het bedrag hier weg en wij gaan ervan uit dat wij het wel vinden, dan zou ik dat inderdaad een slechte financiële handelwijze vinden. Maar ik denk dat dit behoorlijk solide is.) Dan is het akkoord, dan is er bij mij de misvatting over eenmalig dekken. Ik begrijp dat in deze motie de lastenverlichting overgeno men is zoals het college dat ook bedoeld heeft. Het college heeft in feite één stap verder gemaakt dan het Collegepro gramma al aangaf. Het Collegeprogramma zei in feite: wij streven naar lastenverlichting en wij willen de mogelijk heid tot een onderzoek inbouwen. Het college zegt op dit moment: laten wij nu proberen structureel aan te geven dat wij naar die lastenverlichting toe willen. Iedereen die zegt dat dat nog maar een klein stapje is, heeft daar gelijk in. Wij hebben in ons om laten gaan het verhaal, dat wij ook naar de raad hebben gestuurd, van hoe de gemeente Leeuwarden staat ten opzichte van andere vergelijkbare steden in Nederland, maar ook het overzichtje van hoe Leeuwarden het doet in vergelijking van omliggende Friese gemeenten. Wij hebben geconstateerd dat als je in de Friese situatie naar beneden wil, je dan heel erg veel miljoenen moet investeren en die hebben wij op dit ogenblik zeker niet. Als je kijkt naar de plaats die Leeuwarden inneemt als je dat vergelijkt met gemiddelde zelfde steden met ook een centrumpositie, dan doen wij het op zichzelf nog niet zo heel gek, daar staan wij op plaats nummer 16, dat is ongeveer het midden. Wat dat betreft is er geen aanleiding om nu opeens in hele grote stappen te willen proberen om helemaal onderaan dat lijstje te komen. Het is weinig, maar tegelijkertijd betekent het wel dat wij dus definitief (dat is nieuw) structureel gaan inzetten op lastenverlaging. Ik denk dat dat ook met name het imago van Leeuwarden, waar wij zo graag verbeteringen in willen aanbrengen, naar boven haalt. Het imago van Leeuwarden wordt geschaad omdat men voortdurend het beeld oproept van Leeuwarden is de duurste gemeente. Dat is niet zo, maar wij kunnen nu inzetten, als het aan het college ligt doen wij dat ook, op structureel die lastenverlichting naar beneden brengen. Dat is wat wij graag willen. Wij hebben daarbij gezegd: het eerste jaar is nog vrij moeilijk om dat echt ook vanuit nieuw beleid te doen, laten wij kijken (dat was een vraag van de NLP-fractie) naar het totale lastenplaat- je, de andere dingen er ook bij halen en laten wij bij de tarievenvaststelling kijken wat wij definitief willen. Dat geeft ons ook nog enige ruimte om te kijken wat de defini tieve hoogte van de lastenverlichting dan moet worden. Is het dan zo dat wij op termijn financieel wat meer ruimte zouden krijgen dan wij nu kunnen voorzien, dan kunnen wij 98 er altijd nog voor kiezen om dat voor lastenverlichting in te zetten. Maar op dit moment, denk ik, is dit vanuit het college gesproken het verantwoord om dit vanuit nieuw beleid te financieren, tenzij je wilt dat je niets doet aan allerlei andere wensen. Dan ga ik naar de moties die er nog liggen. Ik neem aan dat de moties van de CDA-fractie niet ingetrokken zijn. (De heer Terpstra: Die zijn niet ingetrokken.Daar ging ik al vanuit. Een aantal zaken onder "besluit" worden meegenomen. Ik wil het vooral even hebben over punt 2 uit de CDA—motie, waar bij wordt gezegd dat de dekking van de bovenstaande voor stellen uit de beschikbare middelen voor nieuw beleid, dat is geen probleem. Uit de taakstelling op de huisvestings kosten van buurt— en wijkcentra van f 100.000,—— met ingang van 1997. Ik wil voorstellen om die discussie te voeren als wij de discussie over de huisvestingskosten buurt- en wijkcentra echt voeren. Verder uit een extra herwaardering van f 300.000,structureel voor 1996 en 1997. Ik ben hier vanochtend al even op ingegaan. Op zichzelf ben ik er helemaal niet op tegen om via herschikking vanuit bestaande middelen nieuw beleid te financieren, maar er zijn andere mogelijkheden voor dan nu daar concreet een bezuinigings taakstelling op te zetten. In die zin zijn wij als college daar niet voor. De motie draagt het college op hiertoe herwaarderingsvoorstellen te ontwikkelen. Het college is dus niet voornemens om dat op dit moment te doen. Door bovengenoemde voorstellen ontstane tekorten te dekken uit de algemene reserve, is een manier om met je algemene reserve omgaan die wij niet zouden willen propageren. Dan ligt er een motie van de PAL/GL-fractie die gaat over het inzicht verschaffen in de vermogenspositie. Ik heb vanochtend gezegd dat wat ons betreft die discussie snel moet plaatsvinden, wat mij betreft in het najaar en in ieder geval dit jaar afronden. Wij hebben net gezegd dat het wellicht een goed idee is om in de eerste vergadering van de Commissie Bestuur en Middelen na de vakantie te vragen of onze eigen specialisten een inleiding willen houden over welke aspecten er aan zo'n discussie allemaal zitten. Wij zijn ervan overtuigd dat als je praat over de vermogenspositie, er aan de ene kant een hele hoop politiek aspecten zitten, waar je keuzes in kunt maken; dat er voor een deel aspecten aan zitten van spelregels, hoe gaat men binnen diensten om met de verschillende soorten reserves en kunnen wij daar spelregels over afspreken en welke spelre gels zouden dat dan moeten zijn. Ik denk dat het goed is om in ieder geval te beginnen in hoofdlijnen een soort inlei- 99

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 50