De heer Brinks (weth.): Mijnheer Stoker heeft volkomen gelijk,
ik heb nog niet geantwoord op het papierfonds. Aangezien ik de
toezegging al in de commissie had gedaan, kan ik hier opnieuw
die toezegging doen dat wij zullen uitzoeken of het mogelijk
is en hoe dat dan mogelijk is. Ik durf op dit moment geen ter
mijn te noemen waarop dat gerealiseerd kan worden, maar wij
houden er in ieder geval rekening mee dat wij dit op ons lijs
tje zetten van te ondernemen activiteiten en dat zullen wij
zeker ook gaan doen.
De Voorzitter: De heer Biemans handhaaft zijn motie in de hui
dige vorm?
De heer Biemans: Als de voorzitter een amendement op de motie
wil, als er sprake is van 20 cent volgend jaar dan is er vanaf
die tijd sprake van 20 cent.
De motie zou dan gewijzigd moeten worden in:
bij besluit eerste streepje door "de door Afvalsturing
Friesland gehanteerde prijs".
Voor het overige blijft de motie gelijk.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de gewijzigde
motie van de heer Biemans van de CDA-fractie.
De motie van de heer Biemans van de CDA-fractie, mede-onderte
kend door de heer Feenstra van de CDA-fractie, wordt verworpen
met 9 ten 23 stemmen. Voor stemden de leden van de CDA-fractie
en de PAL/GL-fractie met uitzondering van de wethouder.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over punt 23.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
Punt 24 (bijlage nr. 206)
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b, en w.
52
Punt 25 (bijlage nr. 188)
De Voorzitter: Aan de orde is Uitvoerings- en beleidsplan 1996
Nabw.
Mevrouw De Jong: In de commissie is toegezegd om via de kli-
entenraad klachten met betrekking tot de uitvoering van de
nieuwe Abw te inventariseren en voor te leggen aan de commis
sie bij de evaluatie. Dit wordt niet vermeld in de raadsbrief.
Het gaat dan met name om het type klachten.
De heer Brinks (weth.): Als wij het uitvoerings- en beleids
plan vaststellen, is dat een belangrijke stap voorwaarts bij
de invoering van de nieuwe Algemene bijstandswet. Gemeenten
zijn meer verantwoordelijk geworden voor de uitvoering van de
Algemene bijstand. Wij hebben al een beleid geformuleerd over
de toeslagen, dat is in september in de raad geweest. Nu wordt
er een beleid geformuleerd ten aanzien van onder andere het
incentive beleid, fraudebestrijding, het uitstroombeleid. Nog
niet alles is perfect, maar met het vaststellen van dit uit
voeringsbeleidsplan wordt in ieder geval duidelijk waarop de
gemeente Leeuwarden zich wil richten. Iedereen heeft dat kun
nen lezen.
Mevrouw De Jong vraagt of wij de klachten over de uitvoering
van de nieuwe Algemene bijstandswet inventariseren en voorleg
gen aan de raad. Ik neem aan dat dat dan via de commissie kan
en dat het dan vooral gaat om het type klachten. Ik wil wel
toezeggen dat wij dat doen, die inventarisatie ligt in feite
ook al besloten in het hele uitvoeringsplan, want als er heel
veel klachten komen, dan reageer je daar natuurlijk ook op in
je verantwoording over het afgelopen jaar. Het lijkt mij niet
onverstandig om daar in de commissie dan ook over te praten.
(Mevrouw De Jong: Het ging er om dat dat ook al toegezegd was
in de commissie, maar dat het niet terug te vinden is in de
raadsbrief.) Maar niet alle toezeggingen uit commissies zijn
terug te vinden in raadsbrievenHet vorige agendapunt hadden
wij er ook één. Er is trouwens nog iets anders dat ik hier aan
wil koppelen. Wij hebben nu een belangrijke beleidswijziging
van het rijk in het kader van de nieuwe Algemene bijstandswet,
er zijn ook allerlei beleidswijzigingen van het rijk in het
kader van bijvoorbeeld arbeidsvoorziening, bijvoorbeeld de
uitvoeringsinstellingen van de bedrijfsverenigingen. Uit con-
53