groot deel niet in eigen hand hebt, dat zou eventueel een vertraging op kunnen leveren, als niet alles zo soepel loopt als wij zouden hopen dat het loopt. Het loopt niet zo soepel. Wij hebben te maken met de keuze van de locatie. De verwerving van de gronden, het bezien of je de gronden ook werkelijk kunt verwerven heeft wat langer geduurd. Wij zullen nu in ieder geval zeker ook die hele planologische procedure moeten doen, omdat er al bekend is dat er bezwaren zijn tegen de locatie die wij nu bedacht en gekozen hebben. Daarom is de angst ook terecht. Het zal zeker niet zo zijn dat wij in augustus 1997 een nieuw veld aan kunnen bieden, maar wij proberen echt zo snel mogelijk een en ander te realiseren. Ik wil er best binnenkort bij WWS nog wel een keer op terug komen, zodat wij dan de procedure en de tijd waarmee rekening kan worden gehouden nog een keertje doorspreken. (De heer Krol: Het is niet gebruikelijk om te reageren vanuit de raad, maar zou het kunnen dat wat de heer Brinks nu naar voren brengt over het voetbalveld ook in de Commissie Milieu en Stadsbeheer zo spoedig mogelijk aan de orde wordt gesteld? Ik zou dat namelijk wel op prijs stellen.) Ik wil dit best binnenkort in de Commissie Milieu en Stadsbeheer aan de orde stellen. Het heeft met Stadsontwikke ling en Stadsbeheer te maken, de planologische procedure is Stadsontwikkeling, het aanleggen van het veld op zich en dergelijke is Stadsbeheer. Wij zouden even moeten kijken in welke commissie dat het best aan de orde kan komen. Dat het in een commissie van de raad aan de orde kan komen, lijkt mij prima De heer Galama (Werkgroep Luchtverwarming Schoolstraat en Zaailand) Zeer geachte raad, geacht college, geachte mensen, volgens onze informatie zullen onze aan u gerichte stukken van 14 en 24 november 1996 en 1 december 1996 thans bij de raad binnen zijn, een hele stapel met elkaar. Een bevestiging, dat deze stukken nu bij u binnen zijn, konden wij nog niet krijgen. Misschien kunnen wij dat nu vernemen? Voor uw vorige vergadering mocht ik al even het woord tot u richten. Wij hebben toen aangegeven dat de rol van de gemeente in de totstandkoming van onze woningen en daarmee het plaatsen hierin van dit zo falende verwarmingssysteem, de luchtverwar ming die wij daar hebben, ons groter leek dan ons van gemeentewege was verteld. Hierbij hebben wij een notitie ingeleverd waarop wij onze stellingen baseerden en aan u gevraagd nog voor de Kerst met een goed bericht te komen dat er c.v. zou worden geplaatst. Wij hebben nog niets vernomen van de raad, ook niets van het College van B. en W., terwijl het college toch al vanaf 12 juli 1996 op de hoogte is van de hoge scores op longontsteking, voorhoofdsholteontsteking, benauwdheid, niesbuien, hoofdpijn, vier a vijf keer hoger dan het landelijke gemiddelde. Ik wil een klein stukje citeren uit een brief van Woonservice aan de onderhoudsfirma Feenstra van 12 december 1995, dat is al weer ruim een jaar geleden. "Zoals bij u bekend is functioneren in ons complex Schoolstraat en Zaailand de zeer gevoelige multi- en combiducsystemenDiverse bewoners klagen al geruime tijd over de vervuiling van het 6 systeem en aantasting van de levenslucht in de woning. En hoewel de vervuiling zichtbaar is, valt moeilijk aan te geven of dit van invloed is op de kwaliteit van de in te ademen lucht in de woningen. Evenmin is dat het geval bij huidklachten, welke zich bij sommige bewoners openbaren, waardoor het moeilijk is maatregelen te treffen ter voorkoming van de vervuiling." Dit schrijft men al meer dan een jaar geleden. Thans heeft Woonservice een vragenlijstje aan de bewoners gezonden welke begint met de vraag: Vindt u dat Woonservice de kwestie luchtverwarming thans goed aanpakt? Terwijl Woonservice nog steeds geen enkele openheid wenst te betrachten, waardoor niet geoordeeld kan worden of de aanpak goed te noemen is. Hiermee handelt Woonservice in strijd met haar statuten, de om toezicht gevraagde Raad van Toezicht van Woonservice laat haar brief door directeur Zwart van Woonservice zelf beantwoorden en laat verder niets meer van zich horen, het College van B. en W. laat niets van zich horen, de Leeuwarder Courant schrijft ook liever over aangiftes dan over gezondheid. Als dan ook u, geachte raad niets van u laat horen op het verzoek om hulp, dan blijft het Lekkerkerkluchtje achter de Harmonie langer hangen dan wellicht nodig is. Daarom graag spoedig nader van u vernemend, bedankt. De heer Timmermans (weth.)De heer Galama is ook de vorige keer in de raad aanwezig geweest en heeft toen ook aangegeven welke zorgen hij heeft. Met name heeft hij toen gevraagd wat de rol van de gemeente daarbij kan zijn. Ik heb daarop gereageerd in de zin van dat die betrekkelijk gering is. Het lastige van mijn positie in dit geval is, hoe je hier op een zorgvuldige manier op moet reageren, waar wij zo langzamerhand een heel dossier hebben opgebouwd. Ik heb eerder de neiging om naast een paar kanttekening, die ik nu zou willen plaatsen, toch even het beeld van de situatie nu te beschrijven, om ook te willen voorstellen dat het in de commissie wordt besproken, zodat wij wat preciezer op de ins en outs kunnen ingaan. Ook in deze kwestie heeft de zaak twee kanten. Ik denk dat het goed is, voordat wij een welles-nietes-discussie hier krijgen tussen de heer Galama en het college, dat wij dat eens wat uitgebreider toelichten in de commissie. Als de heer Galama zegt dat er geen bevestiging van stukken is gedaan, meen ik mij te herinneren dat wij wel gereageerd hebben en natuurlijk meerdere malen telefonisch, zowel ambtelijk alsook bestuurlijk, met de heer Galama in contact hebben gestaan. Voordat het beeld ontstaat dat wij helemaal niks gedaan hebben. Er zijn klachten binnengekomen, dat mag helder zijn. Er is door de Woningstichting een nader onderzoek gedaan, zowel technisch als nu ook uit oogpunt van volksgezondheid. Ik heb begrepen dat de resultaten zeer binnenkort bekend zijn. Er vindt op dit moment - dat was op een gegeven moment ook niet meer aan de orde - overleg tussen Woonservice en de werkgroep plaatsIk mag aannemen dat wij in een van de eerstvolgende commissiever gaderingen toch nog eens even de resultaten van dat nadere onderzoek aan de raadscommissie zullen voorleggen en dan vervolgens eventueel actie ondernemen. 7

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1997 | | pagina 4