het beleid dat de gemeenteraad in 1982 heeft ingezet. Naar de heer Sluiter toe over de informatievoorziening. Jaarlijks geven wij aan dat de mensen de grond kunnen ko pen, misschien zou je daar nog wat regels aan kunnen toe voegen over mogelijke prijsstijging, maar die is bij deze al behoorlijk gestegen, ik vraag mij af of dat nodig is. Wat wij wel hebben afgesproken met de dienst is dat er een hele duidelijke brief naar de bewoners toe gaat en die zal persoonlijk door de portefeuillehouder worden ondertekend. Ik hoop dat de uitleg goed zal zijn en daardoor wat meer begrip te krijgen. Mits de gemeenteraad in kan stemmen met het voorstel zoals dat nu voor ons ligt. (De heer SluiterIk vroeg in eerste termijn nog naar de prikkels die tot aankoop zouden kunnen leiden. Ik heb be grepen uit de beantwoording dat te onderzoeken is wat daar mogelijk is. Dat houdt in dat de wethouder ook op onderzoek uitgaat naar mogelijke positieve prikkels om tot aankoop over te gaan?) Dat wil ik wel doen, maar ik vind dat wel moeilijk. De mensen krijgen jaarlijks bericht dat ze de grond kunnen kopen. Als je daar trek in hebt, dan koop je het, heb je dat niet, dan doe je het niet. Hoe ik dat zou kunnen stimuleren, weet ik niet, maar ik wil daar uiteraard wel over nadenken. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie ingediend door de heer Bilker van de CDA-fractie. De motie van de heer Bilker van de CDA-fractie wordt ver worpen met 10 tegen 23 stemmen. Voor stemden de leden van de CDA-fractie, de PAL/GL-fractie minus de wethouder en de GPV/RPF/SGP-fractie. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over punt 14. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.met de aantekening dat de frac ties van CDA, PAL/GL minus de wethouder en GPV/RPF/SGP te gen onderdeel genoemd in de motie geacht willen worden te hebben gestemd. Punt 15 (bijlage nr. 172). De Voorzitter: Aan de orde is Beleidskader en Verdeelbe- 56 sluit Sociale Vernieuwing 1996 Mevrouw De Haan (weth.)Voor alle zorgvuldigheid wil ik meedelen dat in het beleidskader en verdeelbesluit nog niet is meegenomen het feit dat de raad een besluit heeft geno men over het instandhouden van het Fonds maatschappelijke activiteiten. Als de raad vanavond instemt, dan is dat met inachtneming van het raadsbesluit zoals dat in de begro tingszitting is genomen. De heer Koops: In de commissie heeft mijn fractie opgemerkt dat het zo langzamerhand traditie begint te worden dat het college complimenten krijgt voor het beleid rond de sociale vernieuwing. Mijn fractie stemt dan ook in met het voorlig gende beleidskader en het verdeelbesluit. Dit neemt evenwel niet weg dat onzes inziens de toekomst van de sociale ver nieuwing op korte termijn aandacht verdient, dat wil zeggen voor de periode na 1996Onze fractie heeft daarvoor de volgende drie redenen. Ten eerste. De sociale vernieuwing richt zich op het voorkomen en op lossingen van achterstanden en sociaal isolement en wel door het voeren van integraal beleid ter zake. In de stuk ken zien wij dat sociale vernieuwing op beleidsniveau zo succesvol is, dat geen beleidsterrein meer ontkomt aan pro jecten in dat kader. Er is duidelijk sprake van een olie vlekwerking en van een caleidoscoop van activiteiten op bijna alle beleidsterreinen. Dat is op zich een succes, maar tegelijkertijd vervloeit daarmee het begrip sociale vernieuwing. In dergelijke gevallen blijkt men doorgaans twee dingen te doen, of stoppen met het hanteren van het begrip sociale vernieuwing, want het is immers onderdeel van andere beleidsterreinen, of sociale vernieuwing herde finiëren tot resterende integrale echte sociale vernieu wingsactiviteiten. Hier dringt zich een parallel op met ander facetbeleid zoals emancipatie en milieubeleid. In deze definitiekwestie ligt de eerste reden om ons nader te bezinnen voor de toekomst op sociale vernieuwing. Ten tweede Het rijk overweegt de geoormerkte middelen voor de sociale vernieuwing in het rijksfonds integraal onderdeel te laten uitmaken van het Gemeentefonds. In 1994 zijn al tien speci fieke uitkeringsregelingen samengevoegd. Kennelijk is soci ale vernieuwing zo verknoopt met ander decentraal beleid dat in financieel opzicht een onderscheid niet meer nodig wordt geacht. De wijzigingen in het gemeentelijk beleid 57

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 29