De structuurschets Leeuwarden Open Stad.
Die structuurschets wordt als ontwikkelingsconcept voor de
binnenstad, de Nieuwestad, als toekomstvisie benoemd. In
die toekomstvisie krijgen diverse projecten hun plaats.
Onder andere de herinrichting van Nieuwestad en Wirdumer-
dijk passen binnen dit concept. Voor het opstellen van de
integrale beleidsvisie die tot uitvoer van de verschillende
projecten moet bijdragen zijn evenwel geen middelen ge
raamd. Evenmin is dat het geval voor herinrichting van
Nieuwestad en Wirdumerdijk. Hiervoor kunnen NUON-gelden
worden gebruikt, zodat het binnenstadsontwerp Nieuwestad
uit het stadium van plannenmakerij wordt getild en nadat de
beraadslagingen in deze raad hebben plaatsgevonden, tot
uitvoering kan worden gebracht. Graag een reactie hierop
van de kant van het college, maar ook van de andere frac
ties
De lastenverlichting.
Er is een tekst naar aanleiding van de collegeonderhande
lingen in het Collegeprogramma opgenomen, dat de intentie
is om te komen tot lastenverlichting en er daarvoor onder
zoek zou worden gedaan. Wij stemmen met het college in om
te kiezen voor een lastenverlaging met ingang van 1997.
Daarvoor is een substantieel bedrag nodig, de heer Brok
heeft daar ook al op gewezen. Of dat volgend jaar en in de
volgende jaren precies die f 250.000,moet zijn die het
college nu voorstelt, laten wij nog even in het midden. Wij
denken wel dat het een aardige richting is die daarmee
wordt aangegeven. De twijfel die ik hiermee uitspreek,
hangt samen met het feit dat wij daarvoor ook graag inzicht
willen hebben in de vermogenspositie. Mevrouw De Haan is er
op ingegaan dat het ook niet al te lang meer zal duren tot
dat dat inzicht er is.
Ik verwijs ook nog even naar de Perspectief nota waar op
pagina 42 terecht wordt geconstateerd: "Bij de afweging van
de inzet van middelen voor nieuw beleid en de daarbijbeho
rende prioriteitsstelling achten wij het van belang om over
een goed inzicht te kunnen beschikken in de vermogensposi
tie van de gemeente". Wij onderschrijven dat en op basis
van dat onderzoek en ook over de mogelijkheden, waar ik in
mijn vorige termijn ook al even over gesproken heb, om op
verschillende manieren tot herschikking van middelen te
komen, op basis van de uitkomst van die discussies zullen
wij volgend jaar definitief aangeven welk bedrag wij voor
structurele lastenverlichting beschikbaar willen stellen.
Voorlopig gaan wij uit van de bedragen die ook in de colle-
gebrief worden genoemd.
Ik heb hier nog iets staan over herwaardering, maar daar
60
heb ik in mijn vorige termijn al het nodige over gezegd.
Wij willen ook dat er extra middelen vrij gemaakt worden,
maar ik heb gewezen op het feit dat ook in de Commissie
Bestuur en Middelen een discussie plaats zal moeten vinden
over de manier waarop je dat het beste zou kunnen realise
ren.
Mijn laatste opmerking is dat wij er nu ook niet voor
kiezen om een extra bedrag te noemen voor herwaardering,
dat hangt ook samen met, andere fracties hebben daar ook op
gewezen, het feit dat de ambtelijke medewerkers nu nog druk
bezig zijn met de uitvoering van vorige herwaarderingsvoor-
stellen, dat er een herwaardering ligt bij het ambtelijk
apparaat, een efficiencyverbetering en dat het ons niet
goed lijkt om die gang van zaken nu te frustreren door daar
vrij willekeurig een hoger bedrag op te zetten.
De heer Terpstra: Mijnheer de voorzitter, alhoewel veel van
de door de organisatie voorgestelde maatregelen zijn te
financieren binnen de bestaande middelen, resten er echter
nogal wat waarvoor dit niet geldt. Een selectie uit deze
maatregelen moet gefinancierd worden uit de reeds vooron
derstelde beschikbare ruimte voor nieuw beleid en in onze
ogen een aantal extra taakstellingen. Dat wij moeten kiezen
voor dit laatste komt mede doordat de besparing van 10% van
de loonsom van de aanwezige personeelsformatie inclusief de
reeds eerder afgesproken taakstellingen op personeel is.
Zou dit niet het geval zijn, dan zou er heel wat extra
financiële ruimte beschikbaar zijn.
Het CDA kiest bij deze extra taakstellingen voor:
1. de huisvestingskosten buurt- en wijkcentra. Deze post
is in 1994 als p.m. begroot. Wij stellen thans voor
deze p.m.-post in te vullen ingaande 1997 met
f 100.000,—;
2. herschikking van middelen. De komende 2 jaar moet elk
jaar f 300.000,extra vrijgemaakt worden door het
beëindigen van bestaand beleid (het totaal te verdelen
over de diensten Stadsontwikkeling, Stadsbeheer en
Welzijn)
Uitgaande van het voorstel van het college op blz. 7, deel
1 van de Perspectief nota, is de verdeling over de jaar
schijven waar het gaat om de beschikbare middelen dan als
volgt: 1996 f 1,3 miljoen, 1997 f 1,4 miljoen, 1998 en 1999
f 1,1 miljoen.
Zetten we de beschikbare middelen af tegen de benodigde
middelen, dan zal dat gevolgen hebben voor de algemene
61