ge uitdrukkelijk verzoeken dit voorstel, zoals dat hier nu inhoudelijk ligt, toch te gaan accorderen op basis van de com missiebehandeling van destijds, omdat er geen nieuwe argumen ten bij zijn gekomen. De afweging de Hemrik - de Centrale heeft plaatsgevonden én bij het college én bij de commissie. Het kernargument om dit toch te zien als iets anders dan de gemiddelde toevoeging van een element op de Centrale is dat dit een zeer grootschalige bouwmarkt is met een bebouwing van 9000 m2. Bovendien komt daar nog bij dat het mij tot nu toe, noch in mijn portefeuillehouderstijd, noch in het huidig lid zijn van dit college, is gebleken dat de ontwikkelaar van de Centrale, na een jaar lang ook de gelegenheid gehad te hebben hierop te entameren, ook maar enigszins het zicht heeft gege ven dat zo'n vulling hun invulling van de Centrale wel zou aanstaan. Dat is nog een negatieve redenering daarnaast. Ik kan en moet niet anders dan concluderen namens het college dat wij door een logisch gevolg van een bouwvergunning akkoord te doen volgen op een grondverkoopbesluit, nog los van de vraag of wij juridische gevolgen zouden ondervinden van de indieners van dit bouwplan die weten dat wij met artikel 19 steunen en op tijd willen starten met de investeringen. Nog los daarvan zou het zeer inconsistent zijn vanwege het ontbre ken van nieuwe argumenten om dit nu niet te gaan doen. De heer Terpstra: Deze argumentatie gehoord hebbende wil ik graag een schorsing aanvragen. De Voorzitter: Ik kan mij dat voorstellen en ben daar blij om. Mocht u mijn informatie nodig hebben, dan ben ik beschikbaar om een en ander nader toe te lichten. De schorsing is verleend. De Voorzitter schorst om 22.4 5 uur de vergadering. De Voorzitter heropent om 23.00 uur de vergadering. De heer FeddemaWij hebben met de zieke mevrouw Van Ammers getelefoneerd en een en ander doorgesproken. Ik heb begrepen vanuit de communicatie die vanmiddag met de voorzitter heeft plaatsgevonden, dat u op het BRO-onderzoek, waar ik op doel, een aantal mededelingen zou doen wat betreft het inhoudelijke 58 gedeelte, zodat wij dat dan wellicht in deze zitting mee kun nen nemen in de definitieve besluitvorming. Ik heb begrepen dat dat een toezegging is geweest aan wethouder Van Ammers. (De VoorzitterVoor alle duidelijkheid, ik heb dat al gemeld door te zeggen dat die conclusie in het rapport staat, maar geen nieuw argument is.) (De heer Krol: Maar is mevrouw Van Ammers een andere mening toegedaan, mijnheer Feddema?Nee, wat dat betreft is het volledig duidelijk. Mijn verzoek was niet meer en niet minder, met de argumenten die ik genoemd heb. Als blijkt uit de beantwoording van het college dat dit niet anders kan, dan zullen wij dadelijk bij kennisneming van het BRO-onderzoek wellicht misschien nog wel eens een gevoel hebben, krabbelend achter ons oor, van tja. (De heer Ten Hoe ve: Maar worden de zaken niet omgedraaid. De heer Feddema stelt een verkoop aan de orde op basis van een BRO-rapport, waar hij mededelingen over heeft. Ik denk dat dan de taak bij hem ligt om op basis van de gegevens die hij heeft aan te to nen waarom deze verkoop niet door moet gaan. Het college doet dit voorstel, maar hij doet een ander voorstelDan moet hij de argumentatie niet bij het college leggen, maar daar moet hij zelf mee komen.) Het initiatief is genomen door het colle ge om dit onderzoek te laten doen. (De heer Ten Hoeve: Daar heb ik het niet over. De heer Feddema zegt dat hij het rapport heeft gelezen, wij niet, en op basis daarvan wil hij de ver koop uitstellenDan moet hij zeggen waarom hij de verkoop uit wil stellen.) Omdat uit het BRO-onderzoek blijkt dat op een aantal punten deze locatie een zeer slechte keuze zou zijn. Maar dat wou ik de totale raad laten concluderen, dan alleen op mijn waarneming af te gaan. Ik vond datgene dat ik heb ge lezen in ieder geval voldoende belangrijk om mee te nemen in deze finale beslissing voor de verkoop. Vorige week is dat stuk naar de begeleidingsgroep gegaan, die de BRO behandeld heeft. Dat was vlak voor het weekend. Dan vind ik dat ook voor het weekend dat stuk ons nog had moeten worden toegestuurd, zodat iedereen daar kennis van had kunnen nemen. Ik vind het te ver gaan dat ik nu uit het onderzoek, waar het college zelf opdracht toe heeft gegeven, de feiten moet halen. Het komt er op neer dat naar mijn overtuiging uit het onderzoek blijkt dat het een slechte keuze is op deze lokatie Marktkauf te gaan bouwen De heer Terpstra: Door de argumentatie van de heer Feddema is bij ons het spoor volledig bijster, moet ik eerlijk zeggen, want ik begrijp er niets van. Ik ben in ieder geval blij dat wij een schorsing gevraagd heb- 59

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1995 | | pagina 30