externe deskundige, een juridische deskundige en vooral ook een
ervaren deskundige wordt betrokken? Ook op deze vraag graag een
reactie van het college.
Dan had ik het college nog willen vragen om een toezegging, die
in juni 1994 is gedaan, nu gestand te doen. De raad zou name
lijk een delegatie-overzicht voorgelegd worden. Op grond van
dit overzicht zou de raad eventuele wijzigingen kunnen beplei
ten. Nu kregen wij eind vorige week bericht dat dat overzicht
in november a.s. in de commissie wordt gepresenteerd. Daar hoef
ik dus nu niet op terug te komen, maar een feit is wel dat ook
wat deze actie betreft er veel te veel tijd is verstreken
tussen woord en daad.
Het zal u niet verbazen dat mijn fractie het belangrijk vindt
dat de evaluatie van het proefproject in de commissie aan de
orde wordt gesteld. De inhoud van de Nota Gemeentelijke
Projecten is dan ook weer aan de orde, zo nodig kunnen wij dan
weer terug komen op de kanttekeningen die wie vanavond hebben
geplaatst
De heer Brok: Als het proefproject binnenkort gaat lopen - en
wat mijn fractie betreft is de Oldehove een uitstekend proef
project - wil mijn fractie wel dat er naast de in deze nota
gedane aanbevelingen ook aandacht wordt geschonken aan andere
aspecten dan alleen de juridische. Ook bijvoorbeeld, ik heb
daar vijf maanden geleden in de commissiebehandeling al op
gewezen, dienen de bestuurskundige aspecten niet vergeten te
worden. Met name de rol en de plaats van de raad als hoogste
orgaan van de gemeente dient duidelijk omschreven te worden,
duidelijker dan bij de bouw van het Stadskantoor het geval was
en op een wijze zoals in het voorliggende rapport wordt voorge
steld. Over de uiteindelijk politiek bestuurlijke verantwoorde
lijkheid mag in de toekomst geen misverstand meer bestaan. Die
hoort naar de mening van dit rapport en naar de mening van de
WD-fractie, conform artikel 16 0 van de Gemeentewet, in begin
sel bij het DB van deze gemeente zijnde het college, vooral
indien gebruik wordt gemaakt van een mandaatconstructie, zoals
hier voorgesteld wordt, en het model Leeuwarden in Stelling.
Ook mijn fractie is blij dat het verzoek zoals wij dat in juni
1994 aan het college hebben gericht om een overzicht van de
bevoegdheden van de raad aan het college, dat daar in november
op terug gekomen zal worden in de commissie.
De heer Hoogeveen: Mevrouw Waanders gaf terecht aan dat het
allemaal wel wat erg lang geduurd heeft sinds het uitbrengen
van het advies van de Commissie De Haan tot nu het vaststellen
van deze nota. Vijf maanden geleden heb ik namens de fractie
van D66 nogal wat kritische kanttekeningen bij de concept-nota
gemeentelijke projecten geplaatst. Ik constateer dat in ieder
geval een flink aantal wijzigingen ten opzichte van het concept
zijn aangebracht en dat dat ook allemaal verbeteringen van de
nota zijn. Blijft wel, zoals de heer Brok ook al zei, dat de
nota toch een wat eenzijdige juridische invalshoek heeft. Dat
34
blijft denk ik een gemiste kans. Ik zou toch deze nota nu vast
willen stellen en met een proefproject aan de gang willen gaan.
Het proefproject Oldehove gaat nu snel van start, nemen wij
aan, wij hebben ten slotte vorig jaar in de raad besloten dat
wij dat wilden versnellen en hebben daar extra geld voor vrij
gemaakt
Mevrouw Waanders geeft aan dat wellicht een ander project, het
Kunstinstituut, meer geschikt is. Ik ben dat eigenlijk wel met
haar eens. Ik denk dat daar meer elementen in zitten die voor
dit project van groot belang zijn, het is ook een risicovoller
project, als ik dat zo kan inschatten. Beide projecten gaan
lopen en op beide projecten zal deze nota ook van toepassing
zijn. Het lijkt mij dan ook handig om beide projecten te evalu
eren en in de commissie te bespreken.
De heer Krol: De CDA-fractie gaat akkoord met het vaststellen
van deze nota, met de toezegging dat wanneer het proefproject
is afgelopen de totale nota opnieuw ter discussie staat om te
kijken of wij inderdaad de juiste besluiten hebben genomen.
Als je kijkt naar het proefproject, dan was er binnen mijn
fractie discussie over het project en nu mevrouw Waanders het
Kunstinstituut naar voren brengt als een project dat beter is,
denk ik dat dat juist is. Ik denk dat het ietwat complexer is,
ietwat meer tegemoet komt aan de bedoelingen van de nota,
waardoor je iets makkelijker kunt toetsen. Wat ons betreft zit
in ieder geval het Kunstinstituut daar bijAls er maar één
kan, hebben wij de voorkeur voor het Kunstinstituut.
De heer Stoker: Er is nogal wat veranderd in de nota, maar ik
kan de conclusie van de heer Hoogeveen delen dat het voor
namelijk toch wel verbeteringen zijn. Wij onderschrijven dan
ook het voorstel van mevrouw Waanders om te komen tot evaluatie
van de gang van zaken bij het Kunstinstituut
Mevrouw De Bruin: Wij gaan ook akkoord met de nota zoals die er
nu ligt. Ik zou in willen gaan op twee suggesties die mevrouw
Waanders heeft geleverd.
Zij heeft het gehad over enerzijds toch als proefproject kiezen
voor de totstandkoming van het Instituut voor Kunstzinnige
Vorming. Dat project is inmiddels al uitgebreid keer op keer
besproken in de Commissie Welzijn en dat zal nog vele malen
extra gebeuren. In die zin lijkt het mij zeer zinvol om juist
het Instituut voor Kunstzinnige Vorming te onderwerpen aan deze
nota. Zij deed ook nog een andere suggestie, die ik minstens zo
waardevol vind, zij sprak er namelijk over dat toch een aantal
aanbevelingen die hier in staan wellicht een te vrijblijvend
karakter hebben en dat het wel wat directiever mag. Ik denk dat
op het moment dat je een proefproject hebt uitgekozen - de heer
Krol heeft daar ook al aan gerefereerd - dan zou je juist deze
aanbevelingen moeten gebruiken en dat moet resulteren in een
nota die wat mij betreft ook wel wat directiever mag.
Dus ook die suggestie van mevrouw Waanders zou ik willen
volgen
35
1