uiterste best moeten doen de lasten voor de burger in
de hand te houden en waar mogelijk terug te dringen.
Het middel bij uitstek in deze is de OZB. Alhoewel wij
van mening zijn, dat, wil dit enig soelaas bieden, er
sprake moet zijn van over vier jaar gerekend een las
tenverlichting van rond 10%, moeten wij thans vast
stellen dat dit helaas een te groot beslag zal leggen
op de beschikbare middelen. Wij zien ons dan ook ge
noodzaakt de periode waarover wij deze 10% willen
realiseren te verlengen naar 5 jaar. Voor de huidige
beleidsperiode betekent dit, dat wij met het voorstel
zullen komen uit te gaan van een lastenverlichting van
rond de 7,5%.
Tenslotte het financiële kader.
Het CDA wil in verband met achterstanden en/of scheefge
groeide verhoudingen een aantal zaken rechtzetten/-trekken.
Hiervoor is helaas niet zonder meer voldoende geld beschik
baar. Er zullen dus keuzes gemaakt moeten worden. Enerzijds
keuzes waar het gaat om welke zaken we gaan aanpakken,
anderzijds keuzes om middelen vrij te maken. Dit laatste
betekent het vervangen van bestaand beleid door nieuw
beleid.
Bij de dekking van onze voorstellen zullen wij dan ook niet
alleen uitgaan van de beschikbare ruimte die thans aangege
ven wordt in de Perspectiefnota voor nieuw beleid. Ook
kiezen wij voor een extra taakstelling voor de diensten
gezamenlijk, terwijl wij daarnaast met een voorstel zullen
komen over de buurt- en clubhuizen.
Maar dat komt vanmiddag aan de orde en daarbij ook de
voorstellen voor het besteden van het geld.
De heer Hoogeveen: Voorzitter, de algemene beschouwingen
vinden dit jaar voor het eerst plaats bij de behandeling
van de Perspectief nota. Deze poging om de sturing van het
beleid door de raad te versterken verloopt zeker nog niet
vlekkeloos. Het instrument perspectiefnota zal nog moeten
groeien, maar ook aan de wijze van behandeling zullen we
nog moeten wennen. De discussies in de commissies leverden
nog niet altijd op wat er van verwacht mag worden. Dit kwam
deels door de korte voorbereidingstijd, en deels door
ontbrekende en onvergelijkbare gegevens. Het eerste deel
van de Perspectiefnota geeft voldoende stof voor een alge
mene discussie op hoofdlijnen. In deze eerste ronde van de
algemene beschouwingen zal ik met name ingaan op de gefor
muleerde missie van de gemeente. Deze missie behoeft vol
gens de D66-fractie op twee onderdelen aanpassing. Ik zal
10
daar later een tekstvoorstel voor doen.
Deel twee van de nota behoeft duidelijk nog de nodige
verbetering. Verwarrend is het ontbreken van eenduidigheid
bij de formulering van de maatregelen per speerpunt en de
cijfermatige onderbouwing daarvan.
Toch verdient de ambtelijke organisatie een groot compli
ment voor de wijze waarop deze Perspectiefnota in korte
tijd tot stand gekomen is.
Voorzitter, geen zinnetje in de Perspectiefnota heeft de
fractie van D66 zo bezig gehouden als de eerste zin van de
missie: "Wij hebben de ambitie het evenwicht van Leeuwarden
te herstellen."
Terecht constateert de Perspectiefnota dat Leeuwarden ener
zijds gekenmerkt wordt door allerlei dynamische ontwikke
lingen, terwijl anderzijds de problemen - met de onaan
vaardbaar hoge werkloosheid - legio zijn. Een dergelijk
verstoord evenwicht is op lange termijn gevaarlijk. En daar
moeten we iets aan doen. De vraag die voor de hand ligt:
zijn we er met een herstel van het evenwicht?
Het antwoord luidt ontkennend, en wel om drie redenen.
1. In de eerste plaats is het de vraag welk evenwicht
acceptabel is. Nemen we genoegen met 1.000 werklo
zen minder, moeten we naar het gemiddelde Friese
of nationale niveau? Die vragen moeten eerst be
antwoord worden.
2. De tweede reden waarom wij onvoldoende uit de
voeten kunnen met deze zin in de missie is dat het
woord evenwicht een toestand van rust suggereert
op het moment dat de toestand van evenwicht be
reikt zou zijn. Die rust is er niet in de samenle
ving en de politiek. Steeds weer voltrekken zich
redelijk autonoom processen in de maatschappij
waarop vervolgens het politieke bestuur inspeelt.
3. Tenslotte is ook het woordje herstel niet op zijn
plaats. Werken aan een herstel van het evenwicht
wijst in de richting van een tijd waarin sprake
was van een goed evenwicht. Moeten we daar naar
terug? Een nogal conservatieve gedachte. Het gaat
niet om het herstel van wat eens was, maar om het
zoeken naar een nieuw evenwicht. Elke tijd heeft
zo zijn eigen evenwicht.
Het collegeprogramma spreekt niet van een ambitie om het
evenwicht te herstellen, maar van een wil om zaken die niet
goed gaan te verbeteren. Zo'n formulering doet volgens D66
meer recht aan de dynamiek van de problemen waar wij voor
staan.
11