Naast de moties die wij zelf ondertekend hebben, steunen wij de motie met betrekking tot het SBO en de overige mo ties niet. Het is met name een kwestie van andere politieke keuzes, maar dat mag voor zich spreken. Ik wil er nog één motie uithalen, dat is de motie over de functioneringsgesprekken Ik denk dat dit hier niet aan de orde isIk wil de heer Jacobse uitdagen om als hij het heeft over functionerings gesprekken met wethouders, dan ook eens te denken aan func tioneringsgesprekken met raadsleden zelf op de een of ande re manier. De motie over de Arbo-gelden. Wij gaan er voor de duidelijkheid van uit dat het vierde gedachtenstreepje geldt voor het begrotingsjaar 1996. Ik sluit mij aan bij de opmerking van de heer Brok met be trekking tot de kortingspas, het is een eenmalige uitgifte van geld aan het onderzoek. De heer Krol wijst op de niet gebruikers van het Fonds maatschappelijke activiteiten en zegt dat je een integrale oplossing moet zoeken voor het minimabeleid. Met dat laat ste zijn wij het eens, maar wij kiezen er uiteraard niet voor om de gebruikers van het fonds een jaar lang in de steek te laten. We handhaven uiteraard die motie. Al met al willen wij de lijn zoals wij die met de Perspec tiefnota hebben ingezet vasthouden en middels genoemde mo tie zullen wij de begroting 1996 vaststellen. De heer Stoker: De beantwoording van wethouder De Jong aan gaande onze motie rond de kinderopvang maakt duidelijk dat het zeer onwaarschijnlijk is dat er nu weer doorberekend zal worden. Ook de PvdA-fractie stelt vast dat dit altijd de lijn geweest en het is wel redelijk naïef om er vanuit te gaan dat zonder een duidelijke uitspraak hierover dat nu ook weer het geval zal zijn. Het is dus beslist niet te vroeg. Wij zijn van mening dat het toch zou moeten gebeuren en daarom handhaven wij de motie. Het rijk vraagt uitvoe ring van taken en ik vind dat wij dat alleen voluit kunnen en moeten doen indien en voor zover het rijk niet kort. De kindplaatsen die dat kost, komen via het aanbod van het particulier initiatief wel naar de vragers toe. Voor wat betreft mijn opmerkingen over mondiaal beleid, ligt er hier natuurlijk ook de motie van de NLP-fractie om in 1996 geen storting te doen in het desbetreffende fonds. 52 Deze motie heeft dan ook onze instemming. De overige moties. Wij hebben mede-ondertekend de moties over de restauratie van de Oldehove en de overbrugging van het Fonds voor maat schappelijke activiteiten. Dat blijft overeind. Wij zijn tegen de motie van de CDA-fractie over de OZB, omdat wij die te vroeg vinden. Hetzelfde geldt voor de motie over het achterstallig onder houd. Wij willen eerst graag een duidelijk overzicht en inzicht alvorens wij een besluit nemen. Verder zijn wij tegen de moties van de NLP-fractie met uit zondering van die over het mondiaal beleid. Wij kunnen instemmen met de gewijzigde motie van de PvdA- fractie over het subsidie van het SBO. De motie over de Arbo-gelden, dat ben ik eens met de WD- fractie, zou ik eerst graag in de commissie willen hebben. De heer Jacobse: Naar aanleiding van de antwoorden van me vrouw De Haan zou ik nog even duidelijk willen horen of die toezegging over het achterstallig onderhoud en de problema tiek van de fondsen ook de afschrijvingsproblematiek omvat. Dat is niet exact in haar bewoordingen genoemd. Ik zou het toch op prijs stellen dat ook dat voor de Perspectiefnota bekend zou zijn. Verder wil ik nog een opmerking maken over het Fonds maat schappelijke activiteiten. In de commissie hebben wij ons terughoudend opgesteld, wij hadden liever een ander minima beleid waaronder een ruimer beleid bijzondere bijstand. Dat beleid is thans nog niet voorhanden. Uit bestuurlijke over wegingen hebben wij er voor gekozen om toch maar het voor stel dat er nu ligt te steunen, omdat je anders een gat creëert tussen twee periodes en uit bestuurlijke overwegin gen lijkt ons dat niet juist. De derde opmerking betreft de motie van de CDA-fractie over de lastenverlichting. Inhoudelijk zijn wij het daarmee eens, ook wij willen niets liever dan lastenverlaging, al leen wij vinden de dekking niet stevig. Wij weten immers niet of er een positieve reserve is. Als de inhaalreserve- ringen, nodig voor achterstallig onderhoud, en de inhaalaf- schrijvingen, als gevolg van het feit dat wij veel te lange afschrijvingstermijnen gebruiken, in mindering zijn ge bracht op die algemene reserve, mogen wij bidden dat er nog wat in zit. 53

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 27