onderhouden gemeentelijk groen. Een beter milieuplan begint lokaal, dus ook bij de gemeente zelf, niet alleen voor het groen, maar ook bij de gemeentelijk onroerende goederen. Duurzaam bouwen, goede warmte isolatie zullen we zelf ook mee moeten nemen in ons onderhoudsprogramma voor de komende jaren. Mevrouw Inberg: In de commissie hebben we een aantal vragen gesteld ten aanzien van onderdelen uit het milieubeleidsplan. Te weten het landbouwsnoei-afvalde door ons betwijfelde efficiëntie van de hondepoepveldjes en de onduidelijke situatie betreffende de huisvestigingsproblematiek van het onderdeel natuur- en milieu-educatie. Wethouder Brinks heeft toen toe gezegd deze onderwerpen terug te brengen in de Commissie Milieu en Stadsbeheer. Wij zien de beantwoording van deze vragen dan wel in de commissie tegemoet. Resteert onze zorg over de krappe middelen voor milieubeleid. De verplichte milieutaken van de gemeente worden ternauwernood gedekt en ten aanzien van de vier speerpunten naar eigen keuze, die we daarnaast moeten uitvoeren, zien we geen kans deze op het gewenste niveau uit te voeren. Met name maken wij ons zorgen over de voortgang van het verkeersmilieuplan. Voor de tweede en de derde fase van het verkeersmilieuplan is namelijk nog niet gereserveerd. Omdat in het kader van de VOGM-regeling ook het verkeersmilieuplan in 98 op adequaat niveau moet zijn gebracht, willen wij voorstellen binnen de Perspectiefnota middelen te zoeken voor het verkeersmilieuplan, bijvoorbeeld door het onderhoud aan die wegen die van belang zijn voor het uitvoeren van het verkeersmilieuplan naar voren te trekken. En deze dan vervolgens volgens het verkeersmilieuplan in te richten. De heer De Beer: Ik heb tijdens de commissievergadering al gezegd dat ik respect heb voor de wijze waarop deze rapportage tot stand is gekomen. Ik heb vooral bewondering voor de methode van prioriteitsstelling, want dat is geen sinecure. Je kunt wel een programma maken en prioriteiten stellen, maar om te komen tot die prioriteiten, dat is vaak de kunst. Ik vind dat de afdeling die dit heeft behartigd dit op uitstekende wijze heeft gedaan De heer BeersHet probleem van de verwerking van de vervuilde bagger, de heer Feenstra wees erop, is naar de mening van de PAL/Groen Links-fractie het grootste probleem op het gebied van milieu wat Leeuwarden momenteel bedreigt. Hoewel we grotendeels afhankelijk zijn van het rijk willen we graag in de Commissie Milieu en Stadsbeheer een discussie over wat Leeuwarden op eigen houtje zou kunnen doen aan dit probleem. Verder willen we onze complimenten uitspreken aan de sector die dit heldere, overzichtelijke plan heeft samengesteld. De heer Brinks (weth.)Ik dank de leden van de raad die complimenten hebben gegeven aan de opstellers van dit plan. Ik zal zeker de complimenten overbrengen. 52 Verder zijn er een aantal vragen gesteld. De heer Feenstra begint met het baggerbeleid en hij zegt zelf al dat dat binnenkort komt. Dat wil zeggen in het najaar komt het in de commissie en ik zou me voor kunnen stellen dat dan ook de hele discussie over Potmarge en over eventuele volks gezondheidsproblemen aan de orde wordt gesteld. Overigens moet ik opmerken dat de vervuiling in de Potmarge in het slib zit en dat dit problemen oplevert op het moment als we het slib boven water halen, veel meer dan wanneer het nu zo verpakt in dat slib zit. Als mensen daar niet gaan pootjebaden of wat dan ook gaan doen, dan levert dat geen probleem op. (De heer Beers: Misschien wil de wethouder er voor zorg dragen dat er bordjes bij de Potmarge komen te staan?) (De heer Feenstra: Er liggen natuurlijk wel allemaal fietspaden langs de Potmarge. Ik zeg ook die woningbouw, het gevaar dat je er in kunt vallen, hoe groot is dat gevaar voor de gezondheid van diegene die er dan invalt?) Akkoord, er zal misschien een kleine gevaar zijn, maar dat gevaar is zeker niet groot. Wat met bodemvervuiling aan de hand is, is dat op het moment dat je van de bodem, die daar ernstig vervuild is, echt veel gaat eten, dan is dat gevaarlijk voor de volksgezondheid. Dat gebeurt niet, maar dat zijn wel criteria. Op het moment dat je dat niet doet - ik kan me haast niet voorstellen dat iemand grote happen uit de Potmarge neemt, alhoewel dat misschien een oplossing zou zijn voor de bagger - is het gevaar voor de volksgezondheid zeker niet grootMaar in de tweede fase van het baggerbeleidsplan zullen we daar zeker op terugkomen. (Mevrouw De Bruin: Ik mag toch hopen dat wij als gemeente wel het beleid voeren dat verontreinigde grond, en dat is ook verontreinigde slib, opgeruimd wordt. En dat niet het beleid is dat we het laten liggen, omdat het geen kwaad kan voor de volksgezondheid. Die suggestie levert de wethouder namelijk wel.) Ik wil in de commissie nog wel een keer uitgebreider ingaan op het beleid ten aanzien van het saneren van vervuilde grond en ook van vervuilde bagger, dan zou het gaan om urgente gevallen, om wenselijke gevallen van sanering aan de orde te stellen. Maar in feite is het een kwestie van financiën, mede van financiën van het rijk. We krijgen pas een bijdrage als het gaat om urgente gevallen van sanering. De meeste vervuilingen, ook al zijn ze zwaar vervuild, zijn niet urgent. (Mevrouw Van Olzen: Dat geldt toch voor de Potmarge niet, die is toch wel heel zwaar vervuild? Die is wel zwaar vervuild, maar ik weet eerlijk gezegd niet of die zo urgent is dat we daar een uitgebreide bijdrage voor kunnen krijgen. (Mevrouw Van Ui zen: Ik kan u verzekeren dat hij erg vies is.) Ja, maar dat heeft er helemaal niets mee te maken. Ik stel voor dat we daar in de commissie bij het baggerbeleidsplan, tweede fase uitgebreider op terugkomen. Het heeft namelijk dus niet te maken met vies of niet vies. (Mevrouw Van ülzen: Of ernstig verontreinigd.) Ook dan heeft het nog niet mee te maken of het urgent of niet urgent is Alternatief om het groen op verhardingen te verwijderen via DSWDat nemen we mee en daar komen we op terug. Duurzaam bouwen, ook voor gemeentelijke gebouwen, dat is inderdaad een aandachtspunt ook voor ons gemeentelijk apparaat. Dat wordt sowieso meegenomen in het hele onderhoud van 53

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1996 | | pagina 27