog eens in overleg met de heer Greving te treden over of er niet een structuur mogelijk is die voor beiden accep tabel is. Ik zou het heel jammer vinden dat de werkwijze die raad kiest een belemmering is voor het lidmaatschap van de raad. Wij hebben nu eenmaal het systeem waarbij ook kleine fracties in de raad kunnen, dan moeten ze ook voluit kunnen functioneren. Ik geef dat in overweging. De heer Hoogeveen reageert op onze zinsnede "prijsbewust". Hij zegt dat zij dat onder de term "ondernemend" vatten. Dat kan ik mij voorstellen, maar het is maar net hoe je dat woordje "ondernemend" leest. Dat kun je op meerdere manie ren interpreteren. De heer Brok heeft een aantal interessante opmerkingen gemaakt. Wij wachten de voorstellen van de WD-fractie over lastenverlichting met belangstelling af. Over het rampenplan hebben wij vragen gesteld. Ik zou daar toch wel een antwoord op willen, hetzij nu, hetzij in een volgende termijn, omdat in de bijlage staat dat voor 1995 de compleetheid 60% is en pas in 1995 een compleetheid van 95% wordt bereikt. Dat vind ik bestuurlijk niet acceptabel, als er morgen een ramp plaatsvindt, mag natuurlijk nooit het verwijt zijn dat wij niet klaar waren met onze plannen, dat kan gewoon niet zo zijn. Dan moeten wij daar iets aan doen. Daar wou ik graag nog een antwoord van het college op. Ik vind het prima dat de heer Brok het college gaat beoor 46 delen, wij zijn daar in een eerder stadium ook voor ge weest. Wij hebben gezegd dat wij eigenlijk beoordelingsge sprekken/functioneringsgesprekken moeten gaan voeren met individuele wethouders. Van hem zou ik wel graag zijn concrete ijkpunten willen weten, zodat wij met hem mee kunnen beoordelen op den duur. Dat vind ik wel handig, want vaak is het zo dat de criteria worden aangepast aan de prestaties en dat moet niet de bedoeling zijn. Ik denk dat de PAL/GroenLinks-fractie in eerste termijn terecht aangeeft dat Leeuwarders vaak een negatief beeld hebben van de gemeente, ook over het gemeentebestuur. Wij hebben in onze eerste termijn daar ook het een en ander over gezegd, dat wij hopen dat het imago en dergelijke verbetert. Met elkaar zullen wij het een en ander moeten doen. Ik hoop dat wij daar op korte termijn in zullen slagen. Dan is er nog een vraag van ons die niet beantwoord is, dat is de discussie over het aandelenpakket. De heer Den Oud sten en ik hebben daar al eens eerder om gevraagd. Toen is Telekabel min of meer incidenteel daar uitgehaald, omdat de verkoop aan de orde was, maar het principe of je als ge meente nog aandelen moet hebben en zo ja in wat voor be drijven en als je ze houdt wat je dan doet met de inspraak die je daarin hebt, zouden wij graag eens voeren. Ik zou ook graag zien dat wij binnenkort een termijn krijgen waarin dat ook inderdaad gaat plaatsvinden. De heer Greving: Mijnheer de voorzitter, ik wil niet bij de verschillende fracties langslopen wat betreft hun inbreng. Zo zijdelings zal ik hier en daar nog wel een paar opmer kingen maken. Ik wil wel iets zeggen over het voorstel dat ik ingediend heb om wat extra te bezuinigen. De f 1,5 miljoen overheadkosten binnen het eigen apparaat heb ik vaker naar voren gebracht. Dat zijn in feite kosten die boven tafel moeten komen omdat er 78 arbeidsplaatsen verdwijnen en er een verrekening tussen diensten en het Facilitair Bedrijf plaatsvindt die fors in de papieren loopt. Dat heeft te maken met de huisvesting van het ambte lijk apparaat. Als daar 78 arbeidsplaatsen full-time komen te vervallen, dan betekent dat toch in de 80 arbeidsplek- ken, waarvan een belangrijk deel (ik dacht 60) gehuisvest in het Stadskantoor. Wij zullen dan efficiënt met de ruimte om moeten gaan en als er een vleugeltje over is zullen wij die moeten gaan verhuren. Binnen vijf jaar zijn de elektro nische werkplekken afgeschreven, dus ook binnen vijf jaar komt simpelweg dat geld boven tafel. Dat zijn dingen die 47

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 24