Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.met de aantekening dat de heer Stoker van de GPV/RPF/SGP-fractie geacht wil worden te hebben tegen gestemd, met inachtneming van de toezegging van de wethouder. De Voorzitter: In verband met de spoedige afwezigheid van de wethouder van Grondzaken wil ik graag eerst de behandeling van punt 26. Punt 2 6 (bijlage nr. 45) Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 7 (bijlage nr. 68) De Voorzitter: Aan de orde is Beleid buurt- en wijkwerk. Mevrouw Dikken: Dit onderwerp is al diverse keren aan de orde geweest. Ik heb zelfs even bij de voorbereiding van dit onderwerp bedacht of ik het nog eens zou nazoeken hoe vaak wij dit in de commissie aan de orde hebben gehad. Ik heb daar maar van afgezien. Ik had er eerlijk gezegd niet zoveel zin in. Wel weet ik dat wij eigenlijk te vaak dit onderwerp hebben bespro ken. Maar toch wil ik bij de definitieve besluitvorming nog een paar dingen naar voren brengen. Dit gaat ten eerste over de aanleiding van het onderzoek, over de hoeveelheid wijkgebouwen en de subsidieregeling. Eerst over het aantal wijkcentra. Toen er voorstellen van het college kwamen om te bezuinigen op het wijk- en buurtwerk is er een voorstel gedaan om ook eens te kijken of we de huidige hoeveelheid wijkcentra moesten hand haven. Naar aanleiding van het onderzoek daarna en ook onze eigen bezoeken aan de wijken, hebben we geconcludeerd dat dit geen begaanbare weg was. Het zou onzes inziens veel beter zijn dat het draagvlak tot samenvoegen uit de wijken zelf zou komen. Zij moeten de voordelen daarvan inzien. Dan wat betreft het activiteiten- en de organisatiesubsidie. We zijn er voorstander van om alle wijken een bepaald bedrag toe te kennen op grond van het aantal inwoners in de wijk. Dit geld is een basisbedrag en kan gebruikt worden om enerzijds organisatiekosten te dekken en anderzijds een deel van de activiteiten mee te betalen. Dit ongeacht de sociale of fysieke situatie van de wijk. Volgens de PvdA-fractie moet je met andere middelen de problemen in de wijk oplossen. De periode die vooraf is gegaan aan dit voorstel is te lang geweest. Er vindt een soort onderwerpvermoeidheid waar te nemen bij de verschillende partijen en dat is jammer. Een goede leer lijkt mij voor de volgende keer. Er moeten duidelijke termijnen gesteld worden en de tijd die tussen een voorstel en de uitein de delijke besluitvorming zit moet niet langer dan een jaar zijn en dat is in wezen nog heel lang. Dan blijft namelijk iedereen nog bij de les en houdt men ook zicht op de uiteindelijke besluitvorming Dan over dit voorstel. In grote lijnen zijn wij het er mee eens. Eén punt wordt nog nader onderzocht en dat zijn de eigendomsverhoudingen van de gebouwen. Mijn fractie wil duidelijk in dit onderzoek betrekken de mogelijkheid om de wijkgebouwen over te dragen aan de wijkbesturen. Dit in het kader van meer verantwoordelijkheid naar de burgers en het op afstand zetten van de overheid. Dus dit graag als suggestie mee in het onderzoek. Dan over de rest van het voorstel. Het huisvestingssubsidie. Doordat er nu afkoopsommen worden gehanteerd, verdwijnt de openeindfinancieringEen goede zaak. Er blijft dus een bedrag over, want het huidige budget is hoger dan wat nu hiervoor wordt geraamd. Ik zou graag willen weten wat er met het over gebleven budget gebeurt Dan wat betreft de premieregeling voor het samenvoegen van de wijken. We zijn blij dat het college het voorstel heeft over genomen om de premieregeling 5 jaar te laten duren, ongeacht de datum van ingang. Het activiteiten- en de organisatiesubsidie. Wij blijven funda menteel hier van mening over verschillen met de wethouder en ook een deel van de raad. Zoals al eerder gezegd, wij vinden dat dit geld een basisbedrag moet zijn en met het raadsvoorstel haal je het achterstandsbeleid via deze subsidie weer binnen en dat vinden we principieel onjuist. Wij vinden achterstandsbe leid grote steden beleid en als je echt wat wilt doen om de problemen in de wijk op te lossen, moet je ook uit die post er middelen tegenover stellen. Dit moet natuurlijk in samenwerking met de wijken. Ik wil daarom ook de volgende motie indienen. "De raad van de gemeente Leeuwarden, bijeen op maandag 22 april 1996; behandelende het voorstel beleid wijken en buurten; overwegende dat het organisatie- en activiteitensubsidie primair is bedoeld om de wijken een basisbedrag te geven om vaste lasten en een aantal activiteiten te kunnen bekostigen; dit geld niet is bedoeld om achterstanden weg te werken besluit 32 organisaties een basisbedrag van f. 1.000,- te geven; de verdeling subsidie op basis van inwoneraantal verdeeld in vier categorieën zoals genoemd in de raadsbrief het resterende budget te verdelen over de wijken die in 1997 meer dan 25% inleveren in vergelijking met 1996. Dit bedrag in drie jaar afbouwen en de daarmee vrij vallende middelen evenredig verdelen als koppengeld over de rest van de wijken; ^9

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1996 | | pagina 9