zuinigen op die wijken. (De heer De Jong (weth.)In die ver
houding moet u het ook zien, zoals het voorstel was.) We
bezuinigen fors op die wijken.
Dan een reactie op het voorstel van de PvdA-fractie
Mevrouw Dikken gaf het eigenlijk al aan. Vanaf het begin dat we
deze discussie voeren over het buurt- en wijkwerk staan de
fracties van PAL/Groen Links en de PvdA lijnrecht tegenover
elkaar als het gaat om de waarde die wij toekennen aan de SE-
score. Ik vind het voorstel wat de PvdA indient heel spijtig,
omdat het een verslechtering betekent voor deze wijken. Ze
stellen die verslechtering wel drie jaar uit door langzaam het
geld uit te smeren, maar uiteindelijk zullen bij hun voorstel,
als je dat uitvoert, juist de 4 en 8 wijken er nog veel
slechter voor komen te staan dan volgens het collegevoorstel.
Het mag duidelijk zijn, dat we absoluut niet het voorstel van
de PvdA zullen volgen.
Dan nog een paar opmerkingen over het grote stedenbeleid.
De wethouder heeft heel expliciet in de commissie aangegeven
dat het grote stedenbeleid niet bedoeld is voor sociaal-
culturele activiteiten zoals die nu gefinancierd worden middels
organisatie- en activiteitensubsidies. Blijkbaar heeft de PvdA-
fractie een heilig geloof in financieringsmogelijkheden van het
grote stedenbeleid. Zo'n groot geloof, dat ik bijna aan de
PvdA-fractie zou willen vragen: kunt u mij die garantie dan ook
bieden, dat juist de activiteiten die wellicht nu gaan ver
dwijnen, in de toekomst middels het grote stedenbeleid gefinan
cierd kunnen worden?
Dan wil ik nog een opmerking maken over het type activiteiten.
Er wordt steeds weer gesproken over alleen maar problemen. Ik
denk dat het grote belang is van de activiteiten, die op dit
moment gefinancierd worden middels organisatie- en activitei
tensubsidies, dat het niet zo zeer gaat om projectmatige
activiteiten, zoals we die al kennen in het kader van sociale
vernieuwing en zoals die ook middels het grote stedenbeleid
zullen plaatsvinden, maar dat dit juist kleinschalige activi
teiten zijn die in de buurt-en dorpscentra georganiseerd
worden, die een sterke ontmoetingsfunctie hebben. Het zijn
juist activiteiten die een grote bijdrage leveren aan de
preventie van sociaal en maatschappelijk isolement. Ik vind het
heel erg moeilijk dat we nu besluiten om daarop te bezuinigen.
Voorzitter, resumerend wij gaan akkoord met het voorstel, maar
wij zijn tegen het onderdeel in het voorstel waar het gaat om
de subsidiëring van de 4 en 8 wijken.
Mevrouw Tiemersma: Zoals ik al zei, vond ik het positieve aan
deze avond wat mij betreft dat wij in ieder geval tot besluit
vorming moeten komen. Ik denk dat die onduidelijkheid naar de
wijken toe absoluut niet langer gewenst is. Het is, denk ik,
duidelijk hoe de verhoudingen liggen. Mijn fractie vindt om de
reden die ik net aangaf, dat er een besluit moet worden genomen
vanavond en dat wij daarom toch maar opnieuw een compromis
moeten sluiten. Wij kunnen daarom uiteindelijk ook instemmen
96 Dül
met het collegevoorstelHet doet absoluut niet voldoende recht
aan hoe wij vinden dat de 4 en 8 wijken gesubsidieerd moeten
worden, maar omdat duidelijk is dat het toch het minst slechte
voorstel is en wij vanavond tot besluitvorming moeten komen wat
ons betreft, kunnen wij daarmee instemmen.
Wat betreft het grote stedenbeleid weet ik wel zeker dat mijn
fractie in ieder geval de ontwikkelingen binnen dit grote
stedenbeleid heel kritisch zal blijven volgen en dan vooral als
het gaat om de activiteiten die plaats zullen vinden in de 8
wijken
(De heer De Beer: Voorzitter, er ligt nog een motie van mevrouw
Tiemersma wat doen wij daar nu mee.) Het was een amendement,
mijnheer de Beer en u heeft gelijk daar moet ik wat over
zeggen. Ik trek mijn steun aan het amendement op dit moment dus
in. (Mevrouw De Bruin: Daar ga ik niet mee akkoord, ik breng
dan zelfstandig het amendement namens PAL/Groen Links-fractie
wel in. Ik vind dat dit amendement in stemming gebracht moet
worden
De Voorzitter: Ik zou toch de opmerking willen plaatsen dat er
over de motie zelf uiteraard gestemd kan worden, maar dat door
de opmerking van mevrouw Tiemersma er nu wel een bepaalde bewe
ging in de mogelijke besluitvorming valt te noteren. Met andere
woorden, er zal een mogelijkheid voor een collegevoorstel
kunnen ontstaan. Uiteraard zullen wij dat pas concluderen,
nadat de moties in stemming zijn gebracht. Daarom vraag ik de
indieners: handhaaft u de motie, die wenst u in stemming ge
bracht te zien?
Dat geldt ook voor de motie van mevrouw Dikken? (Ja.)
De heer De Jong (weth.)Er zijn op zich geen nieuwe argumenten
aangedragen. We hebben de argumenten gewisseld, denk ik.
De voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie inge
diend door mevrouw De Bruin van de PAL/GL-fractie en mevrouw
Tiemersma van de CDA-fractie.
De motie van mevrouw Tiemersma en mevrouw De Bruin van de
PAL/GL-fractie wordt verworpen met 4 regen 2 8 stemmen. Voor
stemden de leden van de PAL/GL-fractie met uitzondering van de
wethouder en mevrouw Visser.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie inge
diend door mevrouw Dikken van de PvdA-fractie
De motie van mevrouw Dikken van de PvdA-fractie wordt verworpen
met 11 tegen 21 stemmen. Voor stemden de leden van de PvdA-
fractie en de WD-fractie met uitzondering van de wethouders.