die daarmee in strijd is in ieder geval niet door ons zal worden gesteund. De motie die het uitstel beoogt. Ook in de commissie hebben wij gezegd dat wij daar nog eens naar zouden willen kijken. Ook de PvdA-fractie heeft dat indertijd gezegd en op dat punt een voorbehoud gemaakt. Wij zien echter geen mogelijkheden om dat uitstel ook te doen, wij denken dat dan de financiële consequenties voor de gemeente wel eens niet aanvaardbaar zouden kunnen zijn. Wij wensen dat risico in ieder geval niet te lopen. Derhalve zullen wij ook die motie van de CDA-frac tie niet steunen. De heer Greving: Mij is een stuk duidelijker geworden wat de indieners van de motie bedoelen met die garantieregeling. Het lijkt mij zo ook voldoende duidelijk verwoord. Ik kan er mee instemmen De moties die de CDA-fractie heeft ingebracht. Uitstel van de regeling. Ik denk dat het toch verstandiger is deze invulling te maken, daarmee ga ik met de meerderheid van de raad mee, en op deze wijze ook de inspanningsverplichting van het rijk in ieder geval duidelijk te maken. De tweede motie, om de maximale individualisering door te voeren, heeft niet mijn instemming. De heer BiemansDat de wethouder en ik van mening verschil len verbaast ons niet, gezien de discussie in de commissie. Ik denk dat hij gelijk heeft als hij zegt dat de standpunten uitgekristalliseerd zijn. Ik hoef op zijn verdere opmerkingen daar dus niet meer te reageren. De PAL/GL-fractie heeft in eerste termijn aangegeven dat het toch ging om een kwestie van keuzes maken, zij kwam op grond van haar eigen afwegingen op het steunen van het collegevoor stel Wij zijn inderdaad van mening dat het een kwestie van keuzes is en wij komen tot een andere afweging. Wij streven naar uitstel en naar maatwerk. Overigens staat maatwerk ook als een verplichting voor de gemeente in de wet opgenomen. De heer Feddema van de WD-fractie heeft aangegeven dat hij veel aan de inspraak heeft gehad. Ik krijg dan de neiging te vragen waar dat dan uit blijkt. Als dat moet blijken uit de motie, dan gaat die naar onze overtuiging om een veel te kleine groep die hiervan kan profiteren, bovendien kost het f 1 ton. Nu wordt door de wethouder aangegeven dat als het 40 f 1 ton kost wij met f 1,5 miljoen aan bezuiniging toch nog wel voldoen aan onze inspanningsverplichting. Met andere woorden, ook de wethouder geeft aan, daarin kennelijk ge steund door de meerderheid in deze raad, dat er over die in spanningsverplichting wel degelijk gediscussieerd kan worden. Dan is mijn vraag in de richting van hem en de andere partij en: waar houdt dan die marge op om over die inspanningsver plichting te praten, is het f 1 ton, is het f2, 3 of 4 ton? Er is zoveel onduidelijkheid over hoe die inspanningsver plichting ingevuld moet worden, dat het eens te meer een pleidooi is, nu van de kant van de andere partijen, voor uit stel. Het verbaast mij als de andere partijen dat niet zullen steunen. De D66-fractie is in de commissie akkoord gegaan, maar geeft nu aan bij nader inzien toch met de motie akkoord te kunnen gaan. Nadere bestudering van het collegevoorstel heeft daar toe geleid. Ik zou dat willen veranderen in: de druk van de overige collegepartijen heeft ertoe geleid dat zij eieren voor hun geld gekozen hebben. De heer Den Oudsten heeft een betoog gehouden dat zeer proce dureel was en waarin ik gezocht heb naar een werkelijk inhou delijke bijdrage. Het spijt mij, maar als wij praten over procedures, is kennelijk voor de PvdA-fractie het criterium om mee te praten in buitenkamers-, binnenkamers- of achterka- mersverband de mate waarin je steun aan een collegeprogramma geeft. Ik kan mij herinneren dat een paar maanden geleden in deze raad hele mooie woorden gevallen zijn over meer monisme in deze raad. Waar blijft dat nu? Dan kan een criterium als steun aan het Collegeprogramma geen enkel criterium zijn voor het al of niet meepraten. Als je werkelijk achter het monisme in de raad staat, dan heeft iedere partij die in deze raad zit, ongeacht de steun aan het collegeprogramma of niet, recht - volgens de PvdA-fractie zelf - om mee te praten. (De heer Den Oudsten: Ik wil beginnen met te zeggen dat de heer Biemans zegt dat hij mij eigenlijk niets heeft horen zeggen behalve procedureverhalenWij hebben onderling ook een beetje afgesproken dat wij niet voortdurend herhalen. Als één partij namens vier partij en een motie indient, dan is het natuurlijk logisch dat je een belangrijk stuk van de argumen tatie, die er op dat moment onder ligt, deelt en dat je die hier niet nog een keer uitgebreid gaat zitten herhalen. Daar hoefde ik het dus niet meer over te hebben, daar waren wij het volledig met elkaar over eens. Het spijt mij dat wij dat niet met de CDA-fractie hebben overlegd, maar zo is het wel gegaan 41

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 21